Na mijn koekjes test met roomboter en margarine van een tijdje geleden had ik de smaak te pakken. Ik wilde nog meer gaan testen. Dit keer is het de beurt aan muffins. Normaal maak ik die met zonnebloemolie, maar voor deze test maakte ik ze ook met roomboter en margarine. Naast dat je de hoeveelheid van deze ingrediënten moet aanpassen, merkte ik ook in beslag en het eindresultaat een aantal verschillen op. En die verschillen had ik van tevoren niet allemaal verwacht.


Muffins basisrecept

Voor mijn muffin test maak ik gebruik van mijn basisrecept voor muffins. Deze gebruik ik vrijwel iedere keer weer als ik met verschillende soorten smaken muffins aan de slag ga. Vandaag blijf ik vasthouden aan de basis, maar ga ik experimenteren met de vetstoffen.

In mijn basisrecept geef ik de hoeveelheid olie aan in milliliters. Ditzelfde aantal milliliters wil ik ook voor de muffins met roomboter en margarine aanhouden, dus daarom smelt ik die en meet ze af voor een half recept. Ik ben ook wel benieuwd hoeveel dit verschilt in gewicht, dus ik weeg het ook nog even. In alle gevallen heb ik 60 ml aangehouden.

  • zonnebloemolie: 55 gram
  • roomboter: 50 gram
  • margarine: 58 gram

LEUK WEETJE: Sommige vloeistoffen kun je zowel in grammen als milliliter afwegen. Voor onder andere water geldt namelijk dat 1 ml ook 1 gram is.

De gewichten liggen misschien maar een paar gram uit elkaar, toch vind ik het interessant om de verschillen te zien. Dat zonnebloemolie lichter is dan water wist ik, vandaar dat dit in gram ook iets minder is dan in ml. Voor roomboter had ik dit ook wel een beetje verwacht, maar het grote verschil verraste mij toch nog wel. Margarine is het zwaarst van de 3 als je het smelt. Niet heel verrassend, want margarine bestaat voor een groot deel uit water wat zwaarder is dan olie.

margarine – roomboter – zonnebloemolie

Beslag

Het beslag zag er qua uiterlijk allemaal exact hetzelfde uit. Wel merkte ik dat het beslag met roomboter en margarine iets dikker was. Logisch ook wel, want de vetstof begint weer te stollen wat invloed heeft op het beslag. Een olie blijft vloeibaar wat het beslag dunner houdt.

In smaak zit het bij het beslag eigenlijk hetzelfde als bij het eindresultaat, dus daar kom ik straks nog op terug.

Gebakken resultaat

Ik was verrast toen ik de muffins uit de oven haalde. Waar de muffins met zonnebloemolie best wel gelijkmatig gerezen waren, is dit bij de muffins met roomboter en margarine wel anders. Die zijn namelijk behoorlijk scheef gerezen in de oven zoals je kunt zien op de foto. Wat je dan ook ziet is dat ze wat meer zijn gerezen dan de muffins met zonnebloemolie. Zou dat ook een luchtiger resultaat hebben?

roomboter – zonnebloemolie – margarine

De binnenkant

Toen ik de muffins doorsneed merkte ik bij het snijden al gelijk verschillen. De muffins met margarine en roomboter hadden namelijk een knapperig/krokant laagje bovenop, bij de muffins met zonnebloemolie was dit veel minder. Ik zal voor het gemak mijn bevindingen van het gebakken resultaat even per muffin noemen.

  • roomboter: knapperig bovenop, vrij grote ‘luchtgaten’, voelt stevig aan.
  • zonnebloemolie: iets zachtere bovenkant, luchtige muffin, voelt zacht en smeuïg aan.
  • margarine: knapperig bovenop, oogt iets minder luchtig, voelt stevig aan.

Smaak

Van de muffins heb ik kleine stukjes op een bord geplaatst (op hun papiertje), met mijn ogen dicht door elkaar gehusseld en vervolgens ook met mijn ogen dicht geproefd. Ik was benieuwd of ik de verschillen eruit zou halen. En ja, dat lukte mij!

De roomboter en zonnebloemolie zijn het meest neutraal van smaak, het verschil merkte ik op doordat de een stevig was (roomboter) en de ander juist zachter van structuur (zonnebloemolie). Die zachte smeuïge structuur vind ik zelf erg belangrijk in een muffin. Dit was dan ook mijn favoriet. De margarine muffin had redelijk dezelfde structuur als die van roomboter, maar deze sprong er gelijk uit door de smaak. Dat is iets om rekening mee te houden wanneer je smaakcombinaties maakt, omdat de smaak best uitgesproken is.

Dit is een samenwerking met Becel, lees mijn disclaimer voor meer informatie.

Na mijn koekjes test met roomboter en margarine van een tijdje geleden had ik de smaak te pakken. Ik wilde nog meer gaan testen. Dit keer is het de beurt aan muffins. Normaal maak ik die met zonnebloemolie, maar voor deze test maakte ik ze ook met roomboter en margarine. Naast dat je de hoeveelheid van deze ingrediënten moet aanpassen, merkte ik ook in beslag en het eindresultaat een aantal verschillen op. En die verschillen had ik van tevoren niet allemaal verwacht.


Muffins basisrecept

Voor mijn muffin test maak ik gebruik van mijn basisrecept voor muffins. Deze gebruik ik vrijwel iedere keer weer als ik met verschillende soorten smaken muffins aan de slag ga. Vandaag blijf ik vasthouden aan de basis, maar ga ik experimenteren met de vetstoffen.

In mijn basisrecept geef ik de hoeveelheid olie aan in milliliters. Ditzelfde aantal milliliters wil ik ook voor de muffins met roomboter en margarine aanhouden, dus daarom smelt ik die en meet ze af voor een half recept. Ik ben ook wel benieuwd hoeveel dit verschilt in gewicht, dus ik weeg het ook nog even. In alle gevallen heb ik 60 ml aangehouden.

  • zonnebloemolie: 55 gram
  • roomboter: 50 gram
  • margarine: 58 gram

LEUK WEETJE: Sommige vloeistoffen kun je zowel in grammen als milliliter afwegen. Voor onder andere water geldt namelijk dat 1 ml ook 1 gram is.

De gewichten liggen misschien maar een paar gram uit elkaar, toch vind ik het interessant om de verschillen te zien. Dat zonnebloemolie lichter is dan water wist ik, vandaar dat dit in gram ook iets minder is dan in ml. Voor roomboter had ik dit ook wel een beetje verwacht, maar het grote verschil verraste mij toch nog wel. Margarine is het zwaarst van de 3 als je het smelt. Niet heel verrassend, want margarine bestaat voor een groot deel uit water wat zwaarder is dan olie.

margarine – roomboter – zonnebloemolie

Beslag

Het beslag zag er qua uiterlijk allemaal exact hetzelfde uit. Wel merkte ik dat het beslag met roomboter en margarine iets dikker was. Logisch ook wel, want de vetstof begint weer te stollen wat invloed heeft op het beslag. Een olie blijft vloeibaar wat het beslag dunner houdt.

In smaak zit het bij het beslag eigenlijk hetzelfde als bij het eindresultaat, dus daar kom ik straks nog op terug.

Gebakken resultaat

Ik was verrast toen ik de muffins uit de oven haalde. Waar de muffins met zonnebloemolie best wel gelijkmatig gerezen waren, is dit bij de muffins met roomboter en margarine wel anders. Die zijn namelijk behoorlijk scheef gerezen in de oven zoals je kunt zien op de foto. Wat je dan ook ziet is dat ze wat meer zijn gerezen dan de muffins met zonnebloemolie. Zou dat ook een luchtiger resultaat hebben?

roomboter – zonnebloemolie – margarine

De binnenkant

Toen ik de muffins doorsneed merkte ik bij het snijden al gelijk verschillen. De muffins met margarine en roomboter hadden namelijk een knapperig/krokant laagje bovenop, bij de muffins met zonnebloemolie was dit veel minder. Ik zal voor het gemak mijn bevindingen van het gebakken resultaat even per muffin noemen.

  • roomboter: knapperig bovenop, vrij grote ‘luchtgaten’, voelt stevig aan.
  • zonnebloemolie: iets zachtere bovenkant, luchtige muffin, voelt zacht en smeuïg aan.
  • margarine: knapperig bovenop, oogt iets minder luchtig, voelt stevig aan.

Smaak

Van de muffins heb ik kleine stukjes op een bord geplaatst (op hun papiertje), met mijn ogen dicht door elkaar gehusseld en vervolgens ook met mijn ogen dicht geproefd. Ik was benieuwd of ik de verschillen eruit zou halen. En ja, dat lukte mij!

De roomboter en zonnebloemolie zijn het meest neutraal van smaak, het verschil merkte ik op doordat de een stevig was (roomboter) en de ander juist zachter van structuur (zonnebloemolie). Die zachte smeuïge structuur vind ik zelf erg belangrijk in een muffin. Dit was dan ook mijn favoriet. De margarine muffin had redelijk dezelfde structuur als die van roomboter, maar deze sprong er gelijk uit door de smaak. Dat is iets om rekening mee te houden wanneer je smaakcombinaties maakt, omdat de smaak best uitgesproken is.

Dit is een samenwerking met Becel, lees mijn disclaimer voor meer informatie.

Koekjes bakken is een van mijn favoriete bezigheden, je kunt dan ook vele koekjesrecepten vinden hier op Laura’s Bakery. Basis van mijn koekjes bestaat voor vrijwel ieder recept uit roomboter, suiker, bloem en een snuf zout. Vragen over mogelijkheden in vervangende ingrediënten krijg ik ook vaak. Voor ieder ingrediënt van de basis, maar ook voor de smaakmakers. Mijn antwoord is dan altijd dat het vaak kan, maar dat je wel rekening moet houden met een (iets) ander resultaat. Elk ingrediënt is anders en heeft dus ook een ander effect op bijvoorbeeld smaak en structuur. Vandaag laat ik je zien welke verschillen er zijn tussen koekjes met roomboter en margarine. Ik gebruikte mijn basisrecept voor koekjes en ging aan de slag!


links roomboter, rechts margarine

Kamertemperatuur

Heel belangrijk: al je ingrediënten moeten op kamertemperatuur zijn. De roomboter en margarine haalde ik dus op tijd uit de koelkast en liet ik op het aanrecht zo’n 2 uur staan voor ik aan de slag ging.

Eerste dat opvalt is dat bij kamertemperatuur de margarine veel zachter is dan de roomboter. Dit zal dus al heel anders zijn bij het maken van het deeg.

