Daar is hij dan: de klassieke tarte tatin (met appel). Met dit makkelijke recept maak je binnen no time een heerlijke appel tarte tatin.
Tarte tatin met appel maken
Zo lang als ik mij kan herinneren wil ik al een klassieke Franse tarte tatin bakken. Ik vind dat zo’n lekker dessert (mét een bolletje ijs, uiteraard). Gekaramelliseerde appeltjes en een knapperige bodem van bladerdeeg laten mijn hart nou eenmaal sneller kloppen.
Ik was daarom helemaal in mijn nopjes toen ik eindelijk aan de slag ging. Een tarte tatin is een echte klassieker, daarom heb ik niet opnieuw het wiel uitgevonden maar een bestaand recept gebruikt en een aantal aanpassingen doorgevoerd zodat het helemaal binnen de Laura’s Bakery klassiekers past.
Het resultaat was fantastisch lekker en ik deel mijn ervaringen en tips in deze blogpost allemaal met jullie.
Welke appels voor een tarte tatin?
Voor een tarte tatin wil je stevige appels gebruiken die niet teveel vocht loslaten. De Goudreinet is daarom de meest geschikte kandidaat, maar Jonagold of Elstar appels kun je ook prima gebruiken.
Makkelijk recept voor tarte tatin
Om te beginnen heb ik ervoor gekozen om geen losse karamel te maken, wat bij veel andere tarte tatin recepten wel gebeurt. Het is eigenlijk onnodig en door het recept slim aan te passen wordt het nog makkelijker om te maken.
Dan de bodem van deze taart. Je kunt een tarte tatin met een pâte brisée (een korstdeeg) maken of met bladerdeeg. Ik koos voor het laatste. Voor de tarte tatin die je op de foto ziet heb ik losse plakjes bladerdeeg uit de vriezer gebruikt, maar ik kan jullie aanraden om voor een rol vers bladerdeeg te kiezen. Dat geeft een mooier resultaat.
Dat zijn de twee factoren die dit een echt makkelijk recept voor tarte tatin maken. Uiteindelijk gaat alles in een pan en als je pan ovenbestendig is kan het geheel zo de oven in. Ik koos ervoor om mijn vulling niet in een ovenbestendige pan te maken, omdat ik weet dat veel thuisbakkers deze niet hebben. Beide bereidingswijzen vind je terug in het recept, maar ik wilde ze persoonlijk allebei hebben geprobeerd.
BAKTIP: Ovenbestendige pannen aanschaffen? Voor dit recept hoeft dat niet, je kunt het ook zonder maken. Als je ze toch in huis wil halen, dan kan ik deze prachtige set aanraden.
Oh en onthoud: een tarte tatin hoeft er niet perfect uit te zien, alles draait om de lekkere (gekaramelliseerde) smaak.
Het Laura’s Bakery Bakboek
Meer toegankelijke, makkelijke en vooral lekkere recepten bakken? In het Laura’s Bakery Bakboek vind je zowel zoete als hartige recepten terug. Van koekjes en taarten tot desserts en borrelhapjes. Met de 70 recepten in dit boek ben je wel even zoet!
Ik krijg vaak de vraag of de appels in dit recept ook door peren kunnen worden vervangen. In principe kan dat, maar dan zou je de hoeveelheid suiker ook willen verminderen omdat peren zoeter zijn dan appels. Als je de hoeveelheid suiker verminderd, dan klopt de verhouding met de boter niet meer. Mijn conclusie is daarom dat ik dit liever eerst wil testen om jullie met een juist recept de keuken in te sturen.
Is het jou al succesvol gelukt om met dit recept een peren tarte tatin te maken? Deel het dan vooral in de reacties onder het recept, want er zijn genoeg andere lezers (waaronder ik 😉 ) die benieuwd zijn welke aanpassingen je dan hebt gedaan.
Welke appels moet ik gebruiken?
Hiervoor geldt eigenlijk hetzelfde als voor een reguliere appeltaart. Stevige, friszure appels, die niet teveel vocht loslaten tijdens het bakken. Goudreinetten zijn daarom favoriet, maar ook Jonagold of Elstar appels zijn bijvoorbeeld erg geschikt.
Help! Het appel-, suiker- en botermengel blijft te vochtig!
Let op welke appels je gebruikt. Te sappige appels kunnen resulteren in een natte vulling.
Zorg ervoor dat je karamel voldoende is ingedikt en verkleurd voordat het de oven ingaat.
Draai de tarte tatin niet te snel om na het bakken, de vulling heeft wat minuten nodig om steviger te worden (en is daarnaast ontzettend heet). Laat de tarte tatin overigens ook niet volledig afkoelen, de taart moet warm zijn om succesvol omgedraaid te worden.
Je kunt nooit volledig voorkomen dat er een beetje sap van de appel van de taart af zal druipen.
Draai de taart pas om als je ‘m wil gaan serveren, anders is de kans groot dat de vulling de taart vochtig zal maken. Warm de tarte tatin eventueel weer even op als je deze al eerder hebt gebakken en laat tot die tijd op z’n kom in de vorm of pan zitten.
Kan ik ook een hartige tarte tatin maken?
Dat kan! Ik maakte bijvoorbeeld al eens een tomaten tarte tatin met basilicum en balsamico siroop. Ook een absolute aanrader.
5kleine, stevige friszure appelszonder klokhuis, geschild en in kwarten
100gramongezouten roomboter
200gramfijne kristalsuiker
snufjezout
1rolvers bladerdeeg
Instructies
Heb je geen ovenbestendige pan? Vet dan een ronde ovenschaal met een diameter van 27 cm in. Verwarm de oven voor op 200 °C (boven- en onderwarmte).
Smelt de boter in een flinke koekenpan van 28 cm in doorsnede (indien mogelijk: ovenbestendig) op middelhoog vuur. Zodra de boter gesmolten is, roer je de suiker erdoor. Dit kan wat brokkelig zijn in het begin. Zodra het boter-suikermengsel begint te koken en borrelen voeg je de appels en het snufje zout toe.
Roer door elkaar tot alle appels een laagje “karamel” hebben. Laat dit geheel zo’n 15 minuten koken terwijl je erbij blijft en af en toe roert. De karamel zal langzaam donkerder worden. Vanaf 10 minuten merk je dat het een echte karamelkleur krijgt en steeds plakkeriger wordt.
Rol het bladerdeeg alvast uit.
Heb je een ovenbestendige pan? Dan kun je deze stap overslaan. Giet de de gekarameliseerde appels en de karamel in je ingevette vorm. Ga snel te werk en keer alle appels met de bolle kant naar beneden.
Dek af met bladerdeeg en snijd eventueel overtollig bladerdeeg weg en stop de randjes in de vorm. Let op! Je werkt met hete karamel dus raak deze niet aan met je vingers.
Prik enkele gaatjes in het bladerdeeg met een vork en zet het voor 30 minuten in de oven of tot het bladerdeeg goudbruin en krokant is.
Haal de vorm uit de oven en neem een platte schaal die groter is dan de vorm. Plaats de schaal op de vorm en draai het geheel in een snelle beweging om, zodat de tarte tatin op de schaal komt te liggen met de appels naar boven.
