
Lemon curd
In plaats van de lemon curd kun je ook een andere soort fruit curd gebruiken om de kwarkvulling op smaak te maken. Wat dacht je bijvoorbeeld van een passievruchten curd of een sinaasappel curd?
Dit recept voor een charlotte taart met citroen wordt ook wel een Charlotte Russe genoemd. Ik leg je in dit artikel uit waar die naam vandaan komt én ik laat je zien hoe makkelijk deze taart is om te maken.
Wat een plaatje is deze charlotte taart, nietwaar? Deze taart maakt zeker veel indruk op je gasten. Echt een taart voor de feestdagen, vind ik. Niet gek dus dat je dit recept in Het Feestdagen Bakboek terugvindt. En vandaag deel ik het als cadeautje hier op het blog! Dan kun je van elke dag een feestdag maken. 😉
De taart bestaat uit een basis van citroen kwarktaart, daarop een heerlijke laag mascarponeroom met vers fruit en de lange vingers vormen de rand er omheen die alles bij elkaar houden. Een charlotte taart maken is erg makkelijk, maar je kunt het natuurlijk wat uitdagender maken door zelf de lange vingers te bakken.
De officiële naam voor deze taart is ‘Charlotte Russe’. De Franse chef Marie-Antoine Careme ontwikkelde deze taart meer dan 200 jaar geleden voor zijn Russische werkgever Tsaar Alexander de eerste. Oorspronkelijk zou de taart Charlotte à la Parisienne hebben geheten, maar in zijn kookboek uit 1815 is het recept onder de naam Charlotte à la Russe te vinden.
De Charlotte Russe werd van origine gemaakt met een vulling van bavarois of custard, maar tegenwoordig worden er veel variaties op het originele exemplaar gemaakt. Daar is mijn charlotte taart een mooi voorbeeld van.
Nog een laatste weetje: de Charlotte Russe taart heeft ook een broertje en zusje die er op lijken maar toch net even anders zijn: de Charlotte Royale en de Charlotte Malakoff. Direct op mijn baklijst gezet, uiteraard. 😉
Probeer ook eens mijn charlotte taart met aardbeien, echt een aanrader!
Bak het hele jaar door voor de feestdagen de lekkerste recepten. En zelfs buiten de feestdagen om kun je dit boek er perfect bij pakken. Van koekjes en brownies tot desserts en spectaculaire taarten. Voor ieder moment is er een geschikt recept.
Zoals ik hierboven al omschreef is mijn charlotte taart de Laura’s Bakery versie van de Charlotte Russe. Je zou het ook een citroen kwarktaart kunnen noemen. Zonder bodem dan wel, want de koekjes vind je terug in de rand van lange vingers om de taart heen.
Je kan de taart ook met een vulling van bavarois, mousse of custard maken, maar stiekem vind ik deze versie met een basis van citroen kwarktaart zelf het lekkerst. En als je net zoals ik erg van citroen kwarktaart houdt, dan tip ik je meteen deze twee lekkere citroen kwarktaart recepten:
Dan kun je het hele jaar door lekker afwisselen!
In plaats van de lemon curd kun je ook een andere soort fruit curd gebruiken om de kwarkvulling op smaak te maken. Wat dacht je bijvoorbeeld van een passievruchten curd of een sinaasappel curd?
De allerlekkerste charlotte taart maak je met zelfgebakken lange vingers. Die zijn op zichzelf al niet te versmaden. Met dit basisrecept voor lange vingers maak je ze gemakkelijk zelf.
Om de taart nog feestelijker te maken kun je er een satijnen lint in een kleur naar keuze omheen binden. Dat is niet alleen een mooi gezicht, maar het maakt de taart ook net even wat steviger en zorgt ervoor dat de lange vingers niet kunnen omvallen.
Ik gebruikte een ronde springvorm met een uitneembare bodem van 20 cm doorsnede (zoals deze). Op die manier kun je de opgesteven kwarkvulling het beste ‘lossen’ en de taart verder opbouwen. Als je een grotere springvorm wil gebruiken, dan kun je het beste de ‘Recept omrekenen’-knop in de receptkaart gebruiken. Met de huidige afmetingen in het recept wordt de taart anders echt te laag.
Dit recept voor een charlotte taart met citroen wordt ook wel een Charlotte Russe genoemd. Ik leg je in dit artikel uit waar die naam vandaan komt én ik laat je zien hoe makkelijk deze taart is om te maken.