Deeg maken

Ik ben gewend koekjes met roomboter te maken, dat resulteert in een stevig deeg. Het deeg waarin ik margarine gebruikte was logischerwijs een stuk zachter. Omdat ik dus een stevig deeg gewend ben was ik geneigd om wat extra bloem toe te voegen. Niet gedaan uiteraard, want anders kan ik het niet goed vergelijken.

links roomboter, rechts margarine

Koelen

Het deeg vormde ik tot een rol en wikkelde ik in met folie, klaar om voor minimaal een uur in de koelkast te gaan. Dit doe ik zodat het deeg kan rusten en opstijven. De smaken (zeker bij koekjes met kruiden) komen dan beter tot zijn recht en de structuur wordt beter.

TIP: Hier lees je meer over het hoe en waarom van koekjesdeeg koelen.

Uit de koeling was de rol deeg gemaakt met roomboter keihard, met stevig drukken was er geen duidelijk deukje in te duwen. Bij het deeg gemaakt met margarine was dat anders. Dit deeg was nog steeds zacht en ik hoefde geen moeite te doen om een deukje te vormen. Ook was het deeg gemaakt met margarine lichter van kleur.

roomboterkoekjes

Plakken en bakken

Beide rollen deeg sneed ik in plakken van 1 cm dik. De plakjes legde ik op een met bakpapier beklede bakplaat en gingen voor 15 minuten in een voorverwarmde oven van 190 graden. Halverwege draaide ik de bakplaat om zodat ze gelijkmatiger garen en kleuren.

links roomboter, rechts margarine

resultaat

De koekjes gemaakt met margarine zijn in de oven iets uitgelopen, maar niet veel. Ze waren na afkoelen lekker knapperig en bros, precies zoals een koekje hoort te zijn.

De roomboter koekjes liepen iets meer uit, maar het is geen gigantisch verschil. Ook deze koekjes waren lekker knapperig en bros. Wel was de structuur iets grover dan bij de margarine koekjes. Dat was te merken in de structuur met proeven, en zoals je op de foto ziet is het ook aan het koekje zelf te zien.

Smaak is iets heel persoonlijks natuurlijk, dus probeer vooral de koekjes op beide manieren te bakken om zelf tot een goede conclusie te komen. Zelf vond ik beide koekjes heel erg lekker, al gaat mijn voorkeur toch naar de roomboter koekjes. Die zijn iets neutraler van smaak (wat handig is wanneer je smaakcombinaties maakt), de margarinekoekjes hebben een iets meer uitgesproken nasmaak.

links roomboter, rechts margarine

Zoals je ziet kun je dus met zowel roomboter als margarine heel goed koekjes bakken. Qua uiterlijk liggen de resultaten dicht bij elkaar en qua structuur zijn er ook geen gigantisch grote verschillen. In sommige gevallen kan margarine zelfs een prettigere optie zijn, bijvoorbeeld wanneer het gaat om koekjes met een deeg dat je wilt spuiten zoals spritsen.

Heb jij wel eens de verschillen tussen roomboterkoekjes en margarinekoekjes getest? Ik ben benieuwd naar jouw ervaring!

Dit is een samenwerking met Becel, lees mijn disclaimer voor meer informatie.

Roomboter kerstkransjes recept

Ken je die lekkere roomboter kerstkransjes uit de winkel? Vast wel. Die koekjes kun je met dit recept hartstikke makkelijk zelf maken en ze zijn stukken lekkerder. Echt waar!

Kerstkransjes maken

Oh wat stond het al lang op mijn baklijst om voor Laura’s Bakery een recept voor roomboter kerstkransjes te ontwikkelen. Jaren geleden maakte ik ze al eens, alleen toen gebruikte ik een mix. Niets mis mee, maar ik wil alles nu eenmaal ook graag helemaal zelf maken.

Na jaren van kerstkransjes koekjes kopen, was het moment eindelijk daar. Je kunt de kerstkoekjes decoreren met amandelschaafsel en parelsuiker. Je zou trouwens ook grove (riet)suiker kunnen gebruiken in plaats van de parelsuiker. Parelsuiker is in de meeste supermarkten niet verkrijgbaar, maar online is het goed te vinden (zoals hier).

Roomboter kerstkransjes in de boom

Ik heb mijn kerstkransjes niet in de boom gehangen, maar er liggen er nog wel een paar in mijn koektrommel. Het idee is dat ze er met de kerstdagen ook nog zijn, maar ik betwijfel of dat gaat lukken. Gelukkig zijn deze kerstkoekjes zo gemaakt, dus wie weet bak ik ze gewoon nog een keer.

Je kunt ze uiteraard prima in de kerstboom hangen. Je kunt ze direct aan een tak ragen, maar nog beter en mooier is het om er een lintje aan vast te knopen en ze hieraan op te hangen. Hou er wel rekening mee dat de koekjes na enkele dagen in de boom zacht en oud worden en niet zo lekker meer zullen smaken.

kerstkransjes maken

Kerstkransjes recepten

Roomboter kerstkransjes zijn ontzettend lekker van zichzelf. Meer dan een kop thee of koffie ernaast hebben ze eigenlijk niet nodig. Toch heb ik meer lekkere combinaties met deze kerstkoekjes bedacht. De topper is toch wel deze kerstkransjes roomijs. Heerlijk als kerstdessert of onderdeel ervan.

Ook zou je kerstkransjes bijvoorbeeld door een arretjescake kunnen verwerken. Ik zou het dan combineren met de groen-rood-witte kerst M&M’s die je in december altijd in de supermarkt ziet liggen. Met dit recept kun je dus eigenlijk alle kanten op.

Ik heb zelfs een keer hartige kerstkransjes gebakken! Een soort kaaskoekjes met rozemarijn en chilipoeder, maar dan in de vorm van zo’n gezellig kransje. Ik word er vrolijk van. En zo kan ik dus nog wel even doorgaan met inspiratie delen, zodra mijn hoofd eenmaal enthousiast is over een bepaald recept. 😉

hartige kerstkransjes

Kerstkransjes roomijs

Roomboter kerstkransjes bakken: tips

Plakkerig of droog deeg

Zelfs als je een recept exact volgt kan dit voorkomen. Bij plakkerig deeg voeg je in kleine hoeveelheden (per eetlepel) bloem toe tot het resultaat werkbaar is. Te droog deeg moet vaak gewoon even goed doorgekneed worden. Als het daarna alsnog te droog blijft en scheurt kun je een eetlepel melk of een klein klontje boter door het deeg kneden.

Koekdeeg koelen

Dit is een belangrijke stap die sommige ongeduldige thuisbakkers stiekem wel eens overslaan. Zonde, want door het koekdeeg te laten rusten ontspannen de gluten en worden de koekjes lekker knapperig. Het koelen van het deeg komt zowel de smaak als de structuur ten goede. Lees hier mijn tips over hoe je het koekdeeg het beste kunt koelen.

Koekdeeg bewaren

Ook dit kan. In de koelkast kun je het deeg (goed verpakt) tot twee dagen bewaren. In de vriezer wel drie maanden.

Koekdeeg uitrollen

Stap 1 bij het uitrollen van koekdeeg is ervoor zorgen dat het niet aan je deegroller en werkblad vastplakt; daarvoor bestuif je je werkblad met bloem. Je wil niet teveel bloem gebruiken, want dit zul je terug proeven in de koekjes. Een slimme oplossing is om het koekdeeg tussen twee vellen bakpapier uit te rollen. Stap 2 is om ervoor te zorgen dat je het deeg gelijkmatig uitrolt. Gelukkig heb je daar verstelbare deegrollers voor met elastieken aan de zijkant die voorkomen dat het deeg op sommige plekken te dun of te dik is.

Koekuitstekers

Na het uitrollen van het deeg kun je de koekjes gaan uitsteken. Om kerstkransjes te maken heb je een grotere kartelvormige uitsteker van ongeveer 7 cm doorsnee nodig en een kleine ronde, gladde koekuitsteker. Voor die laatste gebruik ik altijd een kleine uitsteker uit deze set. Maar je zou ook de onderkant van een spuitmondje kunnen gebruiken.

Wanneer zijn de roomboter kerstkransjes gaar?

Bij koekjes kun je niet voelen of ze gaar zijn, ze komen namelijk altijd zacht uit de oven. Pas als ze afkoelen harden ze uit. Bij deze kerstkransjes koekjes zul je zien dat ze goudbruin kleuren tijdens het bakken, dan zijn ze perfect. Meer tips lezen over het bakken van de allerbeste koekjes? Bekijk dan al mijn handige baktips voor koekjes.

Roomboter kerstkransjes recept

Het Feestdagen Bakboek

In het Feestdagen Bakboek vind je de recepten voor o.a. drie soorten kerstkransjes en nog veel meer kerstrecepten. Zijn ze niet leuk? Ben jij nou ook zo dol op alle lekkere baksels rondom de feestdagen? Dan is dit boek écht wat voor jou. Bak het hele jaar door voor de feestdagen de lekkerste recepten. Van koekjes en brownies tot desserts en spectaculaire taarten. Voor ieder moment is er een geschikt recept.

Bestel hier!

Afbeelding

 

kerstkransjes recept

Recept afdrukken

4.64 van 11 stemmen

Kerstkransjes recept

Ken je die lekkere roomboter kerstkransjes uit de winkel? Die koekjes kun je met dit recept hartstikke makkelijk zelf maken en ze zijn stukken lekkerder.
Porties: 25 stuks

Ingrediënten

  • 225 gram ongezouten roomboter
  • 150 gram witte basterdsuiker
  • 8 gram vanillesuiker
  • 1 eidooier
  • 300 gram bloem
  • snufje zout
  • 1 geklutst ei (om in te smeren)
  • geschaafde amandelen en suikerparels ter decoratie

Instructies

Kerstkransjes maken

  • Voeg boter, basterdsuiker en vanillesuiker samen en klop dit tot een romig mengsel. Voeg de eidooier toe en mix tot deze volledig is opgenomen. Voeg bloem en zout toe en kneed tot een stevig koekdeeg. Wikkel in folie en leg het deeg minstens een uur in de koelkast.
  • Als het deeg gekoeld is, rol je het uit op een met bloem bestoven werkblad tot ongeveer 5 mm dikte. Neem een (gekartelde) uitsteker van ongeveer 7 cm doorsnede en steek de koekjes uit.
  • Leg de kerstkransjes op een met bakpapier beklede bakplaat. Steek dan met een kleine, gladde uitsteker een kleine cirkel uit het midden. Door dit pas te doen wanneer ze op de bakplaat liggen, zorg je ervoor dat ze hun vorm zo goed mogelijk behouden.
  • Kluts het ei en smeer de koekjes hier mee in. Strooi de geschaafde amandelen en/of suikerparels over de koekjes heen.