Laat even afkoelen tot de karamel niet meer te heet is en serveer warm met een toef slagroom of bolletje ijs.
Notities
Zoals je kunt zien heb ik met bladerdeeg plakjes gewerkt, maar dit gaf niet het mooiste resultaat. Vandaar dat ik dit in het recept heb aangepast naar een rol bladerdeeg.
Als je een ovenbestendige pan hebt sla je het overgieten over, maar ga je verder hetzelfde te werk.
Toen ik laatst een oh-zo-charmante selfie (not!) postte op Instagram stories waarop ik een hap van een stuk cake nam stroomden de vragen gelijk mijn berichtenbox binnen. Niet omdat ik lunchte met cake, 2 soorten om precies te zijn, maar wel om te vragen welke cake het was. Dat vind ik altijd heel grappig, zodra ik iets eetbaars laat zien dat (meestal) zelfgemaakt is wil iedereen gelijk weten wat het is en hoe je het maakt. Sommigen zeggen niet meer dan ‘recept’, anderen vragen netjes in een hele zin om het recept (geloof mij, dat werkt beter die hele zin). Ieder recept dat ik in mijn keuken maak en geslaagd is komt uiteindelijk vroeg of laat online, maar na alle vragen bij deze cake wist ik dat ik niet te lang moest wachten. Jullie wilden maar wat graag met deze Oreo-Nutella cake aan de slag. Zonder ook maar te weten waar ik nou eigenlijk die hap van nam. Maar nu weten jullie het en kun je aan de slag. Gelijk vandaag, of bewaar hem voor het weekend. Oh, en die lunch met twee soorten cake was natuurlijk omdat ik jarig was die dag. Doe ik anders nooit. Echt niet hoor.
De Oreo-Nutella cake is het fantastische resultaat van twee heerlijke hoofdingrediënten. Het is een hele populaire en gewilde cake. Logisch! Want hij is ongelooflijk smaakvol én makkelijk te maken.
Klop boter en suiker romig. Voeg de eieren een voor een toe, bij de laatste kun je ook het vanille-extract toevoegen. Dan kun je het zelfrijzend bakmeel erbij doen, mix tot dit is opgenomen in het beslag. Langer mixen is niet nodig.
Vet je taartvorm in en bekleed de bodem met bakpapier. Stort het beslag in de vorm en verdeel gelijkmatig.
Roer de Nutella in een schaaltje even door en verdeel met een theelepel over de cake. Met de achterkant van je lepeltje kun je de Nutella in swirls door het beslag verdelen. Breek de Oreo’s in stukjes en verdeel deze over de cake, druk ze lichtjes aan. Doe hetzelfde met de chocolate chips.
Bak de cake in 20-25 minuten op 150 °C (boven- en onderwarmte) gaar en goudbruin.
Laat de cake zo’n 10-15 minuten afkoelen in de vorm voordat je hem eruit haalt en op een rooster verder laat afkoelen.
Snijd de cake in reepjes en serveer.
Eet smakelijk!
Notities
Bewaren: luchtdicht verpakt blijft deze cake 4-5 dagen goed, bewaar hem buiten de koelkast. Invriezen kan ook, dan blijft hij tot 3 maanden goed.
Na mijn verslag van de reis door het zuiden van Zweden is het tijd om een aantal van mijn favoriete foodspots uit te lichten. Van die fijne koffiezaakjes, foodhallen, delicatessenzaakjes en meer van dat soort lekkers. In deze editie met foodspots in Zuid-Zweden staat de Fika centraal. Een Zweeds gebruik van een lekker gebakje of zoet broodje bij de koffie (of thee). Een gebruik dat wat mij betreft gelijk in Nederland geïntroduceerd mag worden. Heerlijk zeg! Ik heb dus een paar locaties waar je die Fika dus fantastisch kunt proberen, maar een foodhal, chocoladewinkel en culinair georiënteerd hotel mogen ook niet ontbreken in dit overzicht.
Fika
Laten we beginnen met de Fika. Een van de voornaamste redenen waarom ik graag naar Zweden wilde. Je bent een zoetekauw of niet 😉 . Onderstaand mijn drie favoriete adresjes voor de Fika waar ik kennis mee heb mogen maken.
Flickorna Lundgren
Gelegen aan de rand van het bos en met uitzicht op de zee vind je Flickorna Lundgren, een zaak die sinds 1938 wordt gerund door de zeven gezusters Lundgren. Je bestelling plaats je in het oude traditionele huis. Gebakjes krijg je gelijk mee, voor de drankjes krijg je een briefje. Neem plaats op een van de vele terrassen en iemand van het personeel komt het briefje ophalen en zorgt dat het drinken ook zo snel mogelijk jouw kant op komt.
Wij werden in het huis ook nog even te woord gestaan door de eigenaresse. Een ontzettend lieve vrouw die ons meer vertelde over de geschiedenis van de locatie. Ze zijn ooit begonnen met de verkoop van gebak om het huis te kunnen blijven betalen. Ze werden steeds bekender en een begrip in de omgeving. Zelfs een Zweedse prins (en later koning) kwam graag langs. Zijn favoriete gebakje waren de vanille harten, de specialiteit van Flickorna Lundgren. De eigenaresse stond er dan ook op dat wij deze ook zouden proeven. En ze had gelijk, mijn favoriet van alles dat we hebben geproefd. Een bros koekje met een heerlijke vanillevulling, in de vorm van een hart uiteraard.
Naast dat heerlijke hart kozen we ook voor een kanelbullar (bullar is een broodje) en de bekende Zweedse prinsessentaart. Een basis van biscuit, gevuld met jam, slagroom en banketbakkersroom. Ter decoratie een groen laagje marsepein en een roze marsepeinen roos. Ook al zo heerlijk. Kortom, je kunt hier voor heel erg veel lekkers terecht en het smaakt echt fantastisch.
Dit was onze eerste culinaire stop van de reis; Brödkultur. Het ligt vlak bij het Sofiero Palace dus na een wandeling in de paleistuinen kun je hier prima terecht voor een kop thee of koffie met wat lekkers. We zetten de auto in het weiland en lopen naar het gebouw waar in grote letters Brödkultur op staat. Het lijkt een soort oude boerderij en rondom de deur scharrelen wat kippen en hanen rond. Ik ben dol op dat landelijke sfeertje, dus ik was al enthousiast voordat ik ook maar binnen was geweest.
Eenmaal binnen kijk je gelijk in de grote open keuken waar je kunt zien hoe al het lekkers wordt gebakken. Er zitten veel locals met hun vrienden en/of kinderen te genieten van wat te drinken en wat lekkers. Anderen lopen naar binnen om broden en ander lekkers mee naar huis te nemen. Omdat wij zelf halverwege de middag langskomen is de vitrine al wat leger, maar er is nog steeds genoeg om uit te kiezen. We gaan voor een kardemombullar (bullar is een broodje) en een soort appelflap. Samen met een grote kop thee nemen we plaats op een bankje met gezellige kussentjes en genieten van de gezellige sfeer en het lekkere eten. Een hele leuke zaak!
Als je trouwens even om het pand heen loopt kom je nog een winkel tegen, een soort boerderijwinkel. Je kunt hier plantjes kopen, maar ook groente, fruit, vleeswaren en ander (lokaal) lekkers. Het is dat we al wat boodschapjes hadden gedaan, anders waren we hier zeker niet met lege handen naar huis gegaan.
