We beginnen deze terugblik van juli met een sneak peek van de nieuwe website. Ik ben deze maand ontzettend druk bezig geweest met de vormgeving. Wat gaat daar een hoop tijd in zitten zeg! De dagen dat het te warm was om te bakken zat ik lekker in de tuin onder een parasol aan de website te werken. Het is helaas nog niet klaar, ik hoop volgende maand de website helemaal aan jullie te kunnen laten zien.
Wat ik wel vast kan laten zien is dat het zoeken naar recepten, reviews en how to’s véél makkelijker gaat worden. Je kunt op categorieën zoeken waarbij je een makkelijk overzicht krijgt met kleine foto’s van alle recepten met de titel erbij. Ook kun je straks op feestdagen zoeken zoals je op de foto ziet. Je kunt via het drop down menu gelijk doorklikken naar bijvoorbeeld Pasen, maar je kunt ook eerst naar het overzicht van de feestdagen zoals je op de foto ziet.
De strand cupcakes zagen jullie vorige week al op het blog. Op deze foto moesten ze nog vastgelegd worden. Zo ziet het er achter de schermen dus uit als ik foto’s maak van mijn baksels.
Hier kwamen mijn parmaham twisters net uit de oven. Wat had ik een moeite om niet direct aan te vallen zeg! Ik vind het altijd erg leuk om hartige hapjes te maken, alleen doe ik dit niet zoveel. Toen ik deze twisters maakte heb ik meerdere lekkere hapjes gemaakt. Wat dat nog meer was zul je binnenkort kunnen zien.
Leuke post, ik kreeg het magazine Smult toegestuurd van Smulweb. Smult is een magazine met een selectie van de allerlekkerste recepten van Smulweb. Van de voorkant word ik al vrolijk, het doet mij een beetje aan de Sweet Bakery magazines denken. Benieuwd naar dit tijdschrift? Binnenkort staat er een review online!
Deze maand kwam er ook een lading smeltchocola binnen. Voor de advent dit jaar had ik een aantal kleuren nodig die ik niet allemaal meer op voorraad had. Omdat ik niet heel erg weg ben van de melts van Wilton (te dik) ben ik op zoek gegaan naar een ander merk. Via internet kwam ik erachter dat Bakerella (de cake pop queen) het merk Merckens gebruikt. Het was even zoeken maar uiteindelijk vond ik een Nederlandse webshop die dit merk verkoopt. Ik heb gelijk van alle kleuren maar een zakje gekocht. Ik weet nog niet hoe ze werken, dat hoop ik jullie snel te kunnen vertellen. Wat ik alvast een pluspunt vind is dat hun witte melts ook écht wit zijn. Geen gelige gloed zoals bij de melts van Wilton en bij witte chocolade.
Ook een heel goede aankoop: extra stokjes voor de Zoku ijsjes maker. Ik heb regelmatig dat ik er gewoon 6 achter elkaar kan maken, dat lukt niet als je maar 4 stokjes hebt. En soms lagen er nog ijsjes in de vriezer terwijl ik alweer nieuwe wilde maken. Daarom een setje met extra stokjes zodat ik lekkere ijsjes kan blijven maken.
Zelfs op mijn nachtkastje is het zoet. De serie boeken die ik momenteel lees hebben namelijk titels als “Fudge cupcake murder” en “Blueberry muffin murder”. Ik ben per toeval ooit eens zo’n boek tegengekomen en dat ben ik gaan lezen. Ik vond het leuk en heb inmiddels de halve serie op mijn boekenplank staan. Het zijn Engelse boeken (er bestaat geen vertaling volgens mij) maar ze zijn erg goed te volgen. Het gaat over Hannah Swensen die eigenaar is van The Cookie Jar. In elk boek worden er doden aangetroffen met één van haar producten en altijd vindt ze een reden om de moord te gaan onderzoeken. Verwacht geen serieuze misdaad boeken hoor, er zit ook een flinke dosis humor in. Ik vind het in ieder geval erg leuke boeken die lekker weglezen. Als jullie het leuk vinden om meer over deze boeken te weten, laat het dan weten. Dan kan ik er eventueel een keer een artikel over schrijven.
Waar ik vorige maand in behind the scenes nog schreef dat het programma Heel Holland Bakt was begonnen is deze maand de finale al geweest. Mijn favoriete deelnemer vanaf de eerste aflevering heeft het programma gewonnen: Rutger. Wat een heerlijk serie was dit zeg! Nu kijk ik op zaterdag naar Heel Engeland Bakt, die hebben trouwens al verschillende kookboeken van het programma. Ik hoop dat de Nederlandse versie dit ook doet. Er kwamen erg veel lekkere recepten voorbij die ik best wel eens uit wil proberen. Niet getreurd dat de laatste aflevering alweer is geweest, er komt namelijk een tweede seizoen. Ik kijk er naar uit!
Zelfs mijn vader vind de Zoku een leuk ding. Op een warme zomermiddag was hij dan ook enthousiast ijsjes voor ons aan het maken. Hij experimenteerde zelfs met een vulling. Dan giet je eerst de vloeistof erin die je als buitenkant wilt hebben. Laat het even bevriezen en drink dan met een rietje de vloeibare kern weg. Vul je omhulsel dan met de ‘vulling’ en wacht tot je ijsje bevroren is.