Kerstkransjes bakken

  • Bak de kerstkransjes in 14-16 minuten op 190 °C (boven- en onderwarmte) gaar en goudbruin.

boter 1a

Moet ik roomboter of margarine gebruiken als ik wil bakken?

Boter is gewoon boter zou je zeggen. Maar nee, dat luistert nauwer dan je denkt bij bakken. De keuze van juiste en goede ingrediënten is echt belangrijk voor het eindresultaat.

Als je in een bakrecept boter ziet staan, wordt er altijd ongezouten roomboter bedoeld. Tenzij anders vermeld natuurlijk, maar je kan er vanuit gaan dat je verder gewoon altijd een pakje met ongezouten roomboter in huis kunt halen.

Kan ik geen margarine gebruiken voor het bakken?

Je kunt best bakken met margarine hoor. Ik zal niet ontkennen dat ik ook wel een pakje Blue Band kocht toen ik nog niet zo veel  bakte. Toen vond ik mijn cakes ook prima smaken, ik wist gewoon niet beter. Pas als je gebruik gaat maken van roomboter krijg je in de gaten wat je al die tijd ‘verkeerd’ hebt gedaan. De smaak is zóveel beter wanneer je echte roomboter gebruikt.

Voor de ultieme test zou je eens twee cakes moeten bakken. Dan gebruik je voor de ene cake roomboter en voor de ander margarine. Je zult zien dat het verschil groter is dan je denkt!

Op zoek naar een goed basisrecept voor cake? Die vind je op Laura’s Bakery!

Boter 2a

Ik vroeg jullie een tijdje geleden om jullie standpunten, vragen en (voor)oordelen over margarine omdat ik op zoek wilde gaan naar de feiten en fabels over deze spread. Aan input geen gebrek, want jullie reageerden massaal, dank jullie wel! Veel van de dingen die ik zelf wilde weten noemden jullie, maar er zaten ook punten tussen waar ik zelf nog helemaal niet over na heb gedacht. Over het soort vetten in roomboter en margarine bijvoorbeeld. Voor dit artikel ben ik op zoek gegaan naar antwoorden op de punten die ik het meest heb gelezen in jullie reacties.

Om achter de antwoorden te komen heb ik heel wat onderzoek gedaan. Ik ben op zoek gegaan naar informatie en heb experts om hulp gevraagd op de punten waar ik zelf niet verder kwam. Een enkeling van jullie vroeg zich van tevoren al (terecht) af of mijn onderzoek wel eerlijk en objectief zou zijn omdat het een samenwerking betreft. Ik ben altijd eerlijk, laat dat duidelijk zijn. Feit is dat ik zonder Becel/Unilever niet aan alle benodigde informatie kan komen, dus daar heb ik hun wel voor nodig. En zijn die wetenschappers en experts dan wel objectief kun je je afvragen, daar geloof ik wel in ja. Je kunt er eindeloos over speculeren natuurlijk, maar zelfs de wetenschappers zijn het over dit onderwerp niet altijd met elkaar eens. Ik kan je in ieder geval garanderen dat ik altijd eerlijk ben in mijn artikelen en dat ik grondig onderzoek heb gedaan en ontzettend veel heb gelezen over dit onderwerp.

Goed. Tot zover mijn ‘disclaimer’ over vragen die vast gaan komen. Op naar de feiten en fabels!

margarine 1
Margarine verschilt maar 1 molecuul van plastic

FABEL Boter, olie en margarine bestaan uit verschillende ingrediënten en daarmee ook uit verschillende moleculen. Deze zijn opgebouwd uit koolstof, waterstof en zuurstof. Plastic (polyethylene) bestaat ook uit koolstof en waterstof. Maar dat plastic daarmee op boter, olie of margarine lijkt, is wel heel vergezocht. Het menselijk lichaam bestaat namelijk ook voor 93% uit waterstof, koolstof en zuurstof. En om nu te zeggen dat wij op plastic lijken 😉

Margarine bevat kleurstoffen

FEIT Aan margarine wordt caroteen toegevoegd voor de kleur. Dit is een geheel natuurlijke kleurstof, die er bijvoorbeeld ook voor zorgt dat wortels oranje zijn.

margarine is plantaardig

FEIT EN FABEL Zowel een feit als een fabel, kan dat? Jawel! Margarines bestaan uit een mix van plantaardige oliën, en zijn daarmee plantaardig. Echter, niet alle margarines zijn volledig plantaardig. Sommige soorten bevatten een klein aandeel melkbestanddelen. Becel was al bijna helemaal plantaardig, maar nu is een groot deel van het assortiment 100% plantaardig. Hiervoor hebben ze de melkbestanddelen verwijderd en is de vitamine D3 vervangen door D2, deze wordt uit niet-dierlijke bronnen verkregen. Dat maakt 100% plantaardige margarines ook geschikt voor mensen die een lactose intolerantie hebben of vegan willen eten.

Zandtaartdeeg basisrecept 2a
Margarine bevat transvetten en is hierdoor kankerverwekkend

FABEL Transvetten komen van nature voor in vlees- en zuivelproducten, maar kunnen ook ontstaan in plantaardige vetten wanneer plantaardige oliën gedeeltelijk gehydrogeneerd worden. Dit laatste is een ingewikkeld proces dat in de fabriek gebeurt en waarbij vloeibare, plantaardige oliën veranderen in stevige (smeerbare) vetten. Industrieel geproduceerde transvetten tref je vaak aan in gebakken of gefrituurd voedsel en producten met gedeeltelijk gehydrogeneerde oliën. Toen men er ruim 25 jaar geleden achter kwam dat transvetten slecht zijn voor de gezondheid (het verhoogt de kans op hart- en vaatziekten), zijn ze direct gestopt met deze methode voor de productie van margarine. Tegenwoordig krijgt margarine de smeerbare structuur door een klein deel van nature vast verzadigd vet te mengen met de vloeibare oliën.

Becel maakt dus geen gebruik van gedeeltelijk gehydrogeneerde plantaardige vetten. Bevat margarine dan helemaal geen transvet? Wel een heel klein beetje, de Becel producten bevatten minder dan 1 % transvet, deze zijn afkomstig uit de plantaardige oliën in het product. De Gezondheidsraad raadt aan om niet meer dan 1% van je dagelijks benodigde calorieën uit transvet te halen. Sinds deze advisering, ligt het percentage transvet in Nederlandse producten ver onder de 1%. Uit de voedselconsumptiepeiling (2007-2010) van het RIVM blijkt dat 95 tot 99 % van de Nederlandse bevolking aan dit advies voor transvet voldoet. Bijna heel Nederland krijgt dus niet te veel transvet binnen.

Nog even over die vetten, daar zijn drie soorten van; verzadigd vet, onverzadigd vet en transvet. Transvetten zijn de meest ongezonde van de drie omdat je lichaam ze maar moeilijk kan verteren. Sinds bekend is dat transvet ongezond is door de verhoogde kans op hart- en vaatziekten, komt het nauwelijks nog voor in producten. Daarnaast is er verzadigd vet, ook daar heeft je lichaam wat moeite mee bij het verteren en ze verhogen het cholesterol. Je vindt verzadigde vetten vooral in vlees-, zuivelproducten, gebak en frituur. Het wordt geadviseerd om verzadigde vetten zoveel mogelijk te vervangen door onverzadigde vetten omdat dit het cholesterollevel in je bloed verlaagd. Die laatste, onverzadigd vet, verteert je lichaam het makkelijkst. De meervoudig onverzadigde vetzuren Omega 3 en 6 zijn essentieel, betekent dat je lichaam ze zelf niet aan kan maken en we ze uit voeding moeten halen. Je vindt deze in noten, vette vis, avocado’s, plantaardige oliën, smeer- en vloeibare bak- en braadproducten en smeerbare margarines en halvarines.

Italiaanse bol met geitenkaas en parmaham 2a
Margarine is niet natuurlijk door alle processen die eraan voorafgaan

FABEL De ingrediënten komen van plantaardige bronnen uit de natuur, dat maakt margarine een plantaardig product. Ja, de producten worden in de fabriek samengevoegd en dus bewerkt, maar waarom zou het daardoor niet meer natuurlijk zijn? Bovendien heeft roomboter heeft ook natuurlijke ingrediënten welke in een fabriek bewerkt worden, en roomboter wordt ook gewoon benoemd als een natuurlijk product. Belangrijker is om te kijken naar het soort bewerking, want bewerking is lang niet altijd slecht. Het zijn vaak dezelfde technieken die je thuis in de keuken ook gebruikt, maar dan nu in het groot.

Hoe dit proces er precies uitziet, zal ik binnenkort in een artikel uitgebreider uitleggen en laten zien.

boter 1a
Je lichaam kan de vetten uit margarine minder goed verwerken dan die uit roomboter

FABEL Je kon er net ook al even over lezen, maar ik zal het toch nog even toelichten. Margarine bevat voornamelijk onverzadigde vetten, welke het cholesterol in je bloed op peil houdt en daarmee goed zijn voor het hart. Roomboter bevat voornamelijk verzadigde vetten, het soort vet waarvan de Gezondheidsraad adviseert om die zoveel mogelijk te vervangen voor onverzadigde vetten om het cholesterolgehalte te verlagen. Margarine is dus een betere keuze als het gaat om het goede type vetten, welke doordat ze het cholesterolgehalte op peil houden ook goed zijn voor je hart.

Roomboter is gezonder dan margarine, ondanks dat het vetter is en meer calorieën bevat

FABEL Margarine is qua vetsamenstelling een gezondere keuze dan roomboter. Roomboter, margarine en halvarine bevatten allemaal vitamine A en D. De hoeveelheid vitamine D in margarine is een stuk hoger dan in roomboter. Als je voornamelijk roomboter eet, is het belangrijk om er op te letten dat je genoeg vitamine D binnenkrijgt uit andere bronnen. Bovendien bevat margarine vitamine E, welke van nature aanwezig is in de plantaardige oliën in het product.

Daarnaast bevat roomboter meer verzadigd vet (53 gram per 100 gram) dan zachte margarine in een kuipje (19 gram per 100 gram). Verzadigd vet is niet goed voor je omdat het ongunstige effecten kan hebben op je gezondheid, waaronder een verhoogd cholesterol wat niet goed is voor je bloedvaten.