Een zaak waarvan wij twijfelden of we nu wel of niet naar binnen zouden gaan. Nadat we het terrein opliepen zag het op zijn zachts gezegd bijzonder uit. Eenmaal binnen keken we vol verbazing naar het nogal aparte interieur. Stel je een serre voor die vol staat met allerlei snuisterijen. Van vintage items zoals een oude telefoon tot nogal bizarre dingen als een kroonluchter vol met hoofdjes van poppen. En laten we vooral het levensgrote beeld van een ober niet vergeten. Met een hoofd van een tijger. Nee, het interieur is al een attractie op zich.
In het winkeltje kun je allerlei potten kopen, maar wij kwamen natuurlijk voor het eten. Aangezien het nog te vroeg was voor hun beroemde pizza als lunch, kozen wij voor heerlijke gebakjes. Een soort havermouttaart met rood fruit en een smeuïge chocoladecake met een chocolade-passievrucht topping. Kop cappuccino erbij en wij zaten heerlijk daar in die serre, steeds weer iets nieuws ontdekkend. Ondanks onze twijfel aan het begin, was dit toch een van de leukste locaties waar we lekker hebben gezeten onder het genot van cappuccino en lekkere taartjes.
Oh, en kun je moeilijk een parkeerplek vinden, kijk dan even rechts van het busstation. Hier is ook nog een lange rij met plaatsen. En vanaf hier kun je ook nog even prima naar de haven lopen.
Er is meer dan alleen de Fika. Hoe gek we ook zijn op zoetigheid, zelfs voor ons was het op een gegeven moment genoeg. Ik heb nog wel een hele zoete zaak voor jullie met alleen maar chocola, maar bij de anderen kun je ook prima terecht voor andere dingen.
Saluhall
Een foodhal stond op ons lijstje. Ik had een grote hal verwacht met allemaal kleine stands waar je verschillende gerechtjes kunt halen. Wij hadden dus bedacht dat we hier konden lunchen. Dat kan ook, maar niet zoals wij dachten. Deze foodhal ga je namelijk binnen in een soort grote boerenwinkel. In houten stellingen en kratten staan de lekkerste lokale producten op je te wachten. Lange vitrines met kazen, vleeswaren en maaltijden nemen ook een groot deel van de winkel in beslag. Echt, hier kan je je lol op. Wij deden hier dan ook inkopen voor het avondeten en namen een brood mee voor bij het ontbijt.
Naast deze winkel vind je ook een twee restaurants en allerlei boetiekjes. Het eerste restaurant is voornamelijk gericht op de Fika en vind je beneden gelijk naast de boeren supermarkt. Neem je de trap naar boven, dan vind je daar nog een groot restaurant die helemaal bij de stijl en sfeer van de winkel past. We hebben hier niet gegeten omdat we echt helemaal vol zaten en er nog meer lekkers op de planning stond, maar zoals ik kon zien kun je hier ook heerlijk eten.
Iedere chocoladefanaat kan hier zijn of haar hart ophalen. We werden in het oude schoolgebouw ontvangen door eigenaresse Ulrika en ze vertelde ons over het ontstaan van de winkel en de productie van hun eigen chocolade. Ze zijn in de regio bekend om hun awardwinnende pralines en eerlijk gezegd begrijp ik dat wel. Bonbons met smaken als appelcake en cheesecake, moet ik het nog verder uitleggen?
Naast dat het pand bijzonder is, is ook de start van het bedrijf op zijn minst opmerkelijk. 5 Jaar geleden namen Ulrika en haar man zonder enige kennis van chocolade de winkel over. Door gewoon te doen en veel te leren is het assortiment flink uitgebreid en maken ze tegenwoordig ook hun eigen chocolade. Bijzonder hier aan is dat ze dus ook chocoladerepen maken op basis van één soort cacaoboon. Meestal zie je dat fabrikanten de bonen uit verschillende landen mixen om zo tot bepaalde smaken te komen. Door slechts een soort te gebruiken kom je erachter dat de smaken zo verschillend kunnen zijn.
Zo is de chocolade van bonen uit Peru heel fruitig van smaak, terwijl de reep uit Sri Lanka weer meer kruidig is. Ik vond het heel bijzonder om deze verschillen zo goed te kunnen proeven. En dat je die specifieke smaken nog zo goed proeft, komt omdat er geen toevoegingen zijn van melk en vanille (iets wat vaak in chocoladeproducten te vinden is). Deze repen bevatten naast cacaobonen alleen wat suiker voor de smaak zodat deze niet heel erg bitter is. Kortom: een aanrader om heen te gaan als je in de buurt bent!
De laatste foodspot alweer. Dit is er eentje die net even ander is dan de rest, dit was namelijk ons hotel voor de laatste nacht. En waar veel hotels voorzien zijn van een goed restaurant, gaat die culinaire ervaring hier nog net een stapje verder. Door de verschillende ruimtes heen hangen al verschillende foodfoto’s, er is een heuse kookboekenbibliotheek en je kunt hier ook nog workshops volgen. Niet lang na aankomst schoven we aan voor het diner van die avond: 5 gangen in totaal. Ook bijzonder is dat alles hier vegetarisch is en voor een groot deel ook vegan en/of glutenvrij. Ik zou er normaal gesproken zelf niet snel voor kiezen om specifiek op deze manier uit eten te gaan, maar we hebben zitten smullen en gingen met onze buikjes vol naar bed.
De volgende ochtend stond er een heerlijk ontbijt voor ons klaar en konden we daarna aan de slag met een workshop. In de hotelkeuken gingen we aan de slag met eigenaresse Isabel en leerden we vegan bakken. Helemaal leuk was dat we ons resultaat daarna op de foto gingen zetten. Ze maken zelf namelijk regelmatig producties voor magazines en daarom hebben ze van alles in huis voor foodfotografie. Ik was gelijk in mijn element zoals je zult begrijpen. Dus ben je op zoek naar een bijzonder verblijf in een prachtige omgeving? Dan is dit een aanrader.
En dat waren dan alweer mijn tips voor leuke culinaire plekken in Skåne! Ik hoop dat jullie er wat inspiratie uit hebben kunnen halen. Zelf andere tips? Ik hoor ze graag, want ik zie mijzelf nog wel eens teruggaan naar Zweden 🙂 .
Dit recept kreeg ik in het voorjaar in mijn handen geduwd door mijn buurman. Dit was de lekkerste ontbijtkoek en ik moest het recept zelf maar eens uitproberen. Het recept was zo vreemd, geen eieren en geen boter, dat ik bijna niet kon geloven dat je hier een lekkere ontbijtkoek van kon maken. Wonder boven wonder kwam er een hartstikke lekkere ontbijtkoek uit. Voordat ik het wist had ik al drie stukken gegeten en daarom kan ik je zeggen dat je dit recept een kans moet geven. Een beetje vreemd maar ontzettend lekker. Probeer het recept zelf maar eens uit en je zult verbaasd staan.
Ontbijtkoek is heerlijk en zeker als je hem zélf maakt. Deze makkelijke ontbijtkoek is zoals de naam het natuurlijk al zegt super makkelijk om zelf te maken. En ook ongelooflijk lekker!