Wat een plaatje is deze charlotte taart, nietwaar? Deze taart maakt zeker veel indruk op je gasten. Echt een taart voor de feestdagen, vind ik. Niet gek dus dat je dit recept in Het Feestdagen Bakboek terugvindt. En vandaag deel ik het als cadeautje hier op het blog! Dan kun je van elke dag een feestdag maken. 😉
De taart bestaat uit een basis van citroen kwarktaart, daarop een heerlijke laag mascarponeroom met vers fruit en de lange vingers vormen de rand er omheen die alles bij elkaar houden. Een charlotte taart maken is erg makkelijk, maar je kunt het natuurlijk wat uitdagender maken door zelf de lange vingers te bakken.
De officiële naam voor deze taart is ‘Charlotte Russe’. De Franse chef Marie-Antoine Careme ontwikkelde deze taart meer dan 200 jaar geleden voor zijn Russische werkgever Tsaar Alexander de eerste. Oorspronkelijk zou de taart Charlotte à la Parisienne hebben geheten, maar in zijn kookboek uit 1815 is het recept onder de naam Charlotte à la Russe te vinden.
De Charlotte Russe werd van origine gemaakt met een vulling van bavarois of custard, maar tegenwoordig worden er veel variaties op het originele exemplaar gemaakt. Daar is mijn charlotte taart een mooi voorbeeld van.
Nog een laatste weetje: de Charlotte Russe taart heeft ook een broertje en zusje die er op lijken maar toch net even anders zijn: de Charlotte Royale en de Charlotte Malakoff. Direct op mijn baklijst gezet, uiteraard. 😉
Probeer ook eens mijn charlotte taart met aardbeien, echt een aanrader!
Bak het hele jaar door voor de feestdagen de lekkerste recepten. En zelfs buiten de feestdagen om kun je dit boek er perfect bij pakken. Van koekjes en brownies tot desserts en spectaculaire taarten. Voor ieder moment is er een geschikt recept.
Zoals ik hierboven al omschreef is mijn charlotte taart de Laura’s Bakery versie van de Charlotte Russe. Je zou het ook een citroen kwarktaart kunnen noemen. Zonder bodem dan wel, want de koekjes vind je terug in de rand van lange vingers om de taart heen.
Je kan de taart ook met een vulling van bavarois, mousse of custard maken, maar stiekem vind ik deze versie met een basis van citroen kwarktaart zelf het lekkerst. En als je net zoals ik erg van citroen kwarktaart houdt, dan tip ik je meteen deze twee lekkere citroen kwarktaart recepten:
Dan kun je het hele jaar door lekker afwisselen!
In plaats van de lemon curd kun je ook een andere soort fruit curd gebruiken om de kwarkvulling op smaak te maken. Wat dacht je bijvoorbeeld van een passievruchten curd of een sinaasappel curd?
De allerlekkerste charlotte taart maak je met zelfgebakken lange vingers. Die zijn op zichzelf al niet te versmaden. Met dit basisrecept voor lange vingers maak je ze gemakkelijk zelf.
Om de taart nog feestelijker te maken kun je er een satijnen lint in een kleur naar keuze omheen binden. Dat is niet alleen een mooi gezicht, maar het maakt de taart ook net even wat steviger en zorgt ervoor dat de lange vingers niet kunnen omvallen.
Ik gebruikte een ronde springvorm met een uitneembare bodem van 20 cm doorsnede (zoals deze). Op die manier kun je de opgesteven kwarkvulling het beste ‘lossen’ en de taart verder opbouwen. Als je een grotere springvorm wil gebruiken, dan kun je het beste de ‘Recept omrekenen’-knop in de receptkaart gebruiken. Met de huidige afmetingen in het recept wordt de taart anders echt te laag.
Wie zijn eerste taart decoreert, zal zich misschien afvragen hoe je de fondant of marsepein laat plakken aan de taart zelf. Dat doe je door je taart af te smeren, maar waarmee moet je een taart afsmeren? Op het internet vind je hiervoor uiteenlopende antwoorden. Sommigen zijn juist, maar ik zie ook adviezen voorbij komen die minder geschikt zijn. Het laatste wat je wilt, is fondant die begint te smelten doordat je de taart verkeerd hebt afgesmeerd.
