Sommige bakprojecten staan al jaren op mijn ‘to-bake lijst’, zoals het maken van een eigen zuurdesemstarter en het bakken van een zuurdesembrood. Die baklijst is alleen nogal lang en daarom schuiven bepaalde projecten steeds weer een maandje op. Zeker als het een wat meer tijdsintensief project is.
In december daagde Baktotaal mij al uit om zelf stroopwafels te maken en ook nu gaven ze mij een klein duwtje in de rug. Ik ontving een pakket van ze met alle benodigdheden om zelf een zuurdesembrood te bakken en ben meteen aan de slag gegaan.
Ik heb inmiddels al vele zuurdesembroden gebakken en ben ontzettend tevreden met het resultaat. Hoogste tijd om jullie in het artikel van vandaag stap voor stap uit te leggen hoe ook jij je eigen zuurdesemstarter maakt, met alle tips en tricks die daarbij horen. En vervolgens ga ik natuurlijk door met het delen van mijn recept voor een overheerlijk zuurdesembrood.
Wat is een zuurdesemstarter?
Een zuurdesembrood maken kost tijd, daar moet je voordat je begint rekening mee houden. Dus heb je haast? Stel dit project dan nog even uit, want een zuurdesembrood laat zich niet opjagen (goede eigenschap trouwens 😉). Dit komt voornamelijk omdat je eerst een zuurdesemstarter moet maken, ook wel een zuurdesemcultuur genoemd.
Met deze starter ontwikkel je op een natuurlijke wijze een gistcultuur voor je brood, je gebruikt namelijk geen regulier gist voor een zuurdesembrood. Om de starter te maken heb je gemiddeld zeven dagen nodig, maar in sommige gevallen heb je twee dagen minder of juist een week meer nodig. Geduld is een schone zaak.
Zuurdesemstarter maken
Het maken van de starter is erg simpel, je hebt er enkel meel en water voor nodig. Je begint met een gelijke hoeveelheid meel en water (50 gram om 50 gram) en je gaat op dagelijkse basis op hetzelfde tijdstip je starter terugbrengen naar 50 gram en opnieuw voeden met 50 gram meel en 50 gram water. Op deze manier blijven alle onderdelen in de verhouding 1:1:1.
Door dit proces worden de reeds aanwezige gisten en bacteriën in het meel actief en zullen gaan fermenteren, waardoor de starter in omvang zal verdubbelen en zoet-zurig zal ruiken. Dit is precies wat je nodig hebt om door te kunnen gaan met het maken van een desem, de basis voor je zuurdesembrood.
Onderstaand zie je op links hoe de starter eruit ziet als je ‘m net in de pot doet en op rechts zie je dat er een beetje activiteit is geweest.
TIP! Heb je een vraag over het maken van een starter? Lees dan mijn artikel met tips en veelgestelde vragen bij het maken van een zuurdesemstarter.