Vet een cakeblik in en bestuif met een beetje bloem of bekleed het met bakpapier. Verwarm de oven voor op 160 °C (boven- en onderwarmte).
Doe alle droge ingrediënten in een kom en roer door. Giet de melk in een pan en zet op het vuur. Breng de melk tegen het kookpunt aan. Je melk is heet genoeg as er kleine (kook)belletjes beginnen te vormen aan de rand. Voeg de melk al roerende toe aan de droge ingrediënten en meng tot een glad beslag.
Giet het beslag in je cakeblik en bak de ontbijtkoek in 65-75 minuten gaar. Een houten prikker moet er schoon uitkomen. Voorkom dat de ontbijtkoek te lang bakt, want dan kan hij taai worden bij de randjes.
Haal uit de vorm en laat de ontbijtkoek afkoelen. Serveer met een beetje boter en geniet.
Begin september was het zover, ik ging samen met vriendinnetje Chanou op persreis naar Zweden! Zuid-Zweden om precies te zijn, om de regio Skåne te ontdekken. Zweden is een land waar ik al een hele tijd graag naar toe wilde en deze reis heeft me alleen nog maar enthousiaster gemaakt. Ik kan niet wachten om terug te gaan en nog meer van het land te ontdekken. Zover is het voorlopig nog niet, daarom neem ik jullie aan de hand van mijn ervaringen en foto’s gewoon nog even mee naar Skåne. Vandaag een verslag van mijn hele reis met een berg foto’s, volgende week volgt nog een artikel waar verschillende toffe food hotspots uitgebreider worden toegelicht.
Vrijdag
In de stromende regen reden Chanou en ik in het donker naar Schiphol toe, eindelijk kon onze trip gaan beginnen. Na iets meer dan een uur vliegen landen we in Kopenhagen. Voor de oplettende lezer, dat behoort inderdaad niet tot Zweden. We vliegen op Kopenhagen in Denemarken omdat je vanuit hier met de trein over een brug binnen een half uurtje in Malmö, Zweden bent. Hier haalden we onze huurauto voor de komende dagen op en onze road trip kon beginnen!
We stopten al snel bij een supermarkt, even wat snacks en hoognodige dingen voor onderweg kopen. Daar liep ik ook tegen deze gigantische pakken knäckebröd aan. Nadat ik deze foto op Instagram postte kwam ik er al snel achter dat je ze blijkbaar ook bij Ikea kunt kopen, ik let blijkbaar weer niet goed op 😉 . Naast knäckebröd waren er ook bakken vol met heerlijke zoete broodjes te vinden, ook typisch voor dit Scandinavische land.
Na een vlotte lunch in het winkelcentrum waar de supermarkt gelegen was, vervolgden we onze reis. Op naar de eerste stop die op ons programma stond: Sofiero Palace in Helsingborg. Het is een gigantisch groot park dat volstaat met mooie bloemen en ook heel veel appelbomen. Wij waren er in het appelseizoen, en het scheelde niet heel erg veel of er landde er eentje op ons hoofd. Zo vers vanuit de boom. Ik kreeg ook gelijk het herfstgevoel nadat ik verschillende paddenstoelen vond in het bos.
Ik had verwacht dat we vlot weer weg zouden zijn bij het park, maar we vonden het erg leuk. Het terrein is groot en er is van alles te zien. Als je met kinderen komt zullen die zich ook prima vermaken, want er zijn genoeg gelegenheden voor ze om lekker te spelen. Wil je liever lekker eten, dat kan hier ook. Er is een restaurant dat zeer hoog aangeschreven staat. Wij aten hier echter niet, maar reden een paar honderd meter verder voor onze eerste Fika.
En die eerste Fika deden we bij Brodkultur, ook in Helsingborg. Een leuke knusse zaak waar we bij de voordeur werden opgewacht door wat kippen. Eenmaal binnen was er niet heel erg veel keuze meer, maar alles wat er nog lag zag er super uit. We genoten van lekkere broodjes en liepen daarna nog even achterom naar een soort boerenwinkel.
Volgende week vertel ik je uitgebreider over deze locatie, anders zou dit artikel wel heel erg lang worden (wat het al is, dus ik zou er maar wat te drinken bij pakken als je dat nog niet hebt gedaan).
Goed, na onze eerste kennismaking met de Zweedse Fika was het tijd om naar ons huisje voor de eerste twee nachten te rijden: Villa Sigrid Vejbystrand. Een prachtige cottage vlak bij het strand. Met een fijne keuken, badkamer, woonkamer en slaapkamer een heel erg fijn verblijf. Op de veranda rondom het huis kun je heerlijk buiten zitten en het interieur is samengesteld met spullen van lokale designers. Dat vonden we een heel leuke toevoeging.
Na een beetje geluierd te hebben na al een lange dag (het was vroeg opstaan voor ons), stapten we weer in de auto en reden we naar een restaurant in de buurt; Papas Restaurang. Het ligt aan de kust van Båstad en is mediterraans georiënteerd. We hebben er genoten van een heerlijke steak en pasta. Je kunt hier in de haven ook prima nog een stukje lopen om lekker uit te waaien, en je ziet de o zo bekende rode houten hutjes (zie allereerste foto in dit artikel) staan in de haven. De vlaggen aan vrijwel alle boten maken het af: we zijn echt in Zweden.
ZATERDAG
Na een goede nacht slaap begonnen we met een heerlijk ontbijt dat bestond uit lokale producten die al voor ons waren verzorgd. Een heel fijn en lekker begin van de dag. We besloten niet té veel te eten, want we wisten namelijk ook dat we die dag nog meer dan genoeg zouden proeven.
Na het ontbijt reden we naar Mölle Krukmakeri. Eenmaal aangekomen twijfelden we een beetje of we daar nu echt naar binnen gingen, maar we besloten toch even te kijken. Hoewel het interieur hier en daar op zijn zachts gezegd bijzonder was (daarover volgende week meer), zijn we toch blij met deze stop. We hebben er genoten van twee heerlijke taartjes en een goede kop cappuccino.
Het is trouwens ook een aanrader om even door te rijden (of lopen, dichterbij dan je denkt) naar de haven. Je hebt vanaf daar een prachtig uitzicht op de huizen langs de kust. En die kustlijn zelf mag er ook zijn.
Volgende stop op de planning: Höganäs Saluhall. Hier had ik echt heel erg veel zin in. Het is een food hall met daaromheen allerlei boetiekjes. De foodhal was iets anders dan ik mij had voorgesteld, ik verwachtte namelijk allemaal losse kraampjes. Dat was niet het geval, ik kan het best de vergelijking maken met een grote boerenwinkel. Formaatje kleine supermarkt. We besloten hier wat lekkere dingen mee te nemen voor bij het diner. Er was zoveel lekkers dat we wilden proeven, dat we besloten een soort borrel te maken in ons huisje in plaats van uit eten te gaan.