Zondag zagen jullie de Rolo koekjes al online staan. Helaas zat er ook eentje tussen waar de Rolo toch niet in het midden zat. Dan loopt de vulling er dus uit zoals op bovenstaande foto. Niet dat hij daar nou minder lekker van werd hoor, ook van deze werd gesmuld.
Door het programma Heel Holland Bakt heb ik enorme bakkriebels gekregen. Met het warme weer van de afgelopen tijd had ik alleen wat minder zin om naast een warme oven in de keuken te staan. Nu kon ik mij echter niet meer inhouden en dook ik de keuken in om koekjes te bakken. Rolo koekjes werden het, die wilde ik al langere tijd maken. Om het nog lekkerder te maken heb ik wat chocolate chips door het beslag gedaan.
Meer Rolo recepten
Ben je dol op Rolo? Probeer dan ook eens een van deze andere lekkere recepten om te bakken met Rolo.
Klop boter, suiker, vanillesuiker romig. Voeg het eidooier toe en meng er doorheen. Voeg bloem en zout toe en meng tot een stevig deeg. Als laatst voeg je de chocolate chips toe.
Voor deze koekjes zijn kleine stukjes chocola praktischer, dan zit het beter verdeeld door het deeg en is het ook beter in verhouding tot de rolo’s die straks in de koekjes komen. Ik kon zelf geen kleine chocolate chips vinden dus heb ik mijn callebaut drops kleiner gemaakt door ze te halveren. Misschien even een rotklusje, maar dat heb ik over voor het lekkerste resultaat.
Laat het deeg minimaal een uur rusten in de koelkast. Neem dan kleine balletjes, maak ze wat platter en vouw om een rolo heen. Rol de balletjes goed dicht. Er hoeft maar een dun laagje deeg om de rolo’s heen.
Zet de balletjes deeg nog zo’n 15-20 minuten in de koelkast voordat je ze gaat bakken.
Bak de koekjes in ongeveer 16 minuten op 190 °C (boven- en onderwarmte) tot de randjes goudbruin zijn.
Laat de koekjes goed afkoelen, je wilt geen hapje nemen terwijl de karamel nog heet is.
Als je dan lang genoeg je geduld hebt kunnen bewaren kun je genieten van een onweerstaanbaar lekker koekje.
Een overheerlijk recept voor wentelteefjes. Lees hier hoe jij binnen een handomdraai een stapel heerlijke wentelteefjes op tafel hebt staan.
Wentelteefjes maken
Wentelteefjes zijn nu echt zoiets wat ik heel lekker vind maar bijna nooit maak. Als ze hier worden gemaakt eten we ze meestal als ontbijt of lunch in het weekend. Echt even lekker smullen met de familie. Je kunt er wat (poeder)suiker op strooien, met wat aardbeitjes serveren maar ook zonder al die extra dingen zijn ze heerlijk. Hier thuis mogen we ze graag met een plakje kaas eten, ook zo lekker!
Wat zijn wentelteefjes?
Door droge sneetjes brood te weken in een mengsel van melk en ei en vervolgens te bakken in een koekenpan ontstaat er een heerlijke nieuwe creatie: wentelteefjes. De naam zegt het al, vergeet ze niet te wentelen tijdens het bakken, want beide kanten moeten goudbruin worden gebakken. Het ei-melk mengsel wordt meestal op smaak gemaakt met wat suiker en kaneel, maar dit kan ook pas over het gebakken resultaat worden gestrooid.
Ouderwetse wentelteefjes
Wentelteefjes zijn een zoet gerecht dat is bedacht om ‘oud’ brood een nieuwe bestemming te geven. Brood, zeker wanneer het zelfgebakken is, heeft de neiging om snel oud en droog te worden. Als je wentelteefjes met vers brood maakt, dan wordt het resultaat al snel zompig en dat is niet lekker. Op menukaarten (of in het buitenland) zul je dit gerecht veelal terugvinden onder de naam ‘French toast’ en ik bestel het persoonlijk maar al te graag als ik buiten de deur ben.
Het basisbakboek
Voor iedere thuisbakker die de basis van het bakken graag onder de knie wil krijgen heb ik Het Basisbakboek geschreven. Naast heel veel andere handige baktips, deel ik de lekkerste basisrecepten met je en laat zien hoe je hier mee kunt variëren.
Dit recept voor wentelteefjes is nu echt een mooi voorbeeld van een basisrecept, omdat je er veel kanten mee op kan. Door bijvoorbeeld het soort brood dat je gebruikt te veranderen, kun je ongelofelijk veel verschillende soorten recepten maken. Stuk voor stuk even lekker en afwisseling smaak nu eenmaal het lekkerst. Om je een paar voorbeelden te geven van soorten brood waarmee je aan de slag kunt, zet ik gewoon een aantal kant-en-klare en ontzettend lekkere recepten voor je op een rij:
Naast de verschillende soorten brood die je kunt gebruiken, kun je ze ook in verschillende vormen maken en met lekkere vullingen. Uiteraard heb ik daar ook voldoende voorbeelden van, zoals je kunt zien hou ik erg van wentelteefjes. Een kleine selectie:
Ik ben erg benieuwd of jij voor een twist gaat, of liever gewoon voor onderstaand basisrecept met wit brood.