En dan is er zelfs nog verschil tussen harde en zachte margarine (en soortgelijke producten). De Gezondheidsraad en het Voedingscentrum adviseren, als het om hart- en vaatziekten gaat, harde margarine (en bak- en braadproducten) te vervangen door zachte margarine (en vloeibare bak- en braadproducten) en plantaardige oliën.

margarine 2
Harde margarine bevat slechte vetten en vloeibare margarine niet

FEIT Harde margarine bevat in verhouding meer verzadigde vetten dan zachte en vloeibare margarine, die bevatten namelijk meer onverzadigde vetten. Over deze twee soorten vetten heb je inmiddels al meer gelezen, dus ik zal dat niet nog eens uitleggen. We kunnen in ieder geval concluderen dat zachte en vloeibare margarine meer van het goede type vet bevat dan harde margarine.

Margarine bevat palmolie

FEIT Margarine bevat inderdaad een kleine hoeveelheid palmolie. Dit is een van nature vast vet, welke in kleine mate wordt toegevoegd om de margarine zijn smeerbare structuur te geven. De palmolie in Becel draagt het RSPO keurmerk. Dit keurmerk geeft aan dat Unilever zich inzet voor duurzame palmolie en het gebruik van deze palmolie niet ten koste ging van natuurbossen en de leefomgeving van dieren.

Conclusie

Door middel van het achterhalen van deze feiten en fabels wilde ik voor mijzelf (en jullie!) een beter en duidelijker beeld krijgen over margarine. En dan vooral: waar is mijn voorkeur voor roomboter nou eigenlijk op gebaseerd en klopt dat beeld wel?

Ik kan je vertellen dat mijn voorkeur eigenlijk nergens op gebaseerd was. Om specifieker te zijn, het was gebaseerd op wat veel mensen met een voorkeur voor roomboter roepen. Nu ik zelf daadwerkelijk informatie heb opgezocht en onderzoek heb gedaan (of eigenlijk heb ik de bestaande onderzoeken onderzocht 😉 ) is mijn beeld aan het veranderen. Margarine is zo slecht nog niet. Het is gewoon een natuurlijk product zonder gekke dingen erin. Het heeft weliswaar meer ingrediënten dan roomboter, maar het blijft een natuurlijk product.

Kijkend naar de vetten in roomboter en margarine, is margarine beter voor je. Margarine bestaat voornamelijk uit goede onverzadigde vetten. Er wordt aangeraden verzadigde vetten zoveel mogelijk te vervangen door onverzadigde vetten, dat maakt margarine een goede vervanger voor roomboter.

Enige punt waar niet over te twisten valt is smaak. Daar kun je talloze onderzoeken op los laten, dat is een geheel persoonlijk iets. In de reacties op mijn vorige artikel las ik dat velen van jullie een kuipje margarine of halvarine in de koelkast hebben staan voor op brood en cakes en taarten bakken met roomboter. Lijkt mij een prima verdeling en ik merk dat ik dit ook steeds meer zo doe. Boter op brood gebruik ik voornamelijk als plakmiddel, terwijl ik bij het bakken echt kies voor de smaak. En verder geldt natuurlijk: alles met mate 😉

Wat vinden jullie van dit overzicht met feiten en fabels? Is het duidelijker geworden en kunnen jullie nu een beter beeld vormen?

Gebruikte bronnen: Becel productieproces, MVO roomboter en margarine, Voedingscentrum transvetten, MVO feiten en fabels, Voedingscentrum waarom margarine, Voedingscentrum verzadigd vet, Voedingscentrum samenstelling vetten, Quest extra 2017 (magazine)

Dit artikel is in samenwerking met Becel gemaakt, lees mijn disclaimer voor meer informatie.

lurpak 1a

Één van mijn favoriete soorten video’s zijn de How it’s made filmpjes. Ik vind het altijd ontzettend tof om te weten hoe producten nu eigenlijk worden gemaakt. Van schoenlepels en autobanden tot ijshoorntjes en donuts. Vooral de voedsel video’s trekken de laatste tijd mijn aandacht. Ik weet best hoe je een muffin maakt, maar in een fabriek wordt dat natuurlijk heel anders aangepakt. Grote machines die daaraan te pas komen en uiteraard wordt alles ook in veel grotere hoeveelheden gemaakt. Waar ik nog niet eerder een video had gezien, is het productieproces van boter. Ik weet dat melk wordt gekarnd en dat je dan karnemelk en boter krijgt. Dat er nog wel iets meer bij komt kijken wist ik ook, maar wat dit dan precies was wist ik niet.

Maar daar zou ik achter gaan komen. Lurpak vroeg mij namelijk een tijdje geleden of ik hun product niet eens wilde proberen. Ja hoor, ik ben altijd nieuwsgierig naar het testen van producten die ik nog niet ken. Ze opperden toen het idee dat ik tijdens het testen vooral ook margarine en roomboter erbij moest pakken. Dan kon je goed de verschillen proeven. Leuk zo’n smaaktest! Hoe dit allemaal smaakt zal ik jou straks ook vertellen, maar het gaat er even om dat bij die uitleg ook een stukje van het productieproces werd verteld. Je begrijpt het, mijn interesse was gewekt en ik wilde weten hoe boter gemaakt wordt! Nog leuker; ik ga het jou vandaag uitleggen en ik vertel je ook meer over de smaaktest die ik samen met mijn vader deed.

lurpak 2a
Wat is boter?

Boter is een volledig natuurlijk product, gemaakt van melk. De meeste mensen zeggen tegen een kuipje halvarine of een pakje margarine ook boter, terwijl dat eigenlijk helemaal geen boter is. Dit wordt industrieel gemaakt van plantaardige oliën en (dierlijke) vetten.

Hoe maak je boter?

Nu je weet wat boter is, leg ik je uit hoe Lurpak boter maakt. Het proces met alle kwaliteitstesten dat ik beschrijf is kenmerkend voor de productie van Lurpak boter.

Echte boter bevat maar een paar ingrediënten: room, melkzuurbacteriën, water en zout. Dat is het. Of je boter nu in de fabriek maakt of dat je het thuis maakt, het principe is hetzelfde. Alleen wordt in de fabriek een beetje sneller gewerkt.

Wanneer de room binnenkomt wordt hij gelijk getest op smaak, pH-waarde, vet en bacteriën. Als dat allemaal volgens de norm is, wordt de room razendsnel gepasteuriseerd. Echt snel, in slechts 15 seconden op 92 graden. Ook hierna wordt weer getest op smaak en pH-waarde.

De room wordt nu in metalen cilinders gepompt waar het tot boter wordt gekarnd. Hier worden ook de melkzuurbacteriën en zout toegevoegd. Je raadt het al, ook nu wordt er weer getest. Dit keer op smaak, pH-waarde en de aanwezigheid van zout en water.

De boter is klaar om verpakt te worden. Al die pakjes boter worden op pallets geplaatst en gekoeld tot 2 graden.

Je zou denken dat de boter nu klaar is, maar niets is minder waar. Ook nu volgt weer een smaaktest. Ze controleren de geur, smaak en textuur.

Het maken van boter is zoals je leest niet echt moeilijk, het kost zo in de fabriek ook helemaal niet veel tijd. Ik denk dat het proeven tussendoor zelfs meer tijd kost dan het maken van de boter. Alleen de producten die alle testen goed doorstaan komen uiteindelijk in de winkel te liggen.

lurpak 5
Boter smeerbaar maken

Aangezien er op Laura’s Bakery veel gebakken wordt ga ik ervan uit dat jullie allemaal soms (of standaard) een pakje roomboter in de koelkast hebben liggen. Dan weet je ook dat die pakjes boter erg stevig zijn wanneer je ze uit de koelkast haalt. In blokjes snijden gaat nog prima, maar een broodje smeren doe je niet snel. Zodra je je brood probeert te smeren, trek je je broodje er op stuk. Jammer, want roomboter is wel het lekkerst. Lurpak maakt ook een smeerbaar product door een beetje raapzaadolie aan boter toe te voegen.

Keurmerk

Ik dacht zelf altijd dat Lurpak een merk was, maar dat is het dus niet. Het is een Deens keurmerk en dan wel een keurmerk dat je niet zomaar krijgt. Al die testen waar ik je over heb verteld, zijn nodig om jouw boter een keurmerk te kunnen geven. Dat is niet een eenmalige test, er is een constante kwaliteitscontrole. Elke twee weken wordt Lurpak getest.

lurpak 6

Deze testen worden gedaan door het Deense Zuivel Bureau, dit is een onafhankelijk orgaan dat toeziet op de kwaliteit van Deense melkproducten. Zij beoordelen de boter op consistentie, luchtbelletjes en waterdruppeltjes. Om dit goed te kunnen zien snijden ze een kuipje boter door met een metaaldraad. Het blijft niet alleen bij kijken. Ze ruiken ook, proeven het en spugen het weer uit. Een soort wijnproeverij, maar dan anders.

De smaaktest

Nu bekend is hoe boter en Lurpak smeerbaar worden gemaakt, is het tijd om te proeven! Ik besloot om hier een echte expert bij te halen. Daarvoor hoefde ik niet lang te zoeken, ik vroeg namelijk gewoon mijn vader. Dat is de grootste fan van roomboter die ik maar ken. Het liefst snijdt hij met een kaasschaaf een plak van het stevige pakje boter, legt het op zijn brood en strooit er wat vruchtenhagel of gestampte muisjes overheen. De meesten kunnen zich dit misschien niet voorstellen, maar daar geniet hij echt van.

lurpak 3a
In de test

Zoals Lurpak zelf voorstelde testten we naast Lurpak nog twee andere producten. Dat werd een pakje roomboter en een kuipje halvarine, beiden van bekende A-merken. Ik wist wat ik ging proeven (iemand moet de stukjes roggebrood smeren nietwaar), mijn vader testte blind. Op de foto zijn de stukjes roggebrood besmeerd met -van links naar rechts- Lurpak, roomboter en halvarine.

Smeren

Het viel gelijk op hoe fijn Lurpak smeert, je hoeft niet in het kuipje te ‘hakken’ om een beetje op je stukje brood te kunnen smeren. Bij de roomboter had ik daar meer moeite mee, de halvarine was ook prima te smeren.

Proeven

We begonnen met het proeven van Lurpak. Zacht van structuur en romig van smaak, lekker! Daarna de roomboter, ook een erg lekkere smaak, maar wel erg stevig van structuur. Iets te stevig misschien. De halvarine was zacht, maar niet romig. Ook had deze beduidend minder smaak.