Boven de boerenwinkel zit een groot restaurant waar je heerlijk kunt eten. Althans, het eten vonden we er heerlijk uitzien. Hoewel we hier eigenlijk wilden lunchen, zaten we nog steeds vol van de taartjes en we hadden ook nog een andere hele toffe plek voor de Fika op de planning. Dus geen lunch voor ons, maar wel heel veel taartjes op zaterdag. Vonden we zelf geen probleem. Het is het ook zeker waard om nog even binnen te kijken bij de leuke boetiekjes. We kwamen ontzettend veel leuks tegen, al hadden we jammer genoeg niet zulke grote koffers mee dat we echt lekker konden shoppen (ik heb het overigens wel voor elkaar gekregen om hier een winterjas te kopen en in mijn koffertje erbij te proppen 😉 ).
Ik denk dat dit wel de leukste locatie was voor een Fika: Flickorna Lundgren. In een lief klein huisje plaatsten we onze bestelling met taartjes en kregen van de lieve eigenaresse een stukje achtergrond te horen. Ook hierover volgende week meer. Ze gaf ons nog de specialiteit van het huis mee en daarna namen we plaats in de zon met een prachtig uitzicht over weilanden met de zee op de achtergrond. En dat aan de rand van een bos.
Dat vind ik zo bijzonder aan Zweden. We waren eigenlijk altijd in de buurt van de zee. Dan rijd je midden in een bos, komt er even een open veld en zie je vervolgens gelijk de zee. En nu weet ik als Haarlemmer die dicht bij de kust woont natuurlijk best wel dat er duinen en bossen langs de zee te vinden zijn, maar in Zweden is het echt anders. Hier lijken de duinen zoals wij die kennen te ontbreken en zit je vanuit het bos al snel bij de zee. Ik houd ervan.
Met wederom een gevulde buik reden we terug naar ons huisje. We wilden namelijk nog even gebruik maken van de huurfietsen die bij het huisje stonden. Nu het nog licht was konden we prima even het kleine stukje naar het strand fietsen en zo een stuk langs de kust fietsen. Echt een aanrader hoor, om een stuk te gaan fietsen. Houd wel rekening met een iets heuvelachtiger landschap dan het platte Nederland 😉 .
’s Avonds genoten we van onze zelf samengestelde borrel met een wijntje. Of nouja, het was meer een soort appelsap/cider. In de supermarkt mogen namelijk alleen alcoholische dranken met maximaal 3,5% alcohol worden verkocht. Dus onze witte wijn bevatte slechts 2,2%, een wijntje wat je echt zo wegdrinkt. In de supermarkt vind je dan ook weinig wijn en het gros is alcoholvrij. Hetzelfde geldt voor bieren, al is daar wel veel meer van. En appelcider, daar breek je ook je nek over. Als je voor een echte wijn of wat zwaarder biertje wilt gaan, moet je even naar de staatswinkel rijden. De staat in Zweden heeft namelijk een alleenrecht op de verkoop van alcoholische dranken (van meer dan 3,5%). Deze winkels heten Systembolaget, eigenlijk een slijterij zoals wij die kennen. Oh, en in restaurants kun je ook gewoon een glaasje wijn nemen hoor. Cafeetjes zoals wij die kennen in Nederland zijn er dan weer niet leerden wij van de eigenaren van ons volgende verblijf.
Zondag
De volgende ochtend was het tijd om onze koffertjes in te pakken en ons mooie verblijf van de laatste dagen gedag te zeggen. Na zo’n 2 uur rijden kwamen we aan bij Österlenchoklad, dit vonden we ook al zo ontzettend leuk. Eigenaresse Ulrika kwam ons in het oude schoolgebouw al snel tegemoet om ons van alles te vertellen over haar bedrijf en de productie van hun eigen chocola. Je raadt het al. Ook hierover volgende week meer. Ik kan je in ieder geval vast vertellen dat ik er fantastisch lekkere chocolade heb gegeten en niet met lege handen naar huis ging.
Voor de lunch reden we een stukje verder naar Byvägen. Eigenaar Matti vertelde ons over zijn ecologische bakkerij waar alles vegetarisch is. Veel is ook vegan, maar niet alles. We lunchten er met fantastische pizza’s die net vers gebakken uit de pizzaoven kwamen en kregen vervolgens ook nog een heerlijk kaneelbroodje op basis van zuurdesem. Dat had ik nog niet eerder geproefd, maar is wel ontzettend lekker. Je komt overigens terecht in een lange rij, want deze zaak is populair. Gelukkig werken ze wel snel en kun je er heel mooi en gezellig zitten. Met lekker eten, en dat is ook wat waard.
Na de lunch reden we door naar Kivik, een dorp met ongeveer 1300 inwoners. In het laatste weekend van september ontvangen ze daar echter ruim 25.000 mensen. Ja echt, ik snap ook nog steeds niet waar ze die allemaal laten. Ze komen massaal af op het appelfeest. Want Kivik is hét appeldorp van Zweden. Het maakt niet uit waar je staat, je ziet altijd ergens wel ergens een paar appelbomen. En aan de rand van het dorp zelfs velden vol.
Eigenlijk kwamen we hier voor nog meer zoetigheid, maar we wisten echt niet waar we nog meer eten moesten laten. Een ‘probleem’ waarvan we niet wisten dat het bestond. Dus in plaats van het ontdekken van lekkere eettentjes, besloten we het dorp zelf te ontdekken. We liepen door de haven op de pier en namen daar plaats op een bankje in de zon. Genieten! Zeker met het mooie uitzicht.
Na uitgebuikt te hebben in de zon vertrokken we naar ons laatste verblijf: Tastecelebration. Heel toevallig gerund door een Haarlemmer en zijn Zweedse vrouw (die ook foodblogger is, hoe leuk!) die sinds een klein jaar weer in Zweden wonen. Dit hotel is compleet gefocust op het culinaire aspect. Dat blijkt uit het heerlijke 5 gangen diner dat ons ’s avonds werd voorgeschoteld, maar ook uit de workshop die we de volgende dag mochten volgen. Oh, en niet te vergeten: de kookboekenbibliotheek. Hier vind je overigens ook heel veel Nederlandse kook- en bakboeken.
Maandag
Isabel leerde ons de fijne kneepjes van het vegan bakken. Iets waar ik zelf maar weinig verstand van heb, dus het was erg leuk om hier meer over te leren en vooral om het een en ander te kunnen proberen. Wie dacht dat het bij bakken bleef heeft het mis, we gingen namelijk ook ons resultaat op de foto zetten. Foodfotografie op de veranda van een prachtig oud pand met een nog prachtiger uitzicht. Ik vermaakte mij prima.
Hoe jammer ook, aan alles komt een eind. Na ons workshop resultaat geproefd te hebben (yum!), stapten we weer in de auto en reden terug naar Malmö om de auto in te leveren die ons de afgelopen dagen door het mooie Zweden heeft gereden. We genieten nog even van de laatste uitzichten onderweg en benoemen in de auto wat ons het meest is opgevallen de laatste dagen. Dus onze paar (gekke) feitjes op een rij:
De Zweden zijn dol op rotondes. Echt, je breekt je nek erover.
Hetzelfde geldt voor de rode houten huizen, love it.
Ze zijn ook ontzettend vriendelijk. Behalve bepaalde vrouwen in het verkeer rondom Malmö, we snappen nu nog niet waar ze zich druk om maakten.
We moesten even wennen aan het begroeten met Hej Hej de hele tijd (soort van heb ik met jou op school gezeten gehalte).