Hoe maak je wentelteefjes
Ik heb alleen vers brood in huis.
Uiteraard kun je ze ook maken met vers brood, maar het resultaat wordt dan een stuk natter en zompiger. Dat is niet wat je wil, dus idealiter laat je de boterhammen nog een paar dagen liggen en dan kun je er de lekkerste French toast van maken.
Kan ik ook iets anders dan wit brood gebruiken?
Jazeker! Dat is zo briljant aan dit recept, je kunt het in principe van elke soort brood maken zo lang het maar oud brood is. Scroll iets verder naar boven in het blogartikel en daar vind je een opsomming van allerlei verschillende broden waarvan ik al eens wentelteefjes heb gemaakt.
Kan ik wentelteefjes zonder melk maken?
Je kunt de melk in het recept prima vervangen door een lactosevrij melk-alternatief of een plantaardige drink. Weglaten is niet de bedoeling, want het brood heeft het vocht nodig.
Kun je ook een hartige variant maken?
Oh jazeker, die zijn zalig. Je kunt wit brood gebruiken, maar met een hartig brood is het ook geweldig. In principe kun je onderstaand recept volgen, waarbij je de suiker en kaneel achterwege laat. Je kunt na het bakken hartige toppings naar keuze toevoegen, zoals kaas, avocado, geroosterde groentes, tapenade, pesto etc. Ook erg lekker wanneer je ze voor het bakken al voorziet van een lekkere vulling, zoals ik deed bij mijn hartige wentelteefjes met pesto en kaas.
Kunnen ze ook in een wafelijzer gebakken worden?
In principe zou dat zeker moeten kunnen. Ik heb het zelf niet getest, maar ik heb dergelijke recepten wel vaker voorbij zien komen. Het staat op mijn (lange) baklijst om ze te proberen in mijn wafelijzer, maar wellicht dat een contactgrill waar je tosti’s op maakt nog beter werkt.
Doe de eieren, melk, vanillesuiker en kaneel in een kom en klop met een garde door elkaar.
Neem een lage schaal of diep bord en giet het mengsel hierin. Doop al je broodjes hier in en leg ze op een stapel op een bord.
Doop de sneetjes in het mengsel. Zorg dat ze het mengsel goed opnemen aan beide kanten. Meestal is 1 minuut per kant genoeg, maar dat hangt er vanaf hoe oud (en droog) het brood is.
Verhit wat boter in een koekenpan en bak de wentelteefjes gaar en goudbruin aan beide kanten. Wij bakken ze hier altijd in rondes zodat iedereen ze lekker warm en vers op kan eten, dan zijn ze het lekkerst.
Echte zomerse cupcakes wilde ik maken. De vakanties zijn nu voor iedereen begonnen, mét prachtig weer! Echt strandweer. En wat is er nu meer zomers dan strand cupcakes? Het leuke is dat je met deze cupcakes eindeloos kunt variëren. De basis is hetzelfde maar je kunt van alles bedenken om in het zand of water te leggen.
Wat ik zo leuk vind aan deze cupcakes is dat alle afzonderlijke kunstwerkjes samen één geheel vormen. Een geheel dat je zo groot kunt maken als je wilt. Ook heel leuk om te trakteren. Je zet een dienblad helemaal vol met de cupcakes die samen een mooi strand vormen. Elk kindje kan dan zijn eigen stukje strand uitkiezen.
Ik zocht naar een snelle en smakelijke manier om de zee te maken. Botercrème is lekker, maar je maakt toch al gauw heel veel. Te veel voor het kleine beetje op de cupcakes. Ik besloot dus om op zoek te gaan naar een eenvoudigere oplossing. Uiteindelijk kwam ik uit op witte chocolade pasta. Ik ben er gek op en gebruik het altijd om mijn cupcakes mee af te smeren voordat ik er een laagje fondant op doe. Het is erg lekker in combinatie met een cupcake en je maakt er supersnel een zee van. Schep wat pasta in een schaaltje, kleur het blauw en je kunt aan de slag om je zee te maken.
Ik heb voor de cupcakes schelpen, zeesterren, een vis, haai en emmer met schepje gebruikt maar er zijn nog veel meer leuke dingen die je kunt gebruiken:
Strandbal
Slippers
Handdoek
Zandkasteel (omgekeerde emmer bedekt met ‘zand’)
Papieren parasolletjes
Genoeg ideeën dus!
In elke familie zijn er familierecepten. Ik ben zelf vooral geïnteresseerd in de zoete recepten. Van het dit zoete recept ben ik fan: oma’s appeltaart. Het recept is van mijn oma aan mijn moeders kant. Helaas heb ik deze oma nooit gekend, maar wat had ik graag deze taart een keer met mijn oma gebakken om er samen met een kopje thee lekker van te smikkelen.