Oordeel

De halvarine viel voor mij al snel af afgaande op de smaak. Dan blijven de smeerbare Lurpak over en de gewone roomboter. Qua smaak vonden wij ze dicht bij elkaar liggen, als je puur daarop let vonden we het lastig om een keuze te maken. Maar kijkend naar het geheel kwam Lurpak er als winnaar uit. Dit komt vooral doordat het direct uit de koelkast goed smeerbaar is.

lurpak 4a

Ik gebruik normaal gesproken niet vaak roomboter op mijn broodje omdat ik geen zin heb om de strijd aan te gaan met dat te harde stuk. De laatste paar dagen eet ik gewoon lekker een broodje met Lurpak smeerbaar, hij is echt heel goed te smeren direct nadat je het uit de koelkast haalt. Sterker nog, ik denk dat ik voortaan gewoon een kuipje Lurpak in de koelkast zet.

Lurpak heeft zowel een ongezouten als een gezouten versie van Lurpak smeerbaar, maar ook pakjes echte boter. De ongezouten vind ik heel lekker als ik mijn broodje nog wil beleggen met kaas of zoetigheid. De gezouten vind ik daar iets te heftig voor, maar die vind ik wel weer heerlijk bij een vers stokbroodje en wat kaasjes.

Ben jij al bekend met Lurpak? Als je nog meer over Lurpak wilt weten, neem dan even een kijkje op de Lurpak site. Hier kun je meer over de geschiedenis lezen en nog veel meer.

Dit artikel is een samenwerking met Lurpak, lees mijn disclaimer voor meer informatie.

Waarom roomboter op kamertemperatuur

In de banketbakkerswereld (en dus ook in de mijne) is boter een onmisbaar ingrediënt. Boter heeft verschillende effecten op een baksel, die ook verschillen per soort baksel. Zo zorgt boter natuurlijk voor een heerlijke geur, kleur en smaak, maar het maakt je deeg of beslag daarnaast ook kneedbaar en vormbaar. Daarnaast zorgt het ervoor dat de structuurbouwers in je recept (gluten, eiwitten, suiker) worden beschermd en niet uit kunnen drogen. Dit zorgt in sommige gevallen voor een mals deeg, een knapperig deeg of juist een smeuïg beslag, dat hangt maar net van de receptuur en samenhang van ingrediënten af.

Waar wordt boter van gemaakt?

Boter is een volledig natuurlijk product dat is gemaakt van melk. Het bevat maar een paar ingrediënten: room, melkzuurbacteriën, water en zout. Wist je bijvoorbeeld dat er voor een pakje van 250 gram roomboter wel 5 liter melk nodig is? Melk moet namelijk eerst ‘ontroomd’ en vervolgens gekarnd worden, totdat de room vet genoeg is om er roomboter van te maken. Dan snap je meteen waarom boter ook wel ‘room’boter wordt genoemd. En waarom je zelf roomboter kunt maken als je maar lang genoeg blijft schudden met een glazen pot met slagroom. Als je meer wilt lezen over het productieproces van boter, dan vind je het vast leuk om dit uitgebreidere artikel daarover te lezen.

Er wordt regelmatig aan mij gevraagd welke soort boter ik gebruik: roomboter of margarine. Het antwoord is altijd roomboter, want dat is het enige dat écht boter is van die twee. Margarine wordt industrieel gemaakt van plantaardige oliën en (soms dierlijke) vetten.

Waarom moet boter op kamertemperatuur zijn?

Eén van mijn basisbakregels is dat al je ingrediënten altijd op kamertemperatuur moeten zijn voordat je begint, dus ook je boter (tenzij anders vermeld). Dit voorkomt bijvoorbeeld dat je ingrediënten zullen gaan schiften bij het mengen. In een geschift beslag willen de ingrediënten niet goed met elkaar mengen, wat je kunt herkennen aan de witte spikkels die je in het beslag ziet. Daarnaast kun je boter op kamertemperatuur het allerbest romig en luchtig kloppen. Dit zorgt ervoor dat je overige ingrediënten juist beter worden opgenomen in het beslag.

Lees hier meer over mijn muffinsmaaktest: roomboter vs. margarine vs. zonnebloemolie

Zo krijg je je boter snel op kamertemperatuur  

Soms vergeet je wel eens om de boter op tijd uit de koelkast te halen zodat het op kamertemperatuur is als jij aan je vanille cake wil beginnen. Gelukkig zijn er manieren om de boter sneller op temperatuur te laten komen! Je kunt de boter kort in de magnetron oppiepen of op de vensterbank boven de verwarming leggen, maar dat is riskant want als je even niet oplet is je boter al gesmolten. De beste truc is naar mijn mening om de boter boven de beslagkom te raspen of in hele dunne plakjes te snijden. Ondertussen pak ik alvast alle andere ingrediënten voor het recept en weeg ik alles af, tegen de tijd dat ik klaar ben zal de boter op temperatuur zijn.

Zo vervang je boter bij het bakken

Helaas is het niet voor iedereen mogelijk om echte boter te gebruiken tijdens het bakken, bijvoorbeeld wanneer je een lactose intolerantie hebt. Gelukkig zijn er verschillende alternatieven te bedenken, zoals plantaardige margarine, kokosolie, andere neutrale olie of ghee. Je kunt deze varianten niet allemaal gebruiken in elk recept om boter te vervangen. Met logisch nadenken kom je gelukkig een heel eind. Bedenk je in ieder geval dat boter opstijft als je deeg of baksel afkoelt en zoals ik al eerder noemde als functie kan hebben om het vorm te geven en kneedbaar te maken.

Voor het maken van koekjes kun je bijvoorbeeld geen zonnebloemolie gebruiken, maar wel harde margarine of kokosolie. Daarentegen kun je voor het bakken van cake prima een vloeibare soort olie gebruiken, let wel op dat je voor een neutrale smaak kiest want dit proef je anders terug in je cake.

Lees hier meer over mijn koekjestest: roomboter vs. margarine

Heb jij nog andere vragen over boter met betrekking tot bakken? Stel ze dan gerust onder dit artikel in een reactie, dan zullen we deze vragen over een tijdje verwerken in een update van dit artikel!

Laura - boter 1a

Vandaag een onderwerp waar de meeste mensen over het algemeen een veel kritiek op hebben of het juist allemaal niet zoveel uitmaakt. Uitgesproken voorstanders ben ik vooralsnog niet tegengekomen (al zijn die er vast ook). Enig idee waar ik het over heb? Juist, margarine. Ik wist zelf niet goed wat ik ervan moest vinden en iedereen lijkt er een oordeel over te hebben. Mede daarom heb ik lange tijd getwijfeld of ik hier nu wel over wilde schrijven, ik zit namelijk niet te wachten op het oordeel van de zogenoemde “roomboterpolitie”. Na een tijdje denken en twijfelen vond ik het eigenlijk weer belachelijk dat ik mij door alleen het oordeel van anderen liet tegenhouden, ik wilde er immers wel echt meer over weten en leren. Ik had namelijk al ontdekt dat enkele van mijn vooroordelen niet bleken te kloppen.

Waarom wil ik meer weten over margarine?

Ik merkte dat ik in de loop der jaren steeds meer in “kamp roomboter” was gaan zitten. Niets mis mee en daar voel ik mij nog steeds op mijn gemak, maar ik merkte ook dat ik mijn (voor)oordeel over margarine klaar had. Zo zou het bijvoorbeeld een onnatuurlijk fabrieksproduct zijn. Uit de fabriek komt het ja, maar de benodigde ingrediënten komen zeker wel uit de natuur. Dat las ik in een informatief stuk van Becel dat ik van ze ontving, samen met de vraag of ik niet meer over margarine wilde leren en hier iets mee wilde doen op mijn blog.

Door dat stuk te lezen merkte ik dat mijn mening grotendeels was gebaseerd op wat ik andere mensen had horen zeggen. Want heel eerlijk, echt verdiept in margarine had ik mij niet. Niet echt de juiste manier om daar je mening -en daarmee oordeel- op te baseren. Dus waar ik eerst gelijk nee wilde zeggen, begon ik toch te twijfelen. Want ik wilde eigenlijk best meer leren over margarine, zeker nu ik erachter kwam dat bepaalde vooroordelen niet bleken te kloppen.

Laura bakken 1a

Nooit meer roomboter?

Ik ben opgegroeid met pakjes margarine in de koelkast om mee te bakken en kuipjes margarine om het op ons brood te smeren stonden ook altijd in de koelkast. Nog steeds staan die bij mijn ouders in de koelkast trouwens. Zelf ben ik door het bakken langzaam maar zeker overgestapt op roomboter, dat vind ik fijner en prettiger werken. Maar is bakken met margarine wel mogelijk? Jazeker, je moet soms alleen rekening houden met andere resultaten. Daarover later meer, want ook dat wil ik onderzoeken.

Betekent mijn zoektocht naar antwoorden en informatie in de wereld van margarine dat ik roomboter voortaan links laat liggen? Zeker niet, daarvoor vind ik het een te fijn product om mee te bakken. Maar ik vind wel dat margarine een eerlijke kans verdient. Daarom wil ik er graag meer over leren, zodat ik mijn mening kan baseren op feiten en niet op dingen die ik heb gehoord.

Wat kun je verwachten?

Zoals gezegd wil ik meer leren en ontdekken. Over die zoektocht zal je de komende maanden dus meer lezen. Zo lijkt het mij leuk om jullie wat uitgebreider te vertellen waarom ik jaren geleden overgestapt ben naar roomboter, welke van mijn (en jullie) vooroordelen wel of niet blijken te kloppen, hoe je zelf margarine maakt, de voor- en nadelen van bakken met roomboter of margarine en wat de verschillen zijn met roomboter als je ermee bakt. Om zomaar wat onderwerpen te noemen.

Ik heb jullie input nodig!

En over die vooroordelen gesproken: daar wil ik graag jullie input voor hebben. Heb jij jouw mening klaar over margarine? Positief of negatief, ik hoor het graag. Ik heb zelf ook mijn lijstje en die wil ik aanvullen met jullie punten. Binnenkort ga ik dan met dit lijstje langs de experts om te vragen in hoeverre dit wel of niet klopt. Denk hierbij aan dingen als “margarine verschilt maar één molecuul van plastic” of “margarine is een chemisch product”. Samen met jullie input en de kennis van experts kan ik dan hopelijk een mooie rij met feiten en fabels over margarine samenstellen.

Dit artikel is in samenwerking met Becel gemaakt, lees mijn disclaimer voor meer informatie.

Bladerdeeg ster met amandelspijs en speculaas

Denk ik aan december, dan denk ik aan amandelspijs en speculaas. In die maand ga ik ook erg graag aan de slag met bladerdeeg recepten, dus leek het me zalig dit allemaal te combineren. Met deze bladerdeeg ster met amandelspijs en stukjes speculaas als resultaat. Heerlijk tijdens het kerst ontbijt of bij een brunch.