Wanneer ik zelf een taart decoreer, gebruik ik altijd een 1:1 botercrème voor het afsmeren. Dit houdt in de de verhouding ongezouten roomboter en poedersuiker gelijk zijn. Deze twee ingrediënten klop je in een paar minuten romig, waarna je er met gemak een taart mee kunt afsmeren. Ook het spuiten van dijkjes kun je met deze crème doen, dit dijkje voorkomt dat vochtige vullingen (slagroom, bavarois, etc.) in aanraking komen met het fondant of marsepein.
Regelmatig hoor ik dat mensen deze 1:1 crème niet willen gebruiken omdat hij niet lekker is. Inderdaad, er is veel lekkerdere botercrème (dit recept bijvoorbeeld). Ik zou ook niet aanraden om van de 1:1 crème een toef te spuiten op een cupcake, dat is niet lekker. Maar als je er een taart mee afsmeert en een dijkje spuit (indien nodig), gebruik je echt niet zoveel van deze crème. Dat hele dunne laagje voor het afsmeren is te verwaarlozen wanneer je iemand een puntje taart serveert, waarschijnlijk proeven ze het geen eens.
Zelf heb ik er (nog) geen ervaring mee, maar ganache is prima geschikt om taarten mee af te smeren. De ganache kun je maken van zowel witte, pure en melkchocolade. Dijkjes spuiten lukt niet met ganache, daar zou je dan nog een 1:1 botercrème voor moeten gebruiken. Het voordeel van ganache is dat je de taart super strak kunt afsmeren met scherpe hoeken, dat maakt het weer gemakkelijker om je taart strak te bekleden. Het is natuurlijk ook lekkerder dan de botercrème.
Ganache maak je van slagroom en chocola, je verwarmt de slagroom tot het kookpunt en laat dan de chocola erin smelten. Na afkoelen kun je het gebruiken om af te smeren. Op één deel slagroom gebruik je twee delen melk- óf pure chocola. Bij witte chocola ligt de verhouding iets anders; één deel slagroom en drie delen witte chocola.
Zoals gezegd zwerven er op internet ook genoeg adviezen rond die helaas niet altijd even goed werken. Wat belangrijk is om te onthouden, is dat het ingrediënt waarmee je de taart afsmeert niet te vochtig mag zijn. Fondant en marsepein zijn suikerproducten die vocht aantrekken. Zodra ze vocht aantrekken zal het smelten.
Slagroom en bavarois zijn daarom niet geschikt, dit bevat te veel vocht. Ook botercrème is niet altijd geschikt, daarom gebruik ik zelf eigenlijk nooit mijn recept en kijk al helemaal uit met mixen waar je te veel vocht aan toe moet voegen. Sommige mensen gebruiken jam, ik raad dit zelf niet aan omdat het relatief ook vrij vochtig is.
Na het afsmeren kun je de taart bekleden! Nog wat hulp nodig hierbij? Lees dit artikel dan eens, hier leg ik uit hoe je een taart bekleedt.
In de bakboekenweek van vorige week wilde ik jullie zoveel boeken laten zien dat het simpelweg gewoon niet paste. Daarom volgen er deze maand gewoon nog een paar. Waaronder dit boek dus: Mijn favoriete desserts. Wat een heerlijk boek is dit zeg! Wie op zoek is naar inspiratie voor een spectaculair dessert zit met dit boek zeker goed. Van een mousse tot chocolade bitterballen, in dit boek vind je zeker iets lekkers!
Laten we even beginnen bij het feit dat dit echt een supergroot boek is, wel bijna 35 cm hoog! Dat maak het bladeren in dit boek al een ervaring op zich. De desserts zijn opgedeeld in 17 hoofdstukken, gesorteerd op soort dessert. Zo begint het boek met rabarber recepten. Zo vind ik de croissantpudding met rabarber er echt héérlijk uitzien, maar ook de rabarber kwarkcake staat op mijn lijstje om te maken. In het volgende hoofdstuk staat chocolade centraal, altijd goed. Je kunt kiezen voor kleine rozemarijn truffels of gaan voor de NY salted chocolate caramel cheesecake. Een mond vol, maar het klinkt dan ook heerlijk. Alles ziet er ook heerlijk uit trouwens, de fotografie in dit boek vind ik echt heel mooi!
Geen fan van chocola? Dan gaan we gewoon verder met verschillende soorten crème brûlee. Een mokka variant bijvoorbeeld, of eentje met bramen. Ook voor de koffie liefhebbers is er een speciaal hoofdstuk. Kies voor de espressogranita of hazelnootgebakjes met mokkacrème. Als ik deze laatste aan mijn moeder laat zien weet ik dat ik direct de keuken ingestuurd word om het te maken 😉 .
