Begin met het maken van het deeg. Je doet daarvoor alle ingrediënten voor het deeg in een kom, kneed tot er een stevig deeg ontstaat. Laat het deeg even rusten in de koelkast.
Ondertussen kun je de vulling maken. Schil de appels, verwijder de klokhuizen en snijd ze in schijfjes of blokjes. Meng de rozijnen, kaneel en suiker erdoor en zet opzij.
Haal het deeg uit de koelkast en verdeel in drie delen: voor de bodem, zijkant en een raster bovenop.
Bekleed je springvorm met bakpapier en rol het deeg voor de bodem uit. Bekleed je bodem ermee. Doe hetzelfde voor de zijkanten van je springvorm. Druk de randjes waar de stukjes deeg elkaar raken stevig aan.
Stort het appelmengsel in de vorm en verdeel gelijkmatig. Druk stevig aan, dat is straks prettig bij het aansnijden van de taart. Met het resterende deeg maak je een rastig voor bovenop de taart.
Kluts een eitje en bestrijk de bovenkant ermee.
Bak de appeltaart in 70 minuten op 175 °C (boven- en onderwarmte).
Laat de taart afkoelen in de vorm voordat je hem aansnijdt.