Wie al jaren bekend is met oma’s appeltaart zal het zijn opvallen dat dit artikel iets (oke, flink) is veranderd. Ik heb het voor jullie uitgebreid met heel veel extra tips en trucs voor de perfecte appeltaart. Hieronder nog even een herinnering aan de appeltaart zoals die in 2013 voor het eerst online kwam (links/boven) met daarnaast een foto zoals ik hem in 2017 maakte voor Het Laura’s Bakery Bakboek (rechts/onder). Aan het recept is uiteraard niets veranderd, dat is nog steeds het vertrouwde recept van mijn oma.
IS APPELTAART TYPISCH NEDERLANDS?
Heel veel landen hebben een appeltaart als trots van de zoete keuken, al verschillen deze allemaal van elkaar. De appeltaart die je maakt met het recept voor mijn oma’s appeltaart is zoals wij die in Nederland kennen. Een vulling van gesneden appels met suiker en kaneel, omhuld met deeg.
OMA’S APPELTAART INGREDIËNTEN
Je hebt niet heel erg veel nodig om zelf een lekkere appeltaart te maken, Ik neem het lijstje ingrediënten met je door en geef er een korte toelichting bij.
Ongezouten roomboter. Mocht je nou gezouten roomboter in huis hebben kan dit ook, maar laat dan wel de snuf zout in het deeg achterwege.
Witte basterdsuiker. Basterdsuiker maakt baksels vaak net iets zachter en smeuïger, waar kristalsuiker juist zorgt voor een brosser resultaat.
Zelfrijzend bakmeel. Door dit meel te gebruiken voor een appeltaart, heb je geen apart rijsmiddel meer nodig.
Ei. Dit gebruik je voor het deeg en het afsmeren, niet vergeten te halveren dus!
Vanillesuiker. Vanillesuiker maakt nu eenmaal alles lekkerder. In plaats hiervan zou je ook 1 tl vanille-extract kunnen gebruiken.
Zout. Voor het deeg, dit maakt je baksel lekkerder.
Appels! Uiteraard mogen deze niet ontbreken in een appeltaart. Ik gebruik het liefst Goudreinetten, maar zal straks nog wat uitgebreider schrijven over de verschillende appels voor appeltaarten.
Kristalsuiker. Deze gaat door de appeltjes heen, samen met:
Kaneel! Zonder kaneel heb je geen appeltaart.
Paneermeel. Dit strooi je op de bodem zodat dit vocht uit de appeltjes op kan nemen.
WELKE APPELS VOOR EEN APPELTAART?
Het belangrijkste ingrediënt van een appeltaart: appels! Gebruik altijd stevige, zoetzure appels voor een appeltaart. Ik gebruik het liefst Goudreinetten, maar deze zijn niet het hele jaar verkrijgbaar. Jonagold of Elstar zijn goede alternatieven.
WAAROM CUSTARDPOEDER OF PANEERMEEL IN EEN APPELTAART?
In het recept voor oma’s appeltaart gebruik ik paneermeel op de bodem. Soms vervang ik deze door 2-3 el custardpoeder. Zowel paneermeel als custardpoeder nemen vocht op. Het vocht van de appels trekt zo in deze ingrediënten, in plaats van (volledig) in de bodem. Dat heeft als resultaat dat je bodem steviger en droger blijft.
Paneermeel strooi je op de bodem van de appeltaart (op het deeg), voor de smaak doet dit niet heel veel. Custardpoeder kun je door de plakjes of blokjes appel spatelen, dit doet wel veel voor de smaak. Het zal lijken alsof je een beetje banketbakkersroom door de vulling hebt gedaan wat erg lekker is.
BAKTIP: Ben je nog op zoek naar een goede bakvorm om je appeltaart in te bakken? Ik gebruik al jarenlang deze springvorm van Le Creuset. Die is wat duurder, maar kwalitatief erg goed. Hij ziet er na jaren intensief gebruik nog steeds heel goed uit.
OMA’S APPELTAART MAKEN EN BAKKEN
Nu je alles weet over de ingrediënten kun je daadwerkelijk aan de bak. Letterlijk en figuurlijk. Om je zo goed mogelijk op weg te helpen, deel ik al mijn baktips met je. We beginnen met tips voor de bereiding en daarna volgen de tips over alles rondom het bewaren van de appeltaart.
Bereiding tips voor oma's appeltaart
Waarom plakt mijn appeltaart deeg?
Wanneer je deeg erg plakkerig is, kun je een klein beetje extra zelfrijzend bakmeel toevoegen. Voeg kleine beetjes toe en kneed rustig tot het deeg niet meer plakt. Te nat/plakkerig deeg is niet handig voor een appeltaart, omdat je met de appelvulling ook nog veel vocht toevoegt.
Waarom is mijn appeltaart deeg droog?
Is je deeg juist droog? Voeg dan een klein beetje extra ei of nog wat boter toe. Wat ook werkt: het deeg met je handen goed doorkneden in plaats van met de mixer. Verder is het ook goed om te weten dat je geduld moet hebben, kneed rustig nog even wat langer door.
Waar in de oven moet appeltaart staan?
Waar de meeste baksels in het midden van de oven gebakken moeten worden, zet je een appeltaart juist iets onder het midden in de oven voor het beste resultaat.
Wanneer is mijn appeltaart gaar?