Wist je dat je van oud brood ook hele leuke desserts kunt maken? In dit hoofdstuk staan verschillende pudding recepten en wentelteefjes. Hierna volgt een korstdeeg met een aantal taartrecepten en daarna schakelen we direct over op tiramisu! de bavarois van mokka tiramisu lijkt mij een aanrader maar ook de frambozentiramisu met witte chocola wil ik eens proberen!
In het yoghurt en kwark hoofdstuk staan recepten als mango-ijs, yoghurt citroentaart en frisse citrusmousse. Stuk voor stuk heerlijke desserts. In het volgende hoofdstuk staan kruiden centraal, denk hierbij aan basilicumkoekjes met lemon curd en kruiden-ricottacake. Combinaties die ik niet snel zo maken, maar er toch erg smakelijk uitzien.
Ook groenten zou ik niet snel in desserts verwerken, maar deze zitten toch in de recepten van het volgende hoofdstuk. Ik weet nog niet of ik snel paprika in sinaasappel-gembersiroop zou maken, maar hier ligt zeker een uitdaging. De pompoencake klinkt goed in ieder geval.
Volgende hoofdstuk: pudding! De chocoladepudding met butterscotchsaus zou ik het liefst nu nog maken, die ziet er zo lekker uit! Er staan ook genoeg frisse puddinkjes met vers fruit in. Er lijkt werkelijk waar geen eind te komen aan al deze prachtige desserts, we zitten nu namelijk pas op twee derde van het boek. Nu gaan we roosteren en grillen. Gegrilde perziken in een zomertaart bijvoorbeeld, of geroosterde aardbeien met vanille-basilicumsaus.
In het 13e hoofdstuk draait het om parfait en semifreddo. Een snelle meringue parfait of juist een prachtige hazelnootijstaart, dat vind je hier. Hierna komen de crumbles en soezen aan bod, weer twee hoofdstukken die vol staan met heerlijke recepten als bosvruchtencrumble en mokka-éclairs.
De laatste twee hoofdstukken gaan over ijs en rijstdesserts. Vooral dat ijs hoofdstuk spreekt mij aan. Heerlijke recepten maar ook leuke ideeën voor toppings
Ik als liefhebber van toetjes en desserts vind dit een heerlijk boek! Er staan ook genoeg recepten die je niet per se als desserts hoeft te serveren, dus dat komt goed uit. Nog meer gelegenheden om van deze recepten te genieten. De styling van dit boek vind ik heel gaaf, ik heb al een papiertje uit het boek willen vegen dat er gewoon thuishoorde en van de fotografie krijg je spontaan trek. Voor iedereen die van (spectaculaire en) lekkere desserts houdt is dit boek absoluut een aanrader!
Dit boek is inmiddels niet meer verkrijgbaar via de bekendere online winkels.
‘De bijbel van de patisserie en desserts’ staat op de achterzijde vermeld. Daar moet ik ze helemaal gelijk in geven, wat een prachtig boek is dit. In deze Encyclopedie van de patisserie en desserts worden 300 verschillende technieken stap voor stap uitgelegd. Een hoop theorie dus voor in de keuken. Nadat je goed gestudeerd hebt kun je al deze technieken toepassen in de 150 recepten die dit boek ook nog bevat. De recepten zijn stuk voor stuk culinaire hoogstandjes die je allemaal bij een super de luxe patisserie in de etalage zou kunnen vinden. Maar dat mag ook wel met de professionele leermeesters die gezamenlijk aan dit boek hebben gewerkt.
Voor zo’n dik boek ziet de inhoudsopgave er vrij leeg uit. Het boek begint met de technieken die zijn ingedeeld op verschillende soorten gebak en vullingen. Als je naar zo’n hoofdstuk gaat volgt nog een soort inhoudsopgave (zie onderstaande foto) waarin staat wat je allemaal in dat hoofdstuk kunt vinden. Na de technieken komen de recepten, deze zijn op verschillende soorten patisserie en desserts ingedeeld. Voor elk hoofdstuk is een andere patissier aan de gang gegaan. Het boek eindigt met een woordenlijst en registers van technieken, recepten en video’s. Daar heb je dus nog een duidelijk overzicht van alles bij elkaar. Video’s klinkt misschien wat raar, maar door het hele boek staan een aantal QR codes waarmee je een filmpje over een bepaalde techniek kunt bekijken.