De Fika is een fantastische traditie, koffie met gebak of zoete broodjes. Wat mij betreft introduceren we dat ook in Nederland.
De natuur is prachtig. Een glooiend landschap, overal dicht bij de zee en prachtige uitzichten.
Het waait altijd. Overal.
En wie is er nu net zo enthousiast als ik en staat te trappelen om naar Zweden te gaan? 😉
Zoals ik al zei, volgende week vertel ik je nog wat uitgebreider over een aantal lekkere locaties waarvan wij vinden dat het écht de moeite waard is om heen te gaan.
We zijn uitgenodigd voor deze trip, wat ik erover schrijf bepaal ik echter zelf en alles komt voort uit oprecht enthousiasme.
Ondanks dat ik gewone friet altijd zal verkiezen boven zoete aardappel friet, wilde ik wel heel graag eens zoete aardappel frietjes maken. Wij hadden namelijk een zak zoete aardappel ovenfriet gekocht en het was echt een uitgedroogd hoopje friet geworden die rechtstreeks de prullenbak in ging. Dat kon ik zelf beter. Voordat ik begon las ik mij een beetje in over hoe je de lekkerste zoete aardappel frietjes kon maken. Met tips als niet wassen, schil eraan laten en een hete oven, ging ik aan de slag. De eerste poging was een mislukking. Ik had de frieten vooraf gekruid en de kruiden waren compleet verbrand. Super lekkere frieten wel, de on-aangebrande stukjes dan. Uiteindelijk lukte het mij perfecte frieten te maken, waar nog genoeg aardappel in zat en die niet aangebrand waren. Voor ovenfrieten kreeg ik ze behoorlijk krokant en deel daarom mijn recept en aanpak met jullie.
Wie wil er nou niet frietjes eten én nog een beetje gezond eten. Met deze zoete aardappel frietjes kan dat! Lekker met een beetje mayonaise en voordat je het weet zijn ze op.
Porties: 2personen
Ingrediënten
2-3zoete aardappelen
zonnebloemolie
grof zeezout
Instructies
Verwarm de oven voor op 220-230 °C (boven- en onderwarmte). Was de aardappelen met de schil eraan en schrob eventueel schoon. Snijd schijven van zo’n 1 cm dikte in de lengte en snijd deze schijven vervolgens in lange frieten.
Doe in een kom met een beetje zonnebloemolie en hussel tot alle frieten bedekt zijn met een dun laagje olie. Verdeel over een bakplaat en plaats in de hete oven. Zet de timer op 10 minuten. Na 10 minuten keer je de frieten en plaats je ze terug in de oven voor opnieuw 10 minuten. Keer de frieten opnieuw en bak nogmaals 10 minuten.
Doordat je iedere 10 minuten de frieten keert kun je ook zien hoe ze “het doen”. Worden ze te snel bruin of blijven ze zacht? Pas hierop de temperatuur van je oven aan. Controleer of de frieten nog een extra 5 minuten nodig hebben.
Na 30-35 minuten in totaal zijn je frieten krokant aan de buitenkant en lekker zacht aan de binnenkant. Bestrooi met grof zeezout en serveer met een klodder mayonaise.
Notities
Tip: Realiseer je dat zoete aardappel frietjes een compleet andere structuur hebben dan gewone aardappel frietjes en dus ook anders bakken. Hoe dikker de frieten, hoe langer ze moeten om krokant te krijgen.
Bewaren: de frietjes zijn het lekkerst om direct op te eten.
Of het nou een regenachtige nazomer is of opnieuw tropische temperaturen in ons kikkerlandje, deze passievrucht panna cotta zal altijd lekker smaken. Daarom delen we het recept voor dit tropische toetje in deze laatste zomerdagen, zodat we dat zonnige gevoel ook in de herfst nog even vast kunnen houden. Het was voor mij de eerste keer dat ik panna cotta zelf deed maken. Als ik had geweten hoe makkelijk het was, had ik het vast veel eerder al gedaan. Met andere woorden, trek je kookschort maar aan en ga aan de slag. Kook deze panna cotta en laat de koelkast de rest van het werk doen.
Een heerlijk fris toetje waar je echt een zomergevoel van krijgt: passievrucht panna cotta. Dit lekkere dessert zal bij iedereen wel in de smaak vallen!
Laat de blaadjes gelatine zo’n 5 minuten weken in een schaaltje koud water. In een pannetje breng je de slagroom aan de kook. Voeg de suiker en sap toe en roer tot de suiker is opgelost. Haal de pan van het vuur, knijp de blaadjes gelatine uit en voeg deze toe aan het slagroom mengsel. Blijf roeren tot de gelatine is opgelost.
Verdeel het mengsel over vier glaasjes. Je kunt ook ramekins gebruiken. Laat op het aanrecht staan tot het mengsel lauwwarm is, dek vervolgens af met vershoudfolie en zet in de koelkast. Laat minimaal 3 uur staan.
Voor de topping doe je het vruchtvlees van de passievruchten met het water en de suiker in een pannetje. Breng langzaam aan de kook. Maak ondertussen een mengsel van de eetlepel water en maïzena. Roer goed door en voeg toe aan de passievruchmengsel. Blijf roeren tot je een dikke passievruchtensaus hebt en haal van het vuur. Giet de saus over in een schaaltje en laat afkoelen. Giet over de opgesteven panna cotta en serveer.
Notities
Bewaren: de passievrucht panna cotta is in de koelkast voor 3-4 dagen te bewaren.
Het is vandaag 18 september en dat betekent dat ik jarig ben, 28 lentes jong alweer. Dat vraagt om een heerlijke en prachtige taart natuurlijk, zoals deze appelcake met citroencrème en rood fruit. Hij staat niet echt op het menu vandaag, want ik maakte hem alweer bijna twee weken geleden voor een leuke video met Nikon. Zodra die online staat laat ik het uiteraard even weten.
De taart is echt een beauty geworden als je het mij vraagt en ook mega fotogeniek (was ook de bedoeling voor de video natuurlijk haha). En het allerbelangrijkst: hij is ontzettend lekker. Een smeuïge cake met stukjes appel, tussen die lagen cake zit een frisse vulling met citroen en verder zit de taart vol met allerlei rood fruit. Smullen! Dat kan ik je verzekeren. Ik geniet vandaag dus niet van deze cake, maar wel van tartelettes en een andere hele lekkere cake. Daar komen de recepten nog van online, tot die tijd kunnen jullie allemaal aan de slag met deze heerlijke gestapelde cake!
BAKTIP: Deze ronde bakvormen zijn erg prettig in gebruik en in meerdere formaten, vormen en hoogtes verkrijgbaar.
Deze appelcake met citroencrème en rood fruit is een heerlijke fruitige taart. De taart is ook nog eens ontzettend fotogeniek. Het oog wil natuurlijk ook wat!
citroen botercrème(volgens recept, je hebt ongeveer de helft tot drie kwart nodig)
rood fruit naar keuze
Instructies
Zorg dat je de citroen botercrème al hebt gemaakt, dat is wel zo handig.
Voor de cake klop je boter en suiker romig in een kom. Voeg de eieren een voor een toe, voeg de volgende pas toe als de voorgaande helemaal is opgenomen. Giet ook het vanille-extract erbij.
