Begin met het maken van het deeg. Hiervoor doe je de boter, basterdsuiker en vanillesuiker in een kom, mix tot een romig mengsel. Voeg dan het eidooier toe en mix tot deze volledig is opgenomen. Je kunt bloem en zout tegelijk toevoegen, kneed tot een mooi koekdeeg.
Verdeel het deeg in 2 delen, het is makkelijker om 2 rollen te maken dan 1 hele lange. Rol het deeg uit tot een plak van ongeveer 35×28 cm die 2-3 mm dik is (snijd eventueel bij voor een rechte lap deeg). Doe dit op een stuk keukenfolie. Dat maakt het oprollen straks een stuk makkelijker. Je kunt ook de hele hoeveelheid deeg dikker (5 mm) uitrollen tot hetzelfde formaat, dan krijg je grotere koekjes. Ik vond het zelf wel leuk om wat kleinere koekjes te maken, het eindresultaat is met dit formaat ongeveer 5 cm in doorsnede.
Smeer de Nutella gelijkmatig uit over het deeg, laat het randje van een van de lange zijdes vrij. Rol het deeg op vanaf de lange zijde die wel ingesmeerd is. Het beginnetje kun je voorzichtig met de hand oprollen, daarna gebruik je het folie. Je zult zien dat dat heel makkelijk gaat.
Wanneer het deeg helemaal is opgerold vouw je het folie er stevig omheen. Rol het deeg nog een paar keer heen en weer over je werkblad zodat de naden goed dicht zijn. Leg de rol deeg minimaal een uur in de koelkast. Doe hetzelfde met het tweede deel deeg.
Verwijder het folie en snij de rollen deeg in plakjes van ongeveer 1 cm dik. Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat.
Bak de koekjes in 12-14 minuten op 180 °C (boven- en onderwarmte).
Bewaren
Wil je de koekjes bewaren? Hier lees je hoe je dat het best kunt doen.