Als je appeltaart mooi goudbruin van kleur is na de aangegeven baktijd, is het tijd om hem uit de oven te halen.
Waarom zakt mijn appeltaart in?
Als de appels garen in de oven worden ze zachter en als gevolg daarvan zakken ze een beetje in. Het is dus normaal en zeker niet erg als je appeltaart inzakt.
Waarom valt mijn appeltaart uit elkaar?
Het helpt om schijfjes appel in je appeltaart te gebruiken, maar dit is nu eenmaal een taart waarbij je een schoteltje en vorkje nodig hebt. Zorg ook dat je taart helemaal is afgekoeld, dat maakt de taart steviger.
Waarom moet een appeltaart afkoelen?
Om de reden die ik hierboven al aangaf: je taart wordt er steviger van. Daarnaast wordt een appeltaart er ook lekkerder van. Ik bak mijn appeltaart het liefst een dag van tevoren. Na een dag is een appeltaart het lekkerst.
Wanneer haal ik de appeltaart uit de vorm?
Dit doe je pas nadat je appeltaart is afgekoeld. Dan is de taart -daar is hij weer- stevig genoeg.
APPELTAART BEWAREN, INVRIEZEN EN MEER
Oke, dat waren heel wat tips voor de bereiding. Als je appeltaart dan klaar is en in al zijn perfectie staat te wachten om aangesneden te worden, heb je misschien vragen over het bewaren, invriezen en meer. Je raadt het al, ook daar heb ik een fijne verzameling tips voor!
Tips voor bewaren en meer
Hoe bewaar je oma’s appeltaart?
Ik zet mijn appeltaart -in de vorm- afgedekt met aluminiumfolie op het aanrecht. Daar kun je hem 2-3 dagen bewaren. In de koelkast blijft hij 1-2 dagen langer goed, maar koude appeltaart vind ik persoonlijk geen succes.
Kun je appeltaart invriezen?
Zeker, pak hem goed in met folie en doe er ook een plastic zak omheen die je dichtknoopt. Zo kun je de appeltaart tot 3 maanden in de vriezer bewaren.
Hoe moet je appeltaart ontdooien?
Wie een appeltaart invriest, moet hem ook ontdooien. Je kunt hem een dag van tevoren uit de vriezer halen en dan in de koelkast ontdooien. Denk je daar te laat aan? Ga dan uit van zo’n 5-6 uur op het aanrecht. Let op: de ontdooi tijd is ook afhankelijk van de temperatuur in huis. Je kunt beter wat meer tijd uittrekken voor het ontdooien dan te weinig.
Hoe moet je oma’s appeltaart opwarmen?
Zet de oven weer aan op 170 °C (boven en -onderwarmte) en laat deze voorverwarmen. Warm de appeltaart (in de vorm) in zo’n 10-12 minuten op. Een losse punt zal minder tijd nodig hebben, begin dan met de helft van de tijd.
BIJZONDERE APPELTAART RECEPTEN
Hoewel oma’s appeltaart een echte klassieker is en deze altijd mijn favoriet zal blijven, heb ik de afgelopen jaren allerlei variaties gemaakt. Met deze appeltaarten maak je mij ook erg blij:
Met dit recept voor oma’s appeltaart kun je 10-12 mensen een puntje taart geven. Die hoeveelheid zul je niet altijd nodig hebben, daarom hebben we ook een recept voor een kleine appeltaart online staan. Deze appeltaart is geschikt voor 4 personen en net zo lekker als oma’s appeltaart.
Een goede appeltaart heeft weinig nodig, maar ik ken weinig mensen die een lekkere toef slagroom zullen afslaan. Appeltaart en slagroom gaan goed samen. Een bolletje ijs erbij is ook erg lekker, dan zou ik wel het puntje appeltaart iets kleiner houden.
Klop het ei los verdeel in twee delen. De ene helft is voor het deeg, de andere helft voor het bestrijken van de bovenkant.
Meng roomboter, basterdsuiker, zelfrijzend bakmeel, een half ei, vanillesuiker en een snufje zout tot een stevig deeg. Verdeel het deeg in 3 delen. Is jouw deeg nog te droog, of juist te plakkerig? Lees dan hier hoe je er eenvoudig een mooi deeg van maakt.
Schil de appels, verwijder de klokhuizen en snijd ze in plakjes. Meng in een kopje of kommetje de kristalsuiker met kaneel.
Vet je springvorm in en bestuif deze met bloem.
Gebruik één deel deeg om de bodem van de vorm mee te bedekken. Een tweede deel deeg gebruik je voor de randen. Je kunt het deeg uitrollen, maar je kunt ook losse stukjes deeg tegen elkaar in de vorm duwen.
Strooi het paneermeel op de bodem van de beklede bakvorm. Het paneermeel neemt het vocht van de appels op.
Doe de helft van de appels in de vorm en strooi hier ⅓ van het kaneelsuiker mengsel overheen. De overige appelschijfjes kun je nu ook in de vorm doen, strooi de rest van het kaneelsuiker mengsel erover.
Rol het laatste deel deeg op een met bloem bestoven werkblad uit tot een lap van zo'n 5 mm dikte en snijd stroken van ongeveer 1 cm breed.