Voeg het zelfrijzend bakmeel toe en mix op een lage snelheid tot het helemaal is opgenomen. Langer mixen is niet nodig.
Schil de appels, verwijder het klokhuis en snijd in stukjes. Doe de stukjes appel in een kom en schep er een eetlepel bloem bij, roer door elkaar zodat alle blokjes appel omhuld zijn met een dun laagje bloem.
Voeg de stukjes appel toe aan het beslag en spatel ze er gelijkmatig doorheen.
Bak de cake in 3 afzonderlijke lagen, hier behaal je betere resultaten mee dan wanneer je het als één grote cake bakt. Als je drie losse bakpannen hebt kun je ze tegelijkertijd bakken, anders bak je ze kort na elkaar.
Vet de bakvorm in en leg een bakpapiertje op de bodem van de vorm. Verdeel het beslag gelijkmatig over de cakevormen en gebruik een spatel om het gelijkmatig in de vorm te verdelen.
Bak de cakes in 25-30 minuten op 160 °C (boven- en onderwarmte) gaar en goudbruin.
Laat de cakes een paar minuten afkoelen in de bakvorm voordat je ze op een rooster stort, laat ze hier volledig afkoelen.
Taart afmaken
Wanneer de cakes volledig zijn afgekoeld kun je de taart in elkaar zetten. Leg de eerste cake op een bord of taartstandaard en verdeel er een laag botercrème over. Neem het rode fruit en druk dit in de laag crème. Grote stukjes fruit kun je halveren, zodat ze niet teveel uitsteken.
Leg de tweede laag cake op de vulling en breng op dezelfde manier weer een nieuwe laag topping aan. Eindig met de laatste cake. Ook hier bovenop gaat een laag citroencrème, maar het fruit verdelen we net even anders. In plaats van gelijkmatig verdelen, maak je als het ware een soort berg van rood fruit in het midden van de cake. Dat ziet er prachtig uit. Breng het fruit zo aan als je zelf wilt en gebruik ook vooral zoveel fruit als je zelf wilt.
Notities
Bewaren: liefst op een koele plek buiten de koeling, hier blijft hij zo’n 3-4 dagen goed, verpak hem wel goed. Dit kan in folie, in een taartdoos of onder een grote stolp.
Nadat jullie zo massaal enthousiast hadden gereageerd op de no bake Kinder chocolade cheesecakejes bedacht ik dat ik er ook wel een gebakken variant van kon maken. Ik ben dol op Kinder chocolade – wie eigenlijk niet? – maar houd ik meer van een gebakken cheesecake dan een no bake. Ik vond het daarom een goed idee om mezelf uit te dagen en een ware Kinder chocolade cheesecake te maken. Ik kan jullie vertellen dat dit echt de lekkerste chocolade cheesecake is die ik ooit heb gegeten. Een ware guilty pleasure die jou direct terugbrengt naar je kindertijd. De cheesecake bevat ook nog een mega lekkere verrassing, dus vliegensvlug naar het recept én meer foto’s.
Maal de koeken fijn en doe in een kom. Voeg de gesmolten boter toe aan de koekkruimels en roer door totdat alle kruimels de boter hebben opgenomen. Bekleed met dit kruimelmengsel de bodem van een ingevette springvorm waarvan de bodem is bekleed met bakpapier. Druk de koekbodem met de achterkant van een lepel goed aan en zet weg in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 150 °C (boven- en onderwarmte). Laat de Kinder chocolade, met vulling, ondertussen au bain marie smelten.
Terwijl de Kinder chocolade staat te smelten doe je de roomkaas in een grote kom en mix je deze glad. Voeg vervolgens één voor één alle eieren toe terwijl je tussendoor steeds mixt. Schraap tussendoor de zijkanten schoon.
Wanneer de chocolade is gesmolten, voeg je de crème fraîche toe. Roer dit tot een glad mengsel. Voeg toe aan het roomkaas mengsel en mix nog een keer door tot een glad geheel.
Haal de springvorm uit de koelkast en giet ongeveer 1/3 van het beslag erin. Plaats een aantal kinderbueno’s op deze laag en verdeel de rest van het beslag hier weer overheen.
Bak de cheesecake in 55-60 minuten gaar. De buitenkant moet stevig aanvoelen, de binnenkant daarentegen mag nog wiebelig zijn. De bovenkant moet echter wel gestold zijn.
Laat je Kinder chocolade cheesecake volledig afkoelen tot kamertemperatuur. Voor het beste resultaat laat je de cheesecake in de oven staan en zet je de deur op een kiertje. Laat de Kinder cheesecake het liefst één nachtje – minimaal 4 uur – verder afkoelen en stevig worden in de koelkast.
Maak met de melkchocolade en 100 ml van de slagroom een ganache. Doe de melkchocolade in een hittebestendige kom. De slagroom verhit je in een pannetje, zodra het aan de randen begint te borrelen giet je de slagroom bij de chocolade. Voeg een klontje boter toe en roer met een spatel door tot alle chocolade en de boter is gesmolten. Laat afkoelen tot kamertemperatuur voordat je het over de koude cheesecake giet.
Klop de resterende slagroom met de vanillesuiker stijf en spuit een aantal toeven op de Kinder chocolade cheesecake. Decoreer met stukje Kinder chocolade om het af te maken.
Notities
Bewaren: afgedekt in de koelkast voor 3-4 dagen.
Die zoute pretzels die ik een hele tijd geleden maakte, die heb ik inmiddels dus alweer een paar keer gebakken. Ze zijn zo lekker dat ik er gewoon geen genoeg van krijg. Daarom maakte ik ze ook in snackformaat, zet een schaaltje met deze pretzel bites op tafel en voor je het weet zijn ze op. Of neem er een paar als tussendoortje. Ik weet genoeg momenten te bedenken voor deze kleine zoute pretzel balletjes. Verbaast je zeker niets dat ze bij mij snel op waren 😉 .
Deze pretzel bites zijn een heerlijke zoute snack voor tussendoor. Het gevaar is alleen dat je ze achter elkaar blijft opeten!
Porties: 60bites
Ingrediënten
Deeg
200grambloem
4gramgedroogde gist
0,5tlfijne kristalsuiker
1tlbakpoeder
0,5tlzout
65mlmelk(handwarm (vol of halfvol, beide kan))
60mlwater(handwarm)
Topping
1eidooier(M)
grof zeezout
Instructies
Begin met het maken van het deeg. Hiervoor voeg je bloem, gist, suiker, bakpoeder en zout samen in een kom. Verwarm de melk en het water tot dit handwarm is en voeg toe aan de droge ingrediënten.
Kneed de ingrediënten in 8-10 minuten tot een soepel deeg. Laat het deeg 45-60 minuten rijzen tot het in volume verdubbeld is.
Na het rijzen stort je het deeg op je werkblad. Druk de lucht eruit en verdeel het deeg in 4 gelijke delen. Leg de bolletjes deeg onder een schone doek of stuk folie, pak er steeds eentje die je tot lange sliert rolt van zo’n 45-50 cm lang.
Met een mes of deegsteker maak je er vervolgens kleine bites van, uit één sliert haal je er ongeveer 15.
