Vet een ovenschaal in en verwarm de oven voor op 200 °C (boven- en onderwarmte).

Schil de appels, verwijder het klokhuis en snijd in kleine blokjes. Doe de appels met de suiker en het kaneel in een kommetje en roer door elkaar totdat alles goed vermengd is.

Doe de roomboter in een pan en laat smelten op middelhoog vuur. Voeg nu de appels toe bak tot de appels zachter zijn en de suiker met kaneel een stroperig geheel is geworden.

Leg de wraps op een bord en verdeel de warme appels over de tortilla’s. Zorg ervoor dat de appels aan een kant van de wrap liggen, zodat je ze eenvoudig als een sigaar kunt oprollen. Leg de opgerolde tortilla’s met de vouw naar beneden in een ingevette ovenschaal.

Klop het ei los en strijk hiermee de tortilla’s in. Strooi nu wat kaneelsuiker over de opgerolde tortilla’s heen voor een knapperig korstje.

Zet de warme appeltaart wraps voor 5-10 minuten in de oven en serveer de wraps warm met een bolletje ijs of toef slagroom.