Leg de stroken kruislings op de appeltaart. Met wat extra deegstroken werk je de rand rondom af. Gebruik het halve ei om de stroken deeg in te smeren.
Zet de taart iets onder het midden van de oven. Bak in 60 minuten op 170 °C (boven- en onderwarmte) gaar en goudbruin.
Laat de taart afkoelen in de vorm voordat je de ring verwijdert.
Ik ben nog steeds superblij met mijn Zoku ijsmaker. Met het weer van de afgelopen tijd heb ik hem dan ook veel gebruikt. Soms met favoriete drankjes maar ik heb ook geëxperimenteerd met fruit. Voor deze ijsjes met frambozen, mango en kiwi liet ik mij inspireren door de stoplicht ijsjes die ik als klein kind wel eens at. Ik was niet heel erg dol op die ijsjes, waarom weet ik eigenlijk niet. Ik besloot dus een versie van het stoplicht ijsje te maken dat ik wel lekker vind. Dat is deze versie geworden, met frambozen, mango en kiwi.
BAKTIP: Ik gebruik de Zoku ijsmaker al jarenlang en ben er nog steeds ontzettend blij mee. Hiermee maak je binnen no-time meerdere ijsjes achter elkaar. Daarnaast kan je ook leuke effecten met laagjes, vullingen en stukjes fruit maken.
Wie kent ze niet uit zijn of haar jeugd: stoplicht ijsjes. Het is helemaal niet moeilijk om ze zelf te maken, lees hier hoe je dat doet.
Porties: 4ijsjes
Ingrediënten
150gramframbozen
halve mango
2kiwis
Instructies
Maak het fruit schoon, snijd in stukjes en doe elke fruitsoort in aparte schaaltjes. Pureer het fruit met een staafmixer.
Zeef bij de frambozen en kiwi de pitjes uit de fruitpuree. Giet elke fruitpuree in een eigen kannetje met schenktuitje.
Werkwijze Zoku
Giet frambozenpuree tot 1/3 in de vormpjes. Wacht tot het bovenste laagje bevroren is
Giet dan tot 2/3 de mango in de vormpjes, wacht ook nu tot de bovenste laag bevroren is
Vul de vormpjes tot de rand aan met kiwi. Wacht tot deze laag bevroren is voordat je de ijsjes uit hun vorm verwijderd
Ook al moet je even wachten tussendoor, je kunt prima twee rondes achter elkaar maken.
Werkwijze ijsvormpjes
Zet de stokjes in de vormpjes en verdeel de frambozen tot 1/3 over de vormpjes. Zet in de vriezer tot de bovenste laag bevroren is. Dat duurt ongeveer 1 uur
Verdeel de mango over de vormpjes en plaats ze weer voor ongeveer een uur in de vriezer
Als laatst verdeel je de kiwi over de vormpjes. Plaats in de vriezer voor minimaal een uur.
Het maken van de ijsjes duurt zo natuurlijk een stuk langer, toch wil ik laten zien dat het ook zonder Zoku prima te maken is.
Op deze manier kun je heerlijk verkoelende ijsjes maken die ook nog eens gezond zijn.
Deze citroen cakepops zijn heerlijke kleine frisse hapjes. Ik vind het leuk om met mijn cakepop maker te experimenteren met smaakcombinaties. Het is toch net weer even anders dan met cupcakes. Nu kies je niet voor een crème maar voor een lekker glazuur of gewoon chocola. Een simpel glazuur zoals deze kun je nog wat opfleuren met sprinkles maar het is niet per se nodig.
Mix in een kom boter, suiker en vanillesuiker romig. Voeg de eieren één voor één toe en blijf mixen tot dit goed is opgenomen. Voeg zout, zelfrijzend bakmeel, citroenrasp en -sap toe, mix tot een luchtig beslag.
Doe het beslag in een spuitzak en spuit het beslag in de holtes van de cake pop maker. Ik vul de onderste helft bijna tot aan de rand en sluit dan de vorm. Bak de cake pops in 5 minuten gaar (halverwege omdraaien). Laat de cakepops afkoelen.
Maak, als de cakepops zijn afgekoeld, het glazuur en doe dit in een glas. Glazuur zal veel langer de tijd nodig hebben om uit te druipen. Als je cakepops staan te drogen zal er waarschijnlijk nog wel wat glazuur langs het stokje naar beneden lopen. Dit ga je niet tegen dus laat het gewoon druipen en zo opdrogen. Je haalt het veel gemakkelijker weg als het droog is.
Prik je cakepops op een stokje en dip ze in het glazuur. Strooi eventueel nog wat sprinkles over de cakepops als het glazuur nog vochtig is. Laat dan volledig drogen.
Wanneer het glazuur helemaal droog is kun je glazuur dat langs het stokje is gelopen weghalen. Schuif eventueel een rietje om het stokje om de cakepops nog meer op te fleuren.
Vul een glas met suiker en steek hier de pops in.
Het is alweer even geleden dat Le Creuset hun nieuwe assortiment met bakvormen introduceerde. Sinds eind april is de serie Pâtiliss verkrijgbaar, een assortiment dat bestaat uit maar liefst 10 verschillende vormen. Op bovenstaande afbeelding zie je ze bijna allemaal, alleen de ovenschaal ontbreekt.