De technieken zijn allemaal heel goed uitgelegd. Met dit boek kun je verschillende soorten saus maken, leer je leuke manieren om gebak te garneren en weet je alles over de verschillende soorten bladerdeeg. De recepten zijn helder en duidelijk beschreven. Vaak worden er ook nog tips van de chef gegeven of andere interessante feiten over het ontstaan van het recept. Er staan bij de technieken niet overal foto’s maar dat is geen gemis. De belangrijkste technieken zijn wel voorzien van foto’s, anderen worden heel goed uitgelegd. Ook staan er vaak foto’s van het eindresultaat waardoor het ook al duidelijk wordt. Voordat je van de technieken verder gaat naar de recepten volgt er eerst nog een hoofdstuk met praktische informatie. Materialen, ingrediënten en allerlei tabellen staan in dit hoofdstuk. In deze tabellen staan de verschillende stadia van suiker, samenstellingen van ijs en meer.
De recepten hebben in principe dezelfde opbouw als de technieken. Er wordt regelmatig verwezen naar de technieken in het boek en ook hier zijn tips en weetjes opgenomen. Elk recept bevat een foto, heel erg leuk want het zijn prachtige desserts. Er staan ook heel wat recepten in die de gemiddelde bakker niet snel zal maken. Wat dacht je hier van: een bol blazen van suiker om deze vervolgens te vullen met aardbeien bavarois. Prachtig, maar behoorlijk ingewikkeld. Ook al zal ik dit niet snel maken, het is heel leuk om te zien en te lezen hoe je dit moet doen. Er worden ook vaak tips gegeven hoe je een soortgelijk resultaat kan krijgen op een eenvoudigere manier.
Dit boek is voor iedereen die wel van een uitdaging houdt in de zoete keuken en vooral heel veel wil leren. Daarnaast is het ook een prachtig en leerzaam boek om gewoon lekker in te bladeren en te lezen. De foto’s zijn stuk voor stuk prachtig en doen je watertanden. Gasten zullen onder de indruk zijn als jij met Kerst een prachtig dessert uit dit boek serveert.
Het boek is inmiddels niet meer verkrijgbaar via de bekendere online winkels.
Gisteren was het dan zover; de Taart en Trends beurs in Hilversum. Vorig jaar rond deze tijd had ik nog nooit gehoord van het fenomeen ’taartdecoratie’ en nu ben ik naar de beurs geweest en heb al mijn gespaarde centen goed laten rollen! Je zult dus wel begrijpen dat ik het enorm naar mijn zin heb gehad!
Samen met mijn vader zijn we ’s ochtends met de auto vertrokken richting Hilversum. Na heel Hilversum te hebben gezien door alle wegopbrekingen stonden we precies om 11 uur in de rij voor de Dudok Arena. Na 3 minuten wachten gingen de deuren open en konden we eindelijk naar binnen. Gelijk aangeschoven in de drukte bij de kraam van Ellen’s Creative Cakes, wat hebben die een leuke dingen zeg. Hier heb ik leuke kleurpoeders, bavaroispoeders, cupcake caisses, ronde uitstekers en cupcake moulds aangeschaft! Dat was niet het enige dat ik heb gekocht 🙂
Bij Tastyshop heb ik kleurstoffen en cupcake caisses van Vestli House gekocht. Dit merk heeft zulke mooie caisses van goede kwaliteit (is jammer genoeg ook aan de prijs te merken). Bij Cakes by Bien heb ik de beroemde ‘Pointy Five’ aangeschaft en ook uitstekers in de vorm van snoepjes en ballonnen van KitBox. Ook bij Piece of Cake nog wat aankopen gedaan; 1:3 marsepein, bavaroise poeder, strikuitsteker, kleurstof en holly leaf plungers.
Naast taarten waren er bij de demonstraties ook hele leuke cupcakes en koekjes te zien. Niets was te gek; cupcake/koekjes stapels, theepotten met kopjes, een kat, een koekvogelhuis en welke ik erg leuk vond: Mevrouw Pot van Belle & het Beest. Die zou ik ook nog wel eens willen maken. Je kunt deze rechts bovenin zien op de foto.