Bladerdeeg ster met amandelspijs en speculaas

Het meest ideale van bladerdeeg hapjes, is dat ze heel eenvoudig zijn om te maken. Snel gemaakt, een korte ingrediëntenlijst en een heerlijk resultaat. Daar wordt iedereen blij van! Deze bladerdeeg ster valt volledig in die categorie. Extra leuk aan dit recept is natuurlijk de vorm, een feestelijke ster.

Doordat je de stroken bladerdeeg in de rondte draait ontstaan er meteen 16 mooie porties, die je er persoonlijk vanaf trekt als je zin hebt in een stukje van de bladerdeeg ster. Voor grotere eters of bij minder hapjes op de brunch tafel, kun je hierbij ook uitgaan van 8 – 10 porties.

BAKTIP: Om de het bladerdeeg met ei te bestrijken gebruik ik zelf het liefst een siliconen bakkwast. Deze zijn makkelijk schoon te maken en vaatwasserbestendig.

Zoete bladerdeeg recepten

Ook leuk aan dit bladerdeeg recept is dat het een zoet hapje is. Vaak zijn bladerdeeg hapjes hartig, maar deze kerstster met amandelspijs is speciaal voor alle zoetekauwen.

Natuurlijk kun je nog wel meer zoete bladerdeeg recepten op Laura’s Bakery vinden. Ik ben even voor je in de archieven gedoken en heb er nog een aantal voor je geselecteerd die heerlijk smaken tijdens de decembermaand:

Bladerdeeg ster met amandelspijs en speculaas

Wat is het beste bladerdeeg?

Persoonlijk hou ik het meest van bladerdeeg met roomboter. De roomboter geeft het bladerdeeg een rijke smaak. In de supermarkt vind je tegenwoordig ook veel soorten bladerdeeg zonder roomboter. Meestal staat er specifiek ‘roomboter bladerdeeg’ op de verpakking, omdat roomboter een duur product is en het bladerdeeg waar het in wordt verwerkt dus kostbaarder is.

Maar begrijp me niet verkeerd, bladerdeeg zonder roomboter is ook hartstikke lekker, het is simpelweg mijn persoonlijke voorkeur. De keren dat ik zelf bladerdeeg heb gemaakt, heb ik dan ook altijd voor het gebruik van roomboter gekozen. Wil jij er ook zelf mee aan de slag? Dan kun je kiezen tussen mijn recept voor snel bladerdeeg of het klassieke Franse recept.

HET FEESTDAGEN BAKBOEK

Met amandelspijs bak je natuurlijk de lekkerste recepten voor de feestdagen. Ben jij net als ik dol op de feestdagen en dan eigenlijk vooral op het maken van leuke baksels daar omheen? Dan is Het Feestdagen Bakboek echt wat voor jou. Met dit boek bak je het hele jaar door voor de feestdagen en zelfs buiten de feestdagen om kun je dit boek er perfect bij pakken. Van koekjes en brownies tot desserts en prachtige taarten, voor ieder moment vind je een geschikt recept.

Bestel hier!

Afbeelding

Hartige bladerdeeghapjes kerst

Voor grotere groepen mensen is het praktisch én lekker om met bladerdeeg aan de slag te gaan. Je kunt dan vrij snel een grotere hoeveelheid hapjes maken, die goed voor te bereiden zijn. Niet gek dus dat er de nodige hartige bladerdeeghapjes in kerst thema op Laura’s Bakery te vinden zijn.

Natuurlijk kun je er voor kiezen om de hapjes die in vorm van een kerstboom zijn juist in een andere vorm te maken, een ster bijvoorbeeld:

bladerdeeg kerstboompjes - hartig bladerdeeg hapje

knakworstjes in bladerdeeg krans

Veelgestelde vragen: bladerdeeg ster

Hoe groot is een rol vers bladerdeeg?

Gemiddeld wegen deze 270 gram en hebben ze de afmeting 25 x 40 cm. Ik rek de rol een beetje uit als dat nodig is, zodat ik de taartvorm met een doorsnede van 28 cm erop kan zetten en een ronde lap kan uitsnijden.

Waarmee kun je bladerdeeg insmeren?

Meestal wordt er losgeklopt ei gebruikt om bladerdeeg in te smeren. Het gaat eigenlijk om het eigeel, deze geeft een mooi glanzend laagje als je bladerdeeg afbakt. Je kunt het ook combineren met een beetje melk, dat vind ik persoonlijk het beste resultaat geven. Waarom dat is, dat lees je hier.

Voor het smeren of bestrijken gebruik ik het liefst een siliconen bakkwast.

Welke speculaas heb ik nodig en kan ik het ook weglaten?

Je kunt bijvoorbeeld speculaasbrokken, speculaasjes of schuddebuikjes gebruiken. Maar je kunt het ook prima weglaten, want bladerdeeg met amandelspijs is nog steeds een zalige combinatie (denk maar eens aan een banketstaaf).

Kan ik de amandelspijs ook vervangen?

Amandelspijs is wel de smaakmaker van dit recept, dus ik raad niet aan om dit weg te laten. Wel kun je het vervangen door een ander soort ‘spijs’. Ik maakte bijvoorbeeld al eens kokosspijs.

Kan ik de bladerdeeg ster ook later opwarmen?

Dat kan zeker. Als je de bladerdeegster niet meteen na het bakken serveert, warm hem dan weer even op. Vijf minuutjes op 200ºC is voldoende. Alles over het bewaren en opwarmen van bladerdeeg hapjes lees je in dit artikel.

 

Bladerdeeg ster met amandelspijs en speculaas

Recept afdrukken

5 van 4 stemmen

Bladerdeeg ster met amandelspijs en speculaas

Deze bladerdeeg ster met amandelspijs en stukjes speculaas is een echte december traktatie. Heerlijk tijdens de zondag brunch of bij het kerst ontbijt.
Porties: 16 personen

Ingrediënten

  • 1 ei L
  • 250 gram amandelspijs
  • 2 rollen vers bladerdeeg
  • 50 gram speculaas brokken, koekjes, schuddebuikjes

Extra nodig

  • springvorm ø 28 cm
  • kommetje ø 7 cm

Instructies

  • Klop het ei los en meng driekwart door de amandelspijs. Kneed stevig door en zet opzij.*
  • Leg de plakken vers bladerdeeg naast elkaar op je aanrecht en zet de springvorm erop.
  • Snijd met een mesje langs de rand van de springvorm een cirkel uit elke plak bladerdeeg. Het resterende deeg heb je niet nodig voor dit recept.*
  • Neem één ronde lap bladerdeeg en smeer de amandelspijs er gelijkmatig over uit. Verkruimel de speculaas en verdeel over de amandelspijs. Druk een beetje aan. Leg de tweede cirkel bladerdeeg erop en druk met een vork de buitenranden tegen elkaar.
  • Zet een kommetje (ongeveer 7 centimeter doorsnee) op z’n kop in het midden van de cirkel en snijd stroken vanaf het kommetje tot aan de rand. Voor mij werkte dit makkelijk: begin met vier kwarten en maak in elke kwart nog drie sneden zodat je in totaal 16 stroken hebt.
  • Draai elke strook twee tot drie keer dezelfde kant op en smeer in met het resterende ei.
  • Bak de bladerdeegster in 20-25 minuten goudbruin op 200ºC (boven- en onderwarmte). De bladerdeeg ster is warm het lekkerst, dus serveer direct.

Notities

  • De amandelspijs moet lekker smeuïg en smeerbaar zijn. Is dat het niet? Meng er dan nog 1 á 2 eetlepels melk doorheen.
  • Wat te doen met het resterende bladerdeeg? Maak er bijvoorbeeld supermakkelijke bladerdeegstengels van. Lekker met kaas, Italiaanse kruiden of sesamzaadjes.
cream cheese frosting

Dit makkelijke recept voor cream cheese frosting past perfect bij een carrot cake, red velvet cake en allerlei andere taarten of gebak.

Cream cheese frosting maken

In de afgelopen dagen heb ik jullie via kijkjes achter de schermen op Instagram stories lekker zitten maken met de carrot cake die inmiddels online staat. Speciaal voor deze taart maakte ik een zálige cream cheese frosting die natuurlijk ook als los basisrecept niet mag ontbreken op Laura’s Bakery.

Deze cream cheese frosting is gemaakt met een combinatie van roomboter, poedersuiker, vanille-extract en natuurlijk roomkaas. De roomboter zorgt voor stevigheid en het vanille-extract en de poedersuiker zijn smaakmakers. Ik heb de frosting expres niet al te zoet gemaakt, dan kun je hem indien gewenst zoeter maken door meer poedersuiker toe te voegen.

Cream cheese frosting als vulling

Zoals je aan de worteltaart kunt zien, kun je deze frosting prima gebruiken om een taart te vullen. Als jouw frosting na het maken nog wat aan de zachte kant is, dan moet je deze even in de koelkast zetten totdat deze weer voldoende opgesteven is.

Je kunt ook toeven spuiten van de cream cheese frosting, maar niet zulke hoge of strakke toeven als je met mijn botercrème gewend bent. De toeven op de foto maakte ik met deze spuitmond.

Frosting maken

Het Laura’s Bakery Bakboek

De recepten in mijn tweede bakboek zijn helemaal in lijn met wat je van Laura’s Bakery gewend bent. Toegankelijke recepten in vele verschillende categorieën. Van koekjes en taarten tot desserts en borrelhapjes. Met de 70 recepten in het boek ben je wel even zoet.

Bestel hier!

Afbeelding

Recepten met cream cheese frosting

Dat een roomkaas frosting perfect is voor bij een worteltaart is algemeen bekend, maar de frosting kan natuurlijk bij vele andere soorten gebak gebruikt worden. Bij een red velvet cake, als vulling in tartelettes, als toef op gebakjes en nog veel meer. Mijn hoofd stroomt inmiddels over van de ideeën, al maar ik vind de crème ook heerlijk om gewoon zo van te snoepen (kan het nooit laten).

Naast mijn recept voor carrot cake deel ik daarom hierbij een aantal recepten waar de cream cheese frosting heel goed bij te combineren is:

De frosting in het recept van de red velvet cupcakes heeft andere verhoudingen en is steviger. Voor stevige en strakke toeven gebruik je die (of een botercrème), maar persoonlijk vind ik deze -iets zachtere- crème nog lekkerder en dat werkt prima bij toeven met een gladde spuitmond.

red velvet taart recept

Mummie cinnamon rolls maken

Frosting maken

Kan ik de frosting zonder boter maken?