Leg alle stukjes deeg op een met bakpapier beklede bakplaat. Smeer ze in met de eidooier en strooi er wat vlokken zeezout overheen. Laat ze nu weer 10-15 minuten rijzen (je hoeft de bakplaat niet af te dekken).
Bak de pretzel bites in ongeveer 10 minuten op 225 °C (boven- en onderwarmte) tot ze mooi goudbruin zijn.
De pretzel bites zijn zowel warm als afgekoeld ontzettend lekker. Zet een schaaltje op tafel en hij zal zo leeg zijn. Ook lekker om eventueel te serveren met dips.
Notities
Tip: Nog sneller je melk en water verwarmen? In plaats van het pannetje, kun je ook goed heet water bij je koude melk gieten.
Bewaren: in een zak of trommel, dan blijven ze 2-3 dagen goed. Invriezen kan ook, dan blijven ze 3 maanden goed.
Mijn recept voor botercrème is populair, maar het is ook een recept dat veel vragen oproept. Voornamelijk of hij nou echt wel lekker is, want je wilt liever niet zo’n boterige smaak. Ik kan je gelijk vertellen dat dit niet het geval is. Dat komt omdat je gebruik maakt van een bloemmengsel als basis en niet alleen boter en poedersuiker gebruik. Verder is het geven van smaakjes aan botercrème iets dat voor de nodige vragen zorgt. Ik schreef er al eens een artikel over met tips, maar ik probeer de recepten hier op het blog ook uit te breiden als ik weer eens geëxperimenteerd heb. Vandaag kan ik daar de citroen botercrème aan toevoegen, die maakte ik vorige week voor een heerlijke taart waar het recept nog van volgt. De hele zomer heb ik veel vragen gekregen over een frisse botercrème en hoe je die het best kon maken. Met dit recept heb ik daar een antwoord op. En het fijne is dat het ontzettend simpel is om te maken!
BAKTIP: Je kan de citroen botercrème goed bewaren in bijvoorbeeld een vershouddoos. Ik gebruik graag de vershouddozen van Mepal Cirqula.
Zeef de bloem en doe dit met de melk in een steelpannetje, klop met een garde de bloem door de melk zodat er geen klontjes in zitten. Zet het pannetje op het vuur en blijf roeren terwijl je het rustig aan de kook brengt. Zodra het kookt draai je het vuur lager.
Het mengsel wordt nu dikker, na ongeveer vijf minuten is het dik genoeg. Je kunt dit controleren door een houten prikker in het mengsel te steken, deze blijft rechtop staan als het mengsel goed is. Doe het mengsel in een kom en bedek deze met plastic folie, laat afkoelen tot kamertemperatuur. Belangrijk is dat dit mengsel glad is en geen klontjes bevat. Zitten er nu wel al klontjes in, dan kun je hem het best even door een zeef drukken.
Als het mengsel is afgekoeld klop je in een andere kom de boter en poedersuiker luchtig. Voeg het bloemmengsel in delen toe en mix goed door tot een luchtige crème. Ook de lemon curd voeg je in delen toe, dit om te voorkomen dat de crème gaat schiften.
Zet de kom na het toevoegen van de curd weer in de koelkast, ongeveer een half uur. Daarna is je citroen botercrème klaar voor gebruik!
Notities
Als je cupcakes maakt met dit recept zul je zo’n 16-20 toeven kunnen spuiten. Een taart van 20 centimeter kun je hier twee keer mee vullen en met een laagje afsmeren.
Tip: leg de plasticfolie gelijk op het melk-botermengsel, zo kan er geen velletje ontstaan tijdens het afkoelen.
Tip: is je citroen botercrème toch geschift, lees hier hoe je dat kunt verhelpen.
Bewaren: Botercrème kun je ook heel goed voorbereiden en bewaren. Daarover vertel ik je uitgebreid in dit artikel.
Het is alweer een tijdje geleden dat ik bagels had gebakken en ik had er daarom weer zin in. Met de herfst in zicht wilde ik ook weer aan de slag met kaneel en daarom maakte ik deze kaneel bagels voor op het blog. De originele Amerikaanse cinnamon bagel, oftewel kaneel bagel, bevat rozijnen, maar ikzelf houd er niet zo van. Daarom zie je op de foto rozijnloze bagels, maar heb ik wel in het recept opgenomen hoe je ze met rozijnen kunt maken. Of je nu wel of niet van rozijnen houdt, met dit recept kun je hoe dan ook aan de slag.
Meng water en suiker in een kom en roer totdat de suiker is opgelost. Voeg de gist toe en laat dit een kleine 10 minuten staan.
In de kom van je standmixer doe je het bloem, zout en kaneel. Nu het gist zijn tijd heeft gehad om te werken voeg je dit toe aan en roer je dit door totdat je een kruimelig deeg krijgt. Kneed vervolgens tot een soepel deeg voor zo’n 10 minuten op een lage stand.
Haal het deeg uit de kom en vorm tot een bal. Vet de kom in met olie en plaats het deeg terug. Dek af met vershoudfolie en zet voor 2 uur weg op een warme plaats zodat het deeg kan rijzen.
Na twee uur haal je de het gerezen deeg uit de kom. Dit is het moment dat je de rozijnen erin gaat vouwen. Voeg de rozijnen toe en kneed het deeg door tot ze gelijkmatig verdeeld zijn. Geen rozijnen in je bagels? Sla deze stap dan over.
Verdeel je deeg in twee gelijke stukken. De twee deeghelften verdeel je vervolgens weer in twee gelijke stukken en dit doe je nog een keer. In totaal heb je 8 gelijke stukken deeg.
Draai van ieder stukje een balletje, druk het plat en maak vervolgens een gat door met beide duimen door het midden van het balletje heen te prikken. Verruim het gat zoveel mogelijk totdat de vorm in de buurt komt van een bagel. Laat 10 minuten rusten.
Terwijl de bagels rusten breng je een pan water aan de kook. Doe de bagels één voor één, of als de pan groot genoeg is met z’n tweeën, in het kokende water en laat minimaal 45 seconden tot maximaal één minuut in het kokende water drijven. Draai de bagel om en laat de andere kant net zo lang koken. Zodra beide kanten zijn gekookt plaats je de bagel op een met bakpapier beklede bakplaat. Sla deze stap niet over slaan, want dit maakt juist de bagel.
Bestrijk de natte bagels in met het losgeklopte ei en bestrooi ze eventueel met wat (kaneel)suiker. Plaats de bagels in een voorverwarmde oven op 220 °C (boven- en onderwarmte) en bak in 20 minuten goudbruin. Laat de bagels afkoelen op een rooster of serveer terwijl ze nog warm zijn.
Bagels zijn het lekkerste als je ze doormidden snijdt en even roostert. Serveer deze zoete bagels met roomkaas en een lekkere jam. Hartig kan echter ook, zo at ik een kaneel bagel in Amerika met kipsalade.
Notities
Tip: Bekijk hier, aan de hand van stap-voor-stap foto’s, hoe je bagels maakt.
Bewaren: in een afgesloten trommel op een droge en koele plek. De bagels blijven enkele dagen goed, maar worden zoals ieder ander brood wel taaier. Je kunt ze na het afkoelen ook invriezen. Bewaar ze dan niet langer dan drie maanden.