Deze serie bakvormen zijn allen vervaardigd van staal en zijn bekleed met een supergladde antiaanbaklaag. Le Creuset heeft zich met deze lijn producten laten inspireren door het gereedschap van de professionele patissiers. Het materiaal is bestand tegen temperaturen tot 240 graden Celcius. Dankzij de speciale coating komt het gebak eenvoudig uit de vorm en de vorm is ook zeer gemakkelijk te reinigen. Door de siliconen handgrepen liggen de vormen goed in de hand. Ook is dit bakgerei goed voor de gezondheid, het bevat namelijk geen PTFE of PFOA. De Pâtiliss producten zijn zeer praktisch in onderhoud en hebben daarnaast ook een levenslange garantie.
Dat klinkt veelbelovend nietwaar? Ik mocht een vorm uittesten van Le Creuset, bovenstaande springvorm kreeg ik een poosje geleden thuis gestuurd vanuit Frankrijk. Wat mij gelijk opviel is het gewicht van de vorm, deze is namelijk nog best wel zwaar in vergelijking met mijn andere springvormen. De antiaanbaklaag voelt inderdaad superglad aan, anders dan de aantiaanbaklagen die ik gewend ben. Deze glimt meer en ziet er zelfs glad uit. Het scharnier om de ring van de springvorm af te halen is zeer stevig. Hij gaat niet zomaar los maar is toch soepel te openen. Ik ben enthousiast als ik hem zo zie, ik heb zin om er een taart in te bakken.
Vorige week ging ik hem dan eindelijk uittesten, ik bakte er een heerlijke appeltaart in (recept volgende week online). Uit gewoonte heb ik de vorm ingevet en bestoven met bloem, maar ik heb het idee dat dit niet per se nodig was. Terwijl de appeltaart in de oven stond was ik benieuwd of de ring makkelijk los zou laten zonder hierbij met een mesje of spatel te moeten helpen. Ik was ook erg benieuwd of er boter uit de vorm zou lekken, dit heb ik bij mijn andere springvormen wel namelijk.
Inmiddels rook het al erg lekker in huis en hoefde ik niet lang meer te wachten. Bij het openen van de oven zag ik dat er wel een beetje boter door de randjes was gelekt, wel veel minder dan bij andere springvormen. Terwijl de taart stond af te koelen zag ik dat de randen goed loslieten. Ik hoefde zelf alleen nog maar de ring eraf te halen. Het was niet nodig om te controleren of de taart overal wel los zat of dat je dit zelf nog een beetje moest doen. Perfecte antiaanbaklaag dus.
Le Creuset maakt zijn beloftes absoluut waar. Je merkt verschil met de gemiddelde bakvormen. Je moet er wel wat voor over hebben want de prijzen liggen ook wat hoger dan gemiddeld. Deze serie is te koop bij de betere kookwinkels en bekendere online winkels.
Op de website van Le Creuset vind je meer informatie over deze serie bakvormen. Ook staan er lekkere recepten, zoals de cheesecake op bovenstaande foto.
Op een warme dag als vandaag is een milkshake heerlijk verfrissend. Ik maak eigenlijk bijna nooit milkshakes, jammer want ze zijn hartstikke makkelijk te maken en bieden heerlijke verkoeling (en zijn ook gewoon heel lekker). Als je de ingrediënten in huis hebt, heb je al binnen een paar minuten een heerlijke milkshake voor je neus staan. Het is niet meer dan de juiste ingrediënten bij elkaar voegen en mixen maar. Wat houdt je nu nog tegen om deze mango milkshake te maken?
BAKTIP: Als je nog op zoek bent naar een goede blender voor het maken van milkshakes of smoothies, kan ik je deze blender aanbevelen.
Deze mango milkshake is een snel en eenvoudig te maken drankje. Heerlijk verkoelend voor op warme zomerdagen.
Porties: 2grote glazen
Ingrediënten
2bollen vanille-ijs
150grammango (vers of diepvries)
300mlmelk
2elsuiker (of meer/minder naar eigen smaak, je kunt ook honing gebruiken)
Instructies
Doe alle ingrediënten bij elkaar in de blender en mix tot een dikke romige milkshake. Ik mix net zolang tot er geen stukjes mango meer in zitten, maar als je dit juist lekker vindt kun je al eerder stoppen met mixen.
Verdeel de milkshake over twee glazen en steek er een vrolijk rietje in.
Neem de milkshake mee naar buiten, ga lekker in de zon zitten en genieten maar van je mango milkshake (en de zon natuurlijk)!
Wat is jouw favoriet milkshake?
Jullie weten inmiddels dat ik een zoetekauw ben, maar ik vind het ook hartstikke leuk om hartige hapjes uit de oven te toveren. Deze parmaham twisters bijvoorbeeld. Heel simpel om te maken maar echt ontzettend lekker. Dit is een hartstikke leuk hapje om bij de borrel op tafel te zetten.
Deze parmaham twisters zijn heel eenvoudig te maken. Met slechts vier ingrediënten heb je in een handomdraai een lekker hapje op tafel staan.