Ja, dat kan, maar je frosting wordt dan wel een stuk minder stevig. De roomboter zorgt er namelijk voor dat de roomkaas frosting in de koelkast opstijft en daardoor geschikt is om taarten mee te vullen en (niet te strakke) toeven mee te spuiten. Zonder de boter kun je de roomkaas frosting bijvoorbeeld nog wel prima over een plaatcake uitsmeren of een kloddertje op een cupcake smeren.

Kan ik een smaakje toevoegen?

Dat kan absoluut! Bijvoorbeeld door sinaasappelschil of citroenschil (alleen het gekleurde deel van de schil, niet het witte – dat is bitter) door de cream cheese frosting te mengen, of door het vanille-extract door een ander smaakextract te vervangen.

Help, mijn cream cheese frosting is korrelig!

In dit geval is je frosting zeer waarschijnlijk geschift. Dit komt bijna altijd doordat de ingrediënten niet dezelfde temperatuur hadden. Lees hoe je schiften kunt voorkomen.

Kan ik ook mascarpone gebruiken als roomkaas?

Ik doe dit zelf nooit, maar in principe kan het wel. Je kunt er in dat geval ook voor kiezen om de mascarponeroom te maken. Lees in dit artikel meer over de verschillen tussen mascarpone en roomkaas.

Help, mijn frosting is heel dun!

Misschien heb je de frosting te lang gemixt, dat is in principe niet nodig. Als je jouw cream cheese frosting (minimaal) een uur in de koelkast zet, dan kan de roomboter opstijven en zou je frosting weer bruikbaar moeten zijn.

Is de smaak van roomkaas sterk aanwezig?

Voor iedereen die zich afvraagt of deze frosting naar roomkaas smaakt: ja, je proeft de roomkaas nog terug. Dat kan ook haast niet anders wanneer het een hoofdingrediënt is. De smaak is wel subtieler door de andere smaaktoevoegingen.

Wat is er mogelijk met deze frosting?

Dit is een wat zachtere crème. Kleine toefjes spuiten en een taart afsmeren gaat prima, maar grote stevige toeven zullen een beetje inzakken, daarvoor is botercrème prettiger. Je kunt de taart hier ook niet mee afsmeren om hem vervolgens te bekleden met fondant of marsepein.

 

cream cheese frosting recept

Recept afdrukken

4.84 van 50 stemmen

Cream cheese frosting recept

Met deze heerlijke cream cheese frosting maak je jouw gebak nóg smaakvoller. Makkelijk te maken en precies zo te maken dat het aan jouw smaak voldoet.

Ingrediënten

  • 200 gram ongezouten roomboter
  • 300 gram roomkaas (gebruik een A-merk, deze zijn steviger)
  • 1 tl vanille-extract
  • 200 gram poedersuiker

Instructies

  • Klop de boter in een paar minuten licht en romig. Voeg de roomkaas en het vanille-extract toe en mix tot deze zijn opgenomen.
  • Als laatst voeg je de poedersuiker toe. Mix dit op een lage stand (of spatel) door de crème. Als de poedersuiker is opgenomen kun je nog even kort op een hoge stand mixen voor een luchtig en romig resultaat.
  • Proef even van de crème, als je hem graag zoeter wilt hebben kun je meer poedersuiker toevoegen. Je crème zal hier dan (bij veel extra suiker) ook steviger van worden.
  • Je kunt de cream cheese frosting gelijk gebruiken, of in de koelkast laten opstijven tot hij nog steviger wordt (of totdat je hem nodig hebt).

Laura bakken in de keuken

Een vraag die ik veel krijg over mijn bakkunsten: ‘Welke opleiding heb jij gedaan om dit allemaal te kunnen?’. Mijn antwoord: ‘Geen, ik heb het mijzelf aangeleerd’. Na de middelbare school studeerde ik Commerciële Economie en die studie gebruik ik nu maar beperkt. De commerciële kant komt natuurlijk van pas bij het bloggen, maar dat is maar een klein deel. Alles op het gebied van bakken heb ik zelf geleerd door het gewoon te doen. Ik bakte vroeger al graag met mijn ouders en dat is zich in de loop der jaren alleen maar verder gaan ontwikkelen. Als kleine uk bakte ik koekjes met mijn ouders en toen ik helemaal zelf in de keuken mocht bakken maakte ik bijna altijd hetzelfde. Namelijk een grote tulband met een pak cakemix voor 2 cakes en pakjes Blue Band margarine. Iedere keer weer een succes en ik kon er geen genoeg van krijgen, ik ben zelfs eens in een tussenuur naar huis gegaan om deze cake te bakken. Op een gegeven moment wilde ik meer proberen en zo heb ik mijzelf van alles aangeleerd. Vandaag vertel ik je meer over dit proces en hoe ik mijzelf heb leren bakken.


Laura koekjes bakken met vader

Met de paplepel ingegoten

Zolang ik mij kan herinneren sta ik graag in de keuken om te bakken. Mijn ouders betrokken mij en mijn zusje al vlot bij het koken en bakken door ons op het aanrecht te zetten terwijl zij aan het koken waren. Het duurde uiteraard niet lang voordat ik wilde helpen en dat mocht. Roeren in een pan, ingrediënten aangeven en op een gegeven moment ook zelf groenten snijden. Zelfs de afwas vond ik vroeger fantastisch om te doen, als ik maar mocht helpen. Dat ik dit met koud water en zonder afwasmiddel deed laten we maar even achterwege, de goede wil was wel aanwezig 😉 .

Wat mij het meest is bijgebleven zijn de baksessies als kleine uk. Vooral koekjes maakte ik graag met mijn ouders. Kruidnoten maakten we in het najaar veel, het recept dat we altijd gebruiken staat ook online. Nog iets dat mij is bijgebleven zijn de meringues die wij maakten uit het Blue Band bakboekje. Die specifieke receptpagina in het boekje van mijn moeder zit vol met vlekken van restjes meringue, zo vaak maakten we ze. Ik vind dat trouwens altijd leuk, dat je ziet dat een kookboek wordt gebruikt. Ik heb inmiddels zelf ook hetzelfde bakboekje in mijn bezit, nog zonder vlekken 😉 .

Bakken met Blue Band

Bij mijn moeder thuis stond er vroeger altijd margarine in de koelkast, zowel voor op brood als om mee te bakken. Bij mijn vader stond juist vrijwel altijd roomboter in de koelkast. Voor op brood en om te bakken en braden. Roomboter werd bij mijn moeder alleen in huis gehaald voor speciale dagen als Pasen en Kerst. En met die traditie ben ik ook opgegroeid. Altijd margarine, behalve voor de speciale en feestelijke ontbijtjes.

Hoewel ik tegenwoordig bak met ongezouten roomboter, is dit dus lang niet altijd zo geweest. Thuis bakten wij vroeger altijd met Blue Band margarine, zo had mijn moeder dat vanuit huis meegekregen en dit bracht ze zo dus ook op ons over. Naast de pakjes margarine stonden er bij ons thuis ook de kuipjes Blue Band voor op brood in de koelkast. In het verleden hebben we volgens mij een tijdje Latta gehad, ik herinner mij die felgekleurde letters op de kuipjes nog.

BlueBand kookboek gebak

Wat ik mij ook nog kan herinneren is het sparen van zegeltjes. Bij ons in de keuken stond een ovaal stenen bakje waar als die plakkerige, vette zegeltjes in werden bewaard. Dat heeft mijn moeder ook van huis uit meegekregen trouwens, daar werden de Gouda’s Glorie zegeltjes gespaard. Ze wist het nog tot in detail te vertellen. Als ze de (zelfklevende) spaarboekjes vol hadden, stuurden ze die op. Je kreeg dan een paar gulden op je rekening gestort en er werd automatisch een nieuw spaarboekje thuisgestuurd.

Tegenwoordig gaat dat weer iets anders. Ik heb in mijn studietijd bij Blokker gewerkt en daar hadden we altijd boekjes liggen voor Blue Band zegeltjes. Ik weet nog dat de keukenhulpjes en ontbijtbordjes de winkel uitvlogen, die acties waren ontzettend populair. Mensen kwamen met stapels spaarboekjes vol vettige zegels om ze in te ruilen voor producten. Ze hebben overigens nog steeds leuke spaaracties, momenteel kun je bijvoorbeeld voor naamstickers sparen.

Meer leren en experimenteren

Toen ik meer wilde bakken ben ik eerst gaan minderen met bakmixen. In plaats van mijn favoriete pak mix, gebruikte ik nu een recept. Zo’n mix is vaak niet meer dan meel, suiker en smaakstoffen dus dat is een vrij eenvoudige aanpassing. Stapje voor stapje ging ik iets verder, ik legde de lat steeds iets hoger en probeerde verschillende recepten uit.

De eerste cake die ik maakte met roomboter was tot mijn grote teleurstelling geen succes bij de familie. Vooral de structuur zorgde ervoor dat niet iedereen gelijk overtuigd was. Roomboter is steviger dus dat maakt de cake ook steviger dan wanneer je margarine gebruikt. Ik was zwaar teleurgesteld dat ze mijn cake niet lekker vonden. Nu zijn ze overigens wel overtuigd van mijn bakkunsten 😉 .

De cakes en andere baksels werden na verloop van tijd steeds beter, want ik wist na een paar keer proberen hoe lang ik moest mixen, ging M eieren gebruiken in plaats van het L formaat en deed nog wat andere wijzigingen in mijn bakgebruiken. Kwestie van oefening baart kunst zeg ik altijd. Destijds was er op internet nog niet heel erg veel te vinden over bakken, dus door te proberen ontdekte ik steeds weer hoe ik een beter resultaat kon krijgen.

Laura koekjes bakken met moeder

Jezelf leren bakken

Om goed te leren bakken heb je dus geen speciale opleiding nodig. Het belangrijkste is dat je het gevoel voor bakken te pakken krijgt, iets dat alleen maar lukt door het gewoon te doen. Gaat het niet goed? Jammer, maar daar leer je wel heel van. Er zijn bij mij heel wat baksels geweest die niet goed gingen, maar inmiddels wel lukken.

Ik begon altijd met simpele basisrecepten. Cake en koekjes zonder poespas maakte ik het meest. Pas toen ik die basis beheerste ging ik verder experimenteren. Door ingrediënten toe te voegen aan de basis, maar ook door gewoon hele nieuwe recepten op te zoeken en te maken. Ik heb zelf vooral leren baken door gewoon van alles te maken en logisch na te denken wanneer iets niet lukte. Als ik het echt niet kon verklaren ging ik op zoek naar meer informatie.