Vandaag heb ik heerlijk aan tafel met mijn nieuwe spulletjes gezeten. Ik had niet zo’n zin om iets te bakken want ik wilde gelijk aan de slag gaan. Daarom maar onze koektrommel geplunderd en daar biscuitjes uit gehaald 🙂 Zo kon ik mijn malletjes, uitstekers en poedertjes gebruiken. Het resultaat vind ik erg leuk geworden.
Voor mijn verjaardag had ik laatst al snowflake plungers gekregen die ik graag wilde proberen. Op de beurs had ik holly leaf plungers gekocht en dus kon ik kerstkoekjes maken. De blaadjes heb ik helemaal gekleurd met poeder wat een erg leuk effect geeft. De sneeuwvlokken heb ik zilver gedust wat ze erg mooi maakt. Dit waren maar 3 koekjes in kerst thema maar ik weet wel wat ik met kerst op tafel wil zetten; een hele schaal vol met koekjes!
De beurs was dus erg geslaagd! Ik heb eindelijk de mooie huisjes van Annelies mogen bewonderen, in het echt zijn ze nog mooier dan op de foto’s. Ook heb ik erg mooie suikerbloemen gezien en bij de stand van Mjam Taart heb ik alle taarten die in het tijdschrift hebben gestaan in het echt mogen bewonderen. Helaas heb ik de grote demonstraties gemist wat ik erg jammer vind, puntje om te onthouden voor volgend jaar want dan ga ik er zeker weer heen!
Liefde is… een speciale taart aan je vriendje geven omdat hij jarig is.
Dit deed een vriendin van mij. Na veel wilde plannen voor de taart zijn we uiteindelijk toch op een vrij eenvoudige versie uitgekomen onder het motto ‘less is more’. Dit geldt dan vooral voor de bovenkant, want op de zijkant heb ik toch nog aardig uitgepakt. De stippen geven, afgewisseld met de hartjes, een erg vrolijk en fris effect. Voordat je begint met alle stippen uitsteken, meet eerst even de hoogte van de taart op. Deel dit dan door 4 en zoek naar een uitstekertje dat iets kleiner is, zo hou je voldoende ruimte over. Probeer deze eerste vier stippen eerst nog even op de taart of het naar wens is, dan kan je de rest uitsteken.
BAKTIP: Deze taart maak je in een speciale harten springvorm.
De taart is gevuld met Zwitserse room en aardbeien bavarois, het blijven de meest geliefde smaken hier. In de zomermaanden mag ik graag plakjes verse aardbeien toevoegen aan de vulling. De taart is erg enthousiast ontvangen door de jarige en familie. Ik vond het een erg leuke taart om te maken, mijn eerste hartvormige taart! Het is ook een leuke basis om mee verder te gaan voor een taart op Valentijnsdag.
Wie wel eens een taart heeft gedecoreerd, kent het misschien wel: een dijkje spuiten. Het klinkt misschien een beetje gek, maar eigenlijk is het heel logisch. Je spuit een dijkje om de taartvulling in de taart te houden. Van sommige vullingen wil je dat die niet in aanraking komen met de bekleding van fondant of marsepein, dan kan het namelijk smelten. Maar waarmee en wanneer spuit je nu eigenlijk een dijkje?
voor het spuiten van een dijkje gebruik je een 1:1 botercrème. Hierbij zijn de verhoudingen tussen ongezouten roomboter en poedersuiker gelijk. Gebruik je 100 gram boter? Dan ook 100 gram poedersuiker. Hoeveel je nodig hebt verschilt per maat taart, maar hangt ook af van hoe dik/groot jij je dijk wilt hebben.
De boter en suiker klop je lekker luchtig en romig, zo kun je er eenvoudig een dijkje mee maken. Je vult een spuitzak met de botercrème en spuit zo eenvoudig rondom een mooie dijk om de vulling tegen te houden. Ik kies er meestal voor om een dun en hoog dijkje te spuiten, ik maak dus twee laagjes. Je kunt ook een dikkere -en dus hogere- dijk spuiten, maar dan heb je dus ook een groter deel van deze crème in je taart.
Je spuit een dijkje wanneer je een vochtige vulling gebruikt. Door het vocht uit een vulling kan je fondant of marsepein smelten, door de dijk zorg je dat de vulling niet in aanraking komt met de bekleding. Voorbeelden van vochtige vullingen zijn slagroom, bavarois en jam.
Twijfel je of je nu wel of niet een dijkje moet spuiten? Dan kun je het best gewoon eentje maken, dat kan zeker geen kwaad. Liever een dijkje teveel, dan de bekleding die van de taart smelt 😉