Bak de baconreepjes uit in een hete pan, laat ze daarna goed uitlekken. Eenmaal uitgelekt hak je de reepjes nog wat fijner tot blokjes.
Scheur de plakjes cheddar (ik gebruikte van die plakjes goedkope cheddar, die zijn ideaal voor dit soort kaaskoekjes) in stukjes en doe deze samen met de boter in een kom. Mix tot er een egaal mengsel ontstaat. Voeg bloem, zout, peper en bacon toe en kneed tot een stevig deeg.
Bestuif je werkblad met bloem en rol het deeg uit tot een lap van ongeveer 5 mm dik. Neem een uitsteker van ongeveer 6 cm in doorsnede en steek de hartige koekjes uit. Misschien moet je soms met een scherp mesje op de randen een stukje bacon doorsnijden.
Leg alle koekjes op een met bakpapier beklede bakplaat, zorg voor een paar centimeter tussenruimte. Ik kon in totaal 3 bakplaten vullen met de koekjes.
Bak de koekjes in 12-14 minuten op 180 °C (boven- en onderwarmte) gaar en goudbruin.
Laat ze even afkoelen op de plaat, verplaats ze dan naar een rooster om volledig af te koelen.