Om jou al die zoektochten deels te besparen heb ik een tijd geleden het artikel ‘de basis van het bakken‘ geschreven. Zo’n beetje alles waar je als (beginnende) bakker tegenaan kunt lopen bespreek ik hier of ik link naar uitgebreidere artikelen. Dan zal je vast een stuk beter starten dan toen ik net begon.

Hoe bak jij?

Ik ben wel benieuwd, hoe heb jij leren bakken? Geleerd van de familie, of ben je het gewoon gaan proberen? En gebruikte je altijd al roomboter, of ben je gestart met margarine? Of gebruik je misschien nog steeds margarine? Ik ben benieuwd naar jullie verhalen!

Kleine update voor dit artikel over margarine: ik heb ontzettend veel vragen en reacties gekregen van jullie, heel erg fijn! Ik ben al druk bezig met het opzoeken van informatie, jullie gaan daar snel meer over lezen!

Update 2: weten wat ik inmiddels al allemaal heb geleerd en geschreven? Hier een overzicht van de artikelen.

Dit artikel is in samenwerking met Becel gemaakt, lees mijn disclaimer voor meer informatie.

Recept klassieke bladerdeeg - pâte feuilletée - bladerdeegstengels

Al eerder deelde ik mijn basisrecept voor makkelijk bladerdeeg met jullie. Een snelle variant met een heel goed bladerdeeg als resultaat, maar laat de Fransen mijn methode maar niet zien. Toch wilde ik ook erg graag eens aan de slag met de klassieke methode voor Frans bladerdeeg, een pâte feuilletée. Dat doe ik met dit recept uit het nieuwste boek van Meike Schaling, de eigenaresse van Petit Gâteau (daarover later meer). Voor dit recept heb je drie dagen de tijd nodig. Dat klinkt heel extreem, maar je bent niet lang bezig met de handelingen. Het deeg moet vooral voldoende rusten en daardoor lang genoeg in de koeling liggen, zodat de lagen in het bladerdeeg extra mooi tot z’n recht komen. Wees dus niet bang om met dit recept aan de slag te gaan, als je de tijd neemt en de stappen goed volgt komt het helemaal goed.

WAT IS BLADERDEEG?

Bladerdeeg is een getoerd deeg. Dat toeren betekent dat je het deeg steeds opvouwt met boter ertussen. Op deze manier ontstaat er een gelaagd deeg: deeg-boter-deeg-boter-deeg-boter-deeg etc. De manier waarop je de boter ertussen moet vouwen om een klassiek Frans bladerdeeg te maken, is vrij specifiek en leg ik volledig uit in onderstaand recept. Elke keer dat je het deeg vouwt, wordt een halve toer genoemd en in totaal maak je vijf halve toeren. Het is belangrijk dat het deeg tussendoor de tijd krijgt om goed te koelen, zodat de roomboter koud blijft. Als dat niet gebeurt, dan smelt de roomboter door de lagen heen en dan ‘bladert’ het deeg uiteindelijk niet meer bij het afbakken. Ook moet je niet te hard drukken met je deegroller tijdens het uitrollen, want ook dan heb je kans dat je de roomboter vrijkomt.

Met het bladerdeeg kun je de meest heerlijke baksels maken, zoet of hartig. Morgen deel ik een fantastisch koekje met jullie dat uit het boek Franse taartjes komt en waarvoor je dit klassieke bladerdeeg nodig hebt. Maar er staan er ook al vele op het blog, zoals de geitenkaas-spek pakketjes, bladerdeeg twisters met parmaham, of de gerookte zalm bladerdeeghapjes.

Mijn recept voor snel en makkelijk bladerdeeg staat online op het blog, maar ook in mijn Borrelhapjes Bakboek. Daarin vind je ook het recept voor de bladerdeegstengels die je op de foto ziet!

Recept klassieke bladerdeeg - pâte feuilletée - bladerdeegstengels (2)

Zo maak je een klassiek Frans bladerdeeg (pâte feuilletée)

Zo maak je een klassiek Frans bladerdeeg (pâte feuilletée)

Review Franse taartjes, klein en groot – Petit gâteau

Dit recept voor klassiek Frans bladerdeeg is afkomstig uit het boek Franse taartjes, klein en groot. Met de lekkerste klassiekers uit de patisserie & boulangerie, aldus de ondertitel van het boek. Het boek is geschreven door Meike Schaling, de eigenaresse van de bekende patisserie Petit Gateau in Amsterdam. Al eerder verschenen er drie boeken van haar hand waarin ‘kleine taartjes’, de mini tartelettes waar Petit Gâteau om bekend staat, centraal staan. Maar dit boek is anders. In Franse taartjes, klein en groot, is een brede range aan Franse baksels terug te vinden. Denk hierbij aan verfijnde koekjes zoals macarons en amandelkrullen, prachtige Franse gebakjes zoals de religieuse of de saint-honoré, Franse broodjes zoals brioche en pains au chocolat, maar ook éclairs, madeleines en grotere taarten zoals de citroen meringue taart. Eigenlijk alles wat je ook bij de bakker in Frankrijk kunt vinden en volgens originele Franse recepturen. Wat een heerlijkheid!

Er is eigenlijk geen enkel Frans recept dat ik kon bedenken, dat niet in het boek staat. Daarnaast is het boek voorzien van foto’s van een zoete wandeling door Parijs, die Meike samen met een bevriende Franse patissier en één van haar zoons (ook een patissier) maakte. Voorin het boek staan deze adressen uitgeschreven, zodat je zelf ook deze wandeling kunt maken door Parijs. Ik krijg spontaan zin om een citytrip te boeken.

Net zoals de andere boeken van Meike Schaling is ook dit exemplaar weer een musthave voor in de kast van de fanatieke thuisbakker. Fanatiek? Ja, want de meeste recepten vragen wel om aardig wat tijd en inspanning, dus de liefde voor bakken moet echt aanwezig zijn. Maar dan heb je wel de mogelijkheid om zelf de creaties van een heuse Franse patissier in je keuken te bereiden. Je koopt het boek voor 18,50 via Bol.com of via Amazon.

 

Recept klassieke bladerdeeg - pâte feuilletée - bladerdeegstengels

Recept afdrukken

5 van 4 stemmen

Klassiek bladerdeeg (pâte feuilletée)

Bladerdeeg gemaakt op de klassieke Franse wijze, volgens het recept van Petit Gâteau. Met een ontzettend mooi gebladerd deeg als resultaat!
Porties: 600 gram bladerdeeg

Ingrediënten

Bladerdeeg (600 gram)

  • 475 gram roomboter ongezouten
  • 300 gram patentbloem
  • 200 gram tarwebloem
  • 12 gram fleur de sel
  • 250 ml koud water
  • 1 tl azijn

Instructies

DAG 1

  • Smelt 75 gram boter en laat deze afkoelen.
  • Doe de patentbloem en de tarwebloem in een kom en voeg de fleur de sel en 200 gram koud water toe. Mix met de deeghaak of met de hand. Voeg de afgekoelde gesmolten boter en de azijn toe. Meng het deeg totdat er een bal ontstaat, maar let op dat je niet te lang mengt. Als je met een vinger in de deegbal drukt, moet het een beetje terugveren. Gebeurt dit niet? Voeg dan een scheutje koud water toe, in totaal maximaal 50 ml.
  • Haal het deeg uit de kom en maak er twee mooie ballen van. Verpak in plastic folie en laat tot de volgende dag in de koelkast rusten.
  • Maak de 400 gram roomboter alvast klaar voor de volgende dag door er twee vierkante plakken van 12 x 12 cm van te maken. Dit gaat het beste als je de boter tussen twee vellen bakpapier legt. Verpak de plakken boter in plastic folie of bakpapier en leg in de koelkast.

DAG 2

  • Haal de boter en deegballen uit de koelkast en laat 25 minuten op temperatuur komen. Het is voor het uitrollen heel belangrijk dat het deeg en de boter dezelfde temperatuur hebben.
  • Bestrooi je werkblad met bloem. Rol de deegbal uit tot een vierkant van 27 x 27 cm en leg de plak boter in het midden van het deeg. Vouw het deeg over de boter als een envelop.
  • Bestrooi het werkblad weer met bloem. Het deeg mag niet blijven plakken, anders scheurt het en komt de boter vrij (en dan mislukt je bladerdeeg). Met een borstel of kwast kun je de overtollige bloem wegvegen.
  • Rol het deeg tot een lap van 15 x 40 cm. Draai het deeg een kwartslag en vouw in drie gelijke delen, zoals een portefeuille (zie ook de tekening uit het boek hierboven). Dit is de eerste halve toer. De lap deeg zou nu als een boek voor je moeten liggen, dat je open kunt slaan.
  • Bestrooi het werkblad opnieuw met wat bloem. Rol het deeg weer uit tot een lap van ongeveer 15 x 40 cm lang. Vouw het deeg net zoals je hiervoor hebt gedaan. Nu heb je een volledige toer erop zitten.* Verpak het deeg in plastic folie en laat het vijf uur in de koelkast rusten. Herhaal voor de tweede deegbal en plak toerboter.
  • Als de vijf uur zijn verstreken pak je je deeg er weer bij. Bestrooi het werkblad opnieuw met bloem en leg het deeg neer als een boek. Rol het deeg uit tot een lap van 15 x 40 cm. Vouw het deeg weer in drieën zoals hiervoor.* Bestrooi je werkblad indien nodig opnieuw met bloem, rol het deeg nogmaals uit tot een lap van 15 x 40 cm en vouw in drieën.
  • Nu heb je in totaal twee toeren (vier halve toeren) achter de rug voor het eerste deeg. Verpak het deeg in plastic folie en laat het tot de volgende dag in de koelkast rusten. Herhaal voor het tweede deeg.

DAG 3

  • Voer nu de laatste halve toer uit, dit is de vijfde halve toer. Bestrooi het werkblad opnieuw met bloem en leg het deeg neer als een boek. Rol het deeg uit tot een lap van 15 x 40 cm. Vouw het deeg weer in drieën en verpak het deeg in plastic folie. Doe hetzelfde met het tweede deeg. Laat 3 uur (of langer) rusten in de koelkast.
  • Het bladerdeeg is bijna klaar voor gebruik. Bestuif je werkblad met bloem en rol het deeg uit tot 2 à 3 mm dik. Laat het uitgerolde deeg opnieuw twee uur opstijven in de koelkast door het op een met bakpapier beklede snijplank over te hevelen. Snijd of steek het deeg hierna uit en laat opnieuw een uur in de koelkast rusten.
  • Op deze manier heb je volgens Petit Gâteau het lekkerste bladerdeeg dat er is!