De laatste paar tips die ik jullie nog mee wil geven gaan over de materialen. spuitzakken bijvoorbeeld, je kunt dure wegwerpspuitzakken kopen maar met een snoepzak gaat het ook prima. Met dikke icing kun je beter wel een stevige spuitzak of een dubbele snoepzak gebruiken.
Icing droogt aan de lucht, niets irritanter dan een verstopt spuitmondje omdat de icing is gaan drogen. Dit is heel makkelijk te voorkomen, op twee manieren zelfs. Ten eerste bestaan er hele handige tip covers, een soort rubberen dopjes die de spuitmondjes goed afsluiten. Ten tweede kun je een een hoog (en breed) glas nemen en een vochtig keukenrolletje op de bodem plaatsen. Je zet je spuitzak in het glas (gelijk een handige houder) en door het vochtige doekje droogt de icing niet uit.
Heb je toch een verstopt spuitmondje door bijvoorbeeld een klontje poedersuiker? Knijp dan niet zo hard mogelijk om het er uit te krijgen. Je kunt beter een speldje pakken en het doorprikken.
Icing kun je best even bewaren. Heb je ’s avonds al wat voorbereidingen gedaan en ga je pas de volgende dag verder? Zorg dat alle spuitmondjes afgesloten zijn om uitdrogen te voorkomen. De spuitzakken kun je gewoon buiten de koelkast bewaren.
Zachte koekjes weer knapperig maken
Het is logisch dat je koekjes zacht worden als je deze met royal icing decoreert. Het vocht in de royal icing trekt in de koekjes waardoor ze zachter worden. Zelf vind ik dat niet erg in combinatie met het knapperige laagje icing. Wil je toch liever knapperige koekjes? Dat kan! Zet de oven aan op 50 graden. Schuif een plaat gedecoreerde koekjes in de oven en laat de deur op een kiertje. In je zelf gemaakte ‘droogkast’ laat je de koekjes nu een uur staan. Het vocht trekt nu uit de koekjes, zo worden ze dus weer knapperig. Als je ze hierna luchtdicht verpakt blijven ze ook knapperig, er kan immers geen vocht meer bij.