Porties: 16twisters
Ingrediënten
4plakjes bladerdeeg
4plakjes parmaham
Italiaanse kruiden
Ei om te bestrijken
Instructies
Laat de plakjes bladerdeeg ontdooien. zodra ze ontdooit zijn smeer je ze in met een los geklopt ei. Leg op elk plakje bladerdeeg een plakje parmaham. Strooi Italiaanse kruiden over de plakjes.
Met een pizzasnijder snij je elk plakje in vier repen. Pak een reepje op bij de uiteinden en draai deze in tegengestelde richting zodat de parmaham aan de binnenkant komt te zitten. Het is prima als de parmaham een beetje uitsteekt, dat maakt het eindresultaat alleen maar mooier. Ook is het niet erg dat ze een beetje uitrekken.
Leg alle gedraaide repen op een bakplaat en smeer ze in met ei. Strooi nog wat Italiaanse kruiden over je twisters.
Bak de parmaham twisters in 15 minuten op 225 °C (boven- en onderwarmte) goudbruin.
Serveer de parmaham twisters leuk in een groot glas en smullen maar!
Soms heb je wel eens dat een taart nog gaver is geworden dan je in gedachten had. Dat heb ik bij deze aardbeien kwarktaart met mascarpone crème. Ik ben zo blij met het resultaat, ik kan wel naar de foto’s blijven kijken (en met die foto’s ben ik ook al zo blij!). Maar goed, wat heb ik nu eigenlijk gemaakt? Een kwarktaart uiteraard, gemaakt met verse gepureerde aardbeien. Heerlijk, als je dit eenmaal hebt geproefd wil je nooit meer een pak uit de supermarkt gebruiken. De kwark zit tussen twee lagen biscuit met langs de rand mooie verse aardbeien. Bovenop een heerlijke mascarpone crème met verse aardbeien en bosbessen. Loopt het water jou ook al in de mond?
Ziet deze aardbeien kwarktaart er niet ontzettend lekker en fris uit? Hiermee maak je vast indruk op je visite! Het lijkt misschien een taart waar veel werk in gaat zitten maar dit valt echt reuze mee.
BAKTIP: Ik gebruik al jaren deze springvorm van Le Creuset. De vorm is misschien relatief iets duurder, maar ziet er na intensief gebruik nog steeds goed uit.
Verse aardbeien kwarktaart tussen twee lagen biscuit. Met een topping van mascarpone crème en verse aardbeien en bosbessen is deze taart niet te weerstaan.
In totaal heb je 800 gram aardbeien nodig. Daarvan is 300 gram (al schoongemaakt) voor de kwark. De rest gebruik je voor de rand en bovenop de taart. Je kunt eventueel ook bosbessen gebruiken voor bovenop de taart.
Instructies
Bak als eerst het biscuit. Mix hiervoor de eieren, suiker en vanillesuiker schuimig en luchtig. Hiervoor moet je ongeveer 10 minuten mixen. Zeef de bloem en maïzena en voeg dit toe aan het mengsel. Spatel het er voorzichtig doorheen.
Giet het beslag in een springvorm (26 cm) en bak in 35 minuten gaar op 180 °C (boven- en onderwarmte). Laat het biscuit volledig afkoelen voordat je het in twee lagen snijdt.
Verhoog de springvorm met bakpapier en leg één van de twee lagen op de bodem. Plaats eventueel een taartkarton onder de laag biscuit, zo kun je de taart makkelijk verplaatsen als hij klaar is.
Halveer ongeveer 10 aardbeien van gelijke grootte en zet deze langs de rand in de bakvorm. Zorg dat ze goed tegen de rand zijn geplakt zodat er straks geen kwark tussen de aardbei en de rand komt.
Week de gelatineblaadjes ongeveer 8 minuten in een schaaltje koud water. Pureer dan je al schoongemaakte aardbeien.
Doe de kwark in een kom en voeg de gepureerde aardbeien hier aan toe, roer goed door.
Pers twee sinaasappels en giet het sap in een steelpannetje. Voeg de uitgeknepen gelatineblaadjes toe. Verwarm tot alles is opgelost, laat dan afkoelen tot kamertemperatuur.
Klop in een aparte kom de slagroom stijf.
Voeg het afgekoelde sinaasappelsap toe aan de kom met kwark. Roer goed door en voeg dan de slagroom toe. Spatel ook dit er goed doorheen.
Controleer of alle aardbeien nog netjes tegen de rand van de springvorm staan en giet het kwarkmengsel in de vorm. Laat de taart minimaal 3 uur opstijven in de koelkast.
Maak ondertussen alvast de mascarpone crème. Doe alle ingrediënten (mascarpone, crème fraîche, suiker en sinaasappelsap) hiervoor in een kom en meng het tot een romige crème. Zet de crème in de koelkast tot je de taart gaat af maken.
Als de kwarktaart helemaal is opgestijfd kun je hem uit de koelkast halen. Zet hem op een bord of taartplateau. Leg de tweede plak biscuit bovenop de taart. Smeer de mascarpone crème op de taart en plaats de overgebleven aardbeien (en eventueel bosbessen) in het